0

Nr 36 - Juni 2018 het maandblad van de Brusselse ondernemingen Green & Energy België, gastvrije bestemming voor recycling? P.27 Stedelijke verdichting: een ecologische uitdaging P.38 Waar naartoe met de Belgische expertise in kernenergie? P.43 Mobiliteit: Verwoestende graafmachines P.16 ISSN 2406-3711

Het gras is echt groener bij de buren De Brabantse Golf, het golfterrein in Steenokkerzeel, houdt het gras natuurlijk graag perfect groen. Van mei tot september zorgt een computergestuurd systeem ervoor dat de greens geen dorst hebben. Maar zonder water geen groene greens. Jaarlijks is daarvoor liefst 6 000 tot 8 000 kubieke meter water nodig. Tot enkele jaren geleden gebruikte de Brabantse Golf schaars en kostbaar grondwater voor het onderhoud van de greens. Maar dankzij de samenwerking met Brussels Airport blijft het gras nu altijd groen en moet er geen grondwater meer gebruikt worden. Het gezuiverde afvalwater van de luchthaven, samen met het regenwater vanop de daken en het tarmac dat wordt opgevangen in wachtbekkens, houdt de golfterreinen in topconditie.

WOORD VOORAF Digitalisering: er wordt v België beter verwacht België verschijnt op de 21e plaats in de Digital Agility Index (D Hermes in maart publiceerde. Een stabiel resultaat, identiek van vorig jaar. Volgens de initiatiefnemers meet de DAI de capaciteit 115 landen om bedrijven een gunstig klimaat te bieden voor hun ontwikkeling, in een context van wereldwijde digital omwenteling. Deze eenentwintigste plaats is op zichzelf geen slecht resultaat. Hiermee belandt België in het topkwartaal van de meest gedigitaliseerde landen en laat veel landen achter zich die niet minder ontwikkeld zijn dan het onze. Zo bijvoorbeeld Nieuw-Zeeland, Israël of de Verenigde Arabische Emiraten. Toch presteren we teleurstellend. Ambitie en economisch realisme moeten ons aanzetten om onszelf te vergelijken met degenen die beter scoren. En dit beeld is minder bemoedigend, omdat het ons aantoont dat al onze naaste buren – welja, alle – ons voorafgaan. Dat de Verenigde Staten, met een score van 87,0, duidelijk op kop lopen, zal niemand verbazen. Een stuk verderop vinden we Duitsland (75,3), gevolgd door Nederland (74,3). Ja, hoor, Nederland, een land dat sociaaleconomisch zeer vergelijkbaar is met het onze, behoort tot de wereldtop van de sterkste 3 digitalisatielanden. Ook het Verenigd Koninkrijk (72,0), Luxemburg (67,5) en Frankrijk (65,5) doen het beter dan België (64,0). Uit de methodologie valt nog meer te leren. De deskundigen van Euler Hermes stelden hun index samen aan de hand van vijf criteria, ontleend aan geloofwaardige bronnen als de Wereldbank of het Economisch Wereldforum. We zetten de criteria even op een rijtje: regelgeving en ondernemingsklimaat; onderwijs- en onderzoekstelsels; connectiviteit (het percentage aangesloten bevolking en het aantal servers); logistieke infrastructuur en marktomvang. Dit laatste criterium benadeelt natuurlijk de kleinere landen, maar geldt net zo goed voor Nederland of Luxemburg als voor België. Wat de andere criteria betreft, merken we dat ons land vrij goed presteert op het gebied van onderwijs en infrastructuur, maar veel minder goed inzake ondernemingsklimaat en connectiviteit. Dit soort rangschikking dient natuurlijk in perspectief te worden gezien, maar de resultaten schetsen in ieder geval een aantal trends. Als België morgen tot de kopgroep van de digitalisering wil toetreden, dan grijpen we best op twee niveaus in: enerzijds het creëren van een gunstige omgeving voor nieuwe economieën, met werving van talent en integratie van innovatieve digitale technologieën in de bedrijfswereld, en anderzijds het nemen van initiatieven om de beruchte "digitale kloof" te dichten, waardoor te veel burgers, maar ook bedrijven, achterblijven. Beci is hierbij betrokken: we pleitten al voor 5G en zouden graag Brussel een expertisecentrum voor kunstmatige intelligentie zien worden. Op het vlak van mobiliteit werken we heel concreet samen met bedrijven uit de sector. Het is daarbij de bedoeling om, aan de hand van gegevens en analyses van gedragingen, oplossingen te bieden voor de stad. We hopen trouwens dat deze samenwerking kan worden uitgebreid naar de overheid. Optreden is de enige manier om België efficiënt en competitief te houden in een wereld die de digitale toer opgaat – en niet op ons zal wachten. BECI - Brussel metropool - mei 2018 1 Marc Decorte, Voorzitter van Beci

INHOUD 4 Digest 10 Beci online Think Tank 12 Vastgoedtrends langs het kanaal 16 Mobiliteit: Verwoestende graafmachines 18 Trop is te veel! 19 Vóór of tegen de fusie van de Brusselse gemeenten? 20 Kent u de rechten van de ondernemer? 22 Wie betaalt morgen de zelfrijdende auto’s in Brussel? Internationaal 24 Beschikt u al over een Rex-nummer? 25 Hebben de ondernemingen behoefte aan duurzame ontwikkeling? Green 26 Infografie: Brussel, een duurzaam gewest 27 België, een nieuwe gastvrije bestemming voor recycling? 30 Waardevol bio-afval! 34 De uitdagingen en buitenkansen van waterzuivering 36 Groene en hedendaagse werkruimtes 38 Stedelijke verdichting: een ecologische uitdaging 40 Not In My Backyard? Focus : energy 42 Energiepact wordt groot toekomstproject 43 Waar naartoe met de Belgische expertise in kernenergie? 45 De huidige energierevolutie is aan versnelling toe 48 De paradox van Jevons: green IT misschien toch niet zo groen Dynamiek 50 Sociale huisvesting: de bedrijven hebben werk voor de boeg 52 Starter: BioGourMed 53 Facebook, LinkedIn, Instagram… Welke netwerken kies ik voor mijn bedrijf? 54 10 manieren om zijn bedrijf in de grond te boren 55 Het personeel om de onderneming over te nemen? Community 58 Het Beci nieuws in beeld 60 BrusselsLife: Al wat u moet zien en weten in Brussel 63 Toetredingsaanvragen 63 Index 64 Agenda 10-32-2225 PRINTED ON TCF PAPER KAMER VAN KOOPHANDEL & VERBOND VAN ONDERNEMINGEN TE BRUSSEL Brussel Metropool Nr 36 – Juni 2018 In september: Tewerkstelling en vorming Verantwoordelijke uitgever Olivier Willocx – owillocx@beci.be Louizalaan 500 - 1050 Brussel T +32 2 648 50 02 - F +32 2 640 93 28 www.beci.be Redactie Media Coordinator Emmanuel Robert - er@beci.be Hebben meegewerkt aan dit nummer: Géry Brusselmans, Marc Decorte, Didier Dekeyser, Xavier Dehan, Vincent Delannoy, Johan Debière, Ophélie Delarouzée, Donatienne de Vleeschauwer, Édouard Cambier, Gaëlle Hoogsteyn, Marc Husquinet, Maha Karim-Hosselet, Mathieu Maes, Laura Rebreanu, Erick Thiry, Morgan Van Cleven, Guy Van den Noortgate en Matthias Vanherentaals. Opmaak & druk db Group.be Vertaling Litteris Abonnementen Prijs: 80 € voor 10 nummers Info: er@beci.be – T +32 2 643 78 44 Publiciteit Brussel Metropool /Bruxelles Métropole wordt maandelijks door meer dan 23.000 decision makers gelezen. Gemiddelde oplage per nummer: 15.500 ex. Inlichtingen en reservaties Anne Schmit – T +32 2 563 68 53 F +32 2 640 93 28 – asc@beci.be Membership Pascale Govers – T +32 497 703 100 pgo@beci.be Lid van BRUXELLES ENVIRONNEMENT ENTREPRISE DYNAMISCHE ECO LEEFMILIEU BRUSSEL ONDERNEMING DYNAMIQUE label n. 2014/351/2

U HEEFT NU MEER DAN 15 900 REDENEN OM EEN BRUSSELAAR AAN TE WERVEN. Romain (Anderlecht), zoekt werk in de Horeca. “HET CONTACT MET KLANTEN VERLOOPT ALTIJD ZEER VLOT.” 15 900 EURO AAN PREMIES: GENIET NU VAN ACTIVA.BRUSSELS. Wanneer u een Brusselaar aanwerft via Select Actiris, de gratis advies- en rekru terings dienst van Actiris, staat u als eerste in de rij voor de premie activa.brussels. Want wij stellen u kandidaten voor die voldoen aan de juiste voorwaarden. Wist u trouwens dat uw kandidaat in aanmerking komt voor activa.brussels vanaf de eerste dag van zijn inschrijving bij Actiris als hij een stage of opleiding heeft gevolgd via Actiris, VDAB Brussel of Bruxelles Formation? Ontdek activa.brussels en tal van andere goede redenen om te rekruteren via Select Actiris op www.actiris.be/activabrussels. Met de steun van het Europees Sociaal Fonds

NEWS DIGEST Los Angeles eregast op de beurs Transports Publics LA Metro, het vervoernetwerk van de Stad Los Angeles, biedt 6 metrolijnen in een netwerk van 170 km en 93 stations, naast een vloot van 2.400 bussen, samen goed voor 1,3 miljoen passagiers per dag. LA Metro wordt dit jaar eregast op Transports Publics, de Europese vakbeurs voor mobiliteit, die plaatsvindt van 12 tot 14 juni in Paris Expo Porte de Versailles. Als ambitieus netwerk en als promotor en ontwikkelaar van grootschalige mobiliteits- en infrastructuurprojecten, biedt LA Metro antwoorden aan alle professionals uit de sector. Phillip A. Washington, algemeen directeur van LA Metro, wordt in Parijs verwacht. Hij geeft er een toespraak tijdens de inhuldiging. Los Angeles was jarenlang de automobielstad bij uitstek. Haar vervoersnetwerk heeft zich echter kunnen aanpassen aan de specifieke kenmerken van haar grondgebied: het bedient met succes de dichtstbevolkte provincie van de Verenigde Staten (10,1 miljoen inwoners) op meer dan 10.500 km², met andere woorden 10 keer de oppervlakte van de stad New York. In 2016 stemden de inwoners voor “Mesure M”. Deze maatregel acteert de lancering van 40 grote werven voor de 40 komende jaren. Het doel: een diepgaande modernisering van het lokale vervoer. Het gaat om de grootste infrastructuurwerf in de Verenigde Staten, goed voor een geschatte 120 miljard dollar. Vanuit het perspectief van de organisatie van de Olympische en Paralympische Zomerspelen van 2028 heeft het netwerk 28 prioritaire projecten gedefinieerd om de supporters van over de hele wereld te kunnen onthalen en vervoeren. Het getuigenis van LA Metro over het beheer van deze belangrijke ontwikkelingsprojecten wordt bijzonder interessant. Informatie: www.transportspublics-expo.com E I E E M Tel : +32/2 421 56 80 brussels@laurenty.com 4 BECI - Brussel metropool - juni 2018 www.laurentyjobs.com www.laurenty.com Giles Daoust ‘Young Top Manager 2018’ Giles Daoust ontving de prestigieuze prijs van ‘Young Top Manager’ op de uitreiking van de ‘The Entrepreneur Awards’, een initiatief van Top Management. Heel het bedrijf Daoust is vereerd met deze prijs die getuigt van de geslaagde overgang die zijn jonge 38-jarige CEO realiseerde sinds hij in januari 2015 de leiding van het familiebedrijf overnam. De ‘Young Top Manager’ prijs bekroont jaarlijks een CEO onder de 45 die bijdraagt tot het Belgische ondernemerschap. Het doel is om innovatie te onderscheiden in elk domein dat een bedrijf raakt: het vermogen om waarde te creëren door innoverende producten en diensten, de maatschappelijke impact van het bedrijf, maar ook de ontwikkeling van een vernieuwende HR-aanpak. In 2016 mocht Daoust al de prijs ‘Onderneming van het jaar’ in ontvangs en in 2017 ontving de onderneming HR Excellence Award. Hiermee Daoust, via zijn CEO, eens te de schijnwerpers. De awards mooie beloning voor deze familial onderneming van de derde gener opgericht in 1954. Giles Daoust reed een atypisch parcours. Na zijn opleiding aan de Solvay Business School, waar hij de prijs voor het beste Giles Daoust E E F F Y E G W M T A A T A N L N C A O O L Y I I C G E Your partner in facility! A Y O A A E N U C O S I Y T Z T L I A S S E T C B P H N T E V O B N E A O E G T A S R K E G S T B N N R W E S N E G © Thinsktock

NEWS DIGEST L E D E N T R E F P U N T Business Plan won aan de Start Academy, een wedstrijd georganiseerd door de ULB, startte hij in 2003 het audiovisuele productiebedrijf Title Media. Dit bedrijf, waarvan hij nog steeds de leiding waarneemt naast deze van Daoust, is vooral actief in de VS. Eind 2009 trad hij toe tot de groep Daoust als hoofd van het departement Marketing. Gedurende de volgende vijf jaar verbreedde Giles Daoust zijn actieveld in het bedrijf, om in januari 2015 het CEO-schap van zijn vader Jean-Claude Daoust over te nemen. Verder schrijft Giles voor de krant L’Echo en het magazine Brussel Metropool en is hij sinds 10 jaar de regisseur van de Brusselse Ommegang processie. Sinds 2017 maakt hij deel uit van de ‘Voice of the Customer’ Advisory Board van Proximus. Hij was ook jurylid voor de Onderneming van het Jaar 2017. Als jonge CEO zet Giles Daoust in op continuïteit van het bedrijf door het werk van zijn vader voort te zetten. Hierbij legt hij de klemtoon op een moderne strategische visie, gericht op commerciële ontwikkeling, structurering en duurzaamheid. “Ik streef ernaar groei en innovatie binnen het bedrijf te bevorderen door mijn werknemers een duidelijke en inspirerende visie te bieden, evenals ambitieuze uitdagingen die hen stimuleren hun vaardigheden te ontwikkelen”, besluit Giles Daoust. Informatie: www.daoust.be Algemene Vergadering BECI - Kamer van Koophandel Brussel vzw Onze leden worden uitgenodigd tot het bijwonen van de gewone algemene vergadering van BECI - Kamer van Koophandel Brussel die zal plaatsvinden in de vergaderzalen van de Louizalaan 500, 1050 Brussel op woensdag 3 oktober 2018 om 16.00 uur. Agenda • Goedkeuring van de notulen van de Gewone Algemene • Vergadering van 18 oktober 2017 • Verslag van de Raad van Bestuur • Verslag van de Commissarisrevisor • Goedkeuring van de rekeningen van het boekjaar 20172018 • Goedkeuring van de ontwerpbegroting en vaststelling van het bedrag van het lidmaatschapsgeld voor het boekjaar 2018-2019 • Kwijting aan de Bestuurders en Commissarisrevisor • Raad van Bestuur: benoemingen en ontslagen • Toespraak van de Voorzitter • Uitreiking van de Medaille van BECI – Kamer van Koophandel Brussel Marc Decorte Voorzitter Algemene Vergadering BECI - Verbond van Ondernemingen te Brussel vzw Onze leden worden uitgenodigd tot het bijwonen van de gewone algemene vergadering van BECI – Verbond van Ondernemingen te Brussel die zal plaatsvinden in de vergaderzalen van de Louizalaan 500, 1050 Brussel op woensdag 3 oktober 2018 om 16.30 uur. Agenda • Goedkeuring van de notulen van de Gewone Algemene Vergadering van 18 oktober 2017 • Verslag van de Raad van Bestuur • Verslag van de Commissarisrevisor • Goedkeuring van de rekeningen van het boekjaar 2017-2018 • Goedkeuring van de ontwerpbegroting en vaststelling van het bedrag van het lidmaatschapsgeld voor het boekjaar 2018-2019 • Kwijting aan de Bestuurders en Commissarisrevisor • Raad van Bestuur: benoemingen en ontslagen • Toespraak van de Voorzitter Marc Decorte Voorzitter BECI - Brussel metropool - juni 2018 5 Retis - Het adviesbureau met expertise in e-commerce, e-business en e-marketing Dankzij haar pioniersaanpak (sinds 1994) adviseert Retis de KMO's en zelfstandigen. Het bureau vergemakkelijkt de ontwikkeling van hun e-business projecten (B2C & B2B). Retis biedt een catalogus van diensten aan, om te helpen, te trainen en te coachen: ➜ Advies bij het opstarten van een onlineverkoopactiviteit ➜ Hulp bij het selecteren van serviceproviders (webagentschap, online betaling, levering ...) en oplossingen ➜ Ondersteuning bij het opzetten van een e-commercesite ➜ Bedrijfsinterne opleidingen (e-marketing, referencing, sociale netwerken, enz.) ➜ Audit en optimalisatie van SEO en andere wervingskanalen voor bezoekers ➜ Audit en optimalisatie van de conversiepercentages (e-commerce en corporate) ➜ Audit en naleving van de wettelijke voorschriften voor een e-commerce site (regelgeving ...) Contact: Damien Jacob, oprichter +32 474 68 01 09 Damien@retis.be • www.retis.be

NEWS DIGEST L E D E N T R E F P U N T Discover the brewery/ taproom of the Brussels Beer Project in Dansaert! Brussels Beer Project in a few words? A collaborative project using co-creation to become more innovative and to bring fresh air into the most traditional Belgian craft brewing scene. In June 2013, our community of Brussels' beer lovers picked the DELTA over 3 competing prototypes to become our first ALL STAR beer. We now have 6 permanent beers and create 30 recipes every year. You can find us in 200 bars/restaurants/ stores in the capital and in 20 countries! The heart of our co-creation is our brewery & taproom located in Dansaert, an alternative neighborhood less than 10 minutes from the Grand Place. This is where we brew 2000 beers everyday! The taproom is open to the public on Thursday, Friday and Saturday. You are more than welcome to visit us and enjoy the 18 beers we sell on tap! It is time to taste our ALL-STARS but also to try our latest creations, available here only. And in Tokyo & Paris, but a little further ;-) We also provide finger food like cheese, ham or recycled crackers from spent grains of malt. A great experience literally surrounded by our fermentation tanks and brewing equipment. Last but not least, we have a great shop where you can go nuts ;-) Bottles, glasses and other accessories are waiting for you. Hope to see you soon and to cheer together in Dansaert! The BBP team Adress: 188 Antoine Dansaert, 1000 Bruxelles @beerproject_BXL Site: www.beerproject.be Email: keepintouch@beerproject.be Aantal jonge Brusselse werkzoekenden daalt met een derde op 4 jaar tijd Volgens het jongste statistisch verslag van Actiris (maart) daalt de werkloosheid nu al 41 maanden op rij in Brussel. In maart bedroeg de werkloosheidsgraad in de hoofdstad 16,4%, voor een totaal van 91.045 werkzoekenden. In vergelijking met 2017 is dat een daling van 4.337 personen (-4,5%), van 8.320 personen tegenover 2016 (-8,4%) en van 14.915 personen tegenover 2015 (-14,1%). In vergelijking met maart 2014 is het aantal werkzoekenden met 19.970 personen gedaald. Dat komt neer op een daling van 18,0% in 4 jaar. De jongerenwerkloosheid daalt op haar beurt voor de 58e maand op een rij en bedraagt 23,4%. Brussel telde 9.266 jonge werkzoekenden in maart 2018, hetzij 674 minder dan vorig jaar (-6,8%), 1.648 minder dan in maart 2016 6 BECI - Brussel metropool - juni 2018 (-15,1%) en 2.988 minder dan in maart 2015 (-24,1%). Sinds 2014 is het aantal jonge werkzoekenden in Brussel gedaald met 33,4%, wat neerkomt op een daling van een derde in vier jaar (-4.652). Informatie: www.actiris.be L E D E N T R E F P U N T Centry Global – Safeguarding your world We provide services relating to compliance, investigation, cyber security & training, GDPR, data analysis, automated services (Factiva Dow Jones), misappropriation, fraud, security risk management & training, journey management, pathfinding services, armoured containers B6 & B7. Our tailor made services suits your unique needs and we are dedicated to ensuring supporting you in achieving your business objectives. We don’t think there is any such thing as a “bad” place to do business. People have needs everywhere in the world, and there is always a market for what your business does somewhere outside of your country of origin. Our multi-national teams provide you with the secure environment to conduct your business even in places considered hostile. We specialize in giving you a secure environment to deliver your products or services anywhere in the world. We are good at solving problems and ensure that you succeed in everything that you do. Our success is dependent on yours. We obtain, analyze, and provide you with information that relates to your counter-parties, customers, governments, and other stakeholders that you need to operate effectively. We have extensive experience with global multinationals, corporate entities of every type, law enforcement, civil services, and intelligence services, as well as small/medium sized businesses. This gives us perspective in understanding your unique business needs. http://www.centry.global Helft Belgen voorstander van versmelting job en gezin Een goed evenwicht vinden tussen gezin en werktijd blijft een heikel punt voor veel werknemers. Zo vindt 4 op de 10 dat zijn werkuren het moeilijk maken om thuis verplichtingen na te komen. Bijna 1 op 5 geeft dan weer aan zoveel werk te hebben thuis dat zijn job er onder lijdt. Dit blijkt uit de bevraging van een representatieve steekproef van werknemers en werkgevers, in opdracht van Tempo-Team. Een kwart van de ondervraagde werknemers scoort zijn werk-privébalans zelfs een onvoldoende (0 tot 5 op 10).

NEWS DIGEST Verrassend genoeg lijkt net een minder strikte afbakening tussen job en gezin de sleutel tot betere balans tussen deze twee. Bij 1 op de 3 Belgische werknemers is dat vandaag het geval; onder werknemers tussen 20 en 34 is dat bijna het dubbele (57%). Werknemers bij wie de grens tussen werk en gezin vervaagde, geven opvallend vaker aan tevreden te zijn over hun tijdverdeling tussen baan en gezin dan hun collega’s bij wie die nog strikt gescheiden zijn (67% vs. 54%). Daarnaast zijn ze ook gelukkiger op het werk (72% vs. 60%). Ongeveer de helft van alle Belgische werknemers en werkgevers ziet een overlap tussen privé en werk zitten. Vooral werknemers ouder dan 35 (42%) en Belgen met kinderen (45%) zien de voordelen in van die flexibilisering. Een goede tijdsverdeling tussen professioneel en persoonlijk leven wint ook duidelijk aan belang bij de keuze van een werkgever: voor 58% van de werknemers is het een van de hoofdcriteria wanneer ze ergens solliciteren. In 2013 was dat slechts 38%. Meer variabele werkuren en de mogelijkheid tot thuiswerk zijn volgens werknemers belangrijke factoren. De bevraagde werknemers verwachten dat hun werkgever de werktijden aanpast aan hun gezinssituatie (48%), goed communiceert (42%), thuiswerken faciliteert (30%) en hen toelaat om privézaken tijdens de werkuren te regelen (26%). Dr. Sara De Hauw, experte work-life balance en docent aan de Open Universiteit, licht verder toe: “Onderzoek heeft aangetoond dat het creëren van een flexibele werkplek ervoor kan zorgen dat werknemers niet enkel een betere balans en welzijn ervaren, maar ook beter presteren en tot zelfs een betere relatie rapporteren met hun baas. Uit verscheidene onderzoeken in de VS, maar ook in België en Nederland, blijkt dat het niet noodzakelijk zo is dat mensen die werk en privé integreren beter af zijn, of dat mensen die beide domeinen gescheiden houden het beter stellen, maar dat het er net om gaat wat jouw persoonlijke voorkeur uitdraagt en dat je de mogelijkheid en ruimte krijgt van jouw werkgever en jouw gezin om jouw werk- en privéleven daarop af te stemmen. Samen moeten we er ook over waken dat er geen ‘always on-cultuur’ wordt gecreëerd waarin mensen het gevoel hebben dat zij 24/7 geconnecteerd zijn met het werk.” Informatie: www.tempo-team.be Informatie: www.eurochambres.eu Kamers van koophandel bezorgd over groeiend protectionisme Na een sterk 2017 blijven de kamers van koophandel wereldwijd optimistisch gestemd over de economische vooruitzichten en over het ondernemersvertrouwen, zo Christoph Leitl BECI - Brussel metropool - juni 2018 7 blijkt uit een jaarlijkse bevraging door EUROCHAMBRES, de Europese vereniging van kamers van koophandel, in samenwerking met kamers van koophandel op andere continenten. De leden van dit Global Chamber Platform drukken echter hun ongerustheid uit over het groeiende protectionisme, de politieke instabiliteit en de gevolgen van de klimaatverandering. Er lijkt een consensus te zijn dat voldoende maatregelen zijn genomen om het financieel systeem te stabiliseren. Nog verder gaan, zou leiden tot overregulering en zou het wel eens moeilijker kunnen maken voor bedrijven om nog aan de nodige financiering te geraken. Het is de eerste maal dat deze enquête protectionisme en onvoldoende markttoegang als de belangrijkste uitdaging voor de wereldeconomie aanhaalt. “Open markten en de voorspelbaarheid in internationale handelsrelaties zijn essentiële ingrediënten om het wereldwijde economische herstel op de sporen te houden,” aldus Christoph Leitl, voorzitter van Eurochambres en voorzitter van het Global Chamber Platform. Hij pleit voor een versterking van de rol van KMO’s in internationale handel en in e-commerce en voor een verdere focus op de liberalisering van de handel in diensten. “De openheid en voorspelbaarheid, nodig voor een stabiel internationaal handelsklimaat, staan nu sterk onder druk door o.a. de Brexit en de verhoging van de invoertarieven op staalproducten door de VS,” sluit René Branders, voorzitter van de Federatie van Belgische Kamers van Koophandel, hierbij aan. Hij hoopt dat het gezond verstand het haalt van rancune in de Brexit-onderhandelingen en verwacht van de onderhandelaars dat ze rekening houden met een voldoende lange overgangsperiode zodat bedrijven zich kunnen aanpassen aan de nieuwe situatie. Op de vraag naar de belangrijks bottlenecks voor de competitivi teit van bedrijven, blijkt dat kamers vooral wakker lig van de toegang tot financiering en tot de juiste competenties. Het versterken v technische en beroepsopl dingen en het beter benut van werkplekleren worden daarbij gezien als crucial instrumenten.

NEWS DIGEST Tivoli GreenCity wint Publica Award Het Tivoli GreenCity-project van citydev.brussels heeft een van de acht Publica Awards weggekaapt, namelijk die voor Stedenbouw en Mobiliteit. De prijs bekroont een project van vakmensen die actief zijn in de openbare ruimte. Hij belicht de stedelijke-ontwerpprincipes die gestalte geven aan de stad van vandaag en morgen. De Publica Awards zijn een initiatief van EBP, dat als hoofdactiviteit ondernemingen informeert rond overheidsopdrachten. De prijs beloont de publieke actoren en hun partners die overheidsbestellingen aangrijpen voor maatschappelijke en milieudoeleinden. In het winnende project Tivoli GreenCity, waarvan de werken aardig opschieten, komen 397 woningen: 271 geconventioneerde woningen (citydev.brussels) en 126 sociale huurwoningen (Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij/Lakense Haard). Het project omvat ook 2 crèches met telkens 62 plaatsen en 770 m² handelsruimte. Qua infrastructuur komt er zo'n 10.000 m² openbare ruimte: 3 nieuwe wegen, een plein met bomen van 2.000 m² en een promenade van 1.000 m². technische en milieu-eisen en is de architectuur kwaliteitsvol”, verklaart Nathalie Boton, stedenbouwkundig consultant bij 2Build Consulting en dit jaar lid van de Publica Awards-jury. Informatie: www.tivoligreencity.be L E D E N T R E F P U N T Les Nouveaux Comptoirs Olfactifs: essentiële en natuurlijke parfums Dit nieuwe concept van parfumbar, uitsluitend gewijd aan hoogwaardige biologische en natuurlijke essenties, werd afgelopen december op de Zavel ingehuldigd. Kom er een ware zintuiglijke ervaring beleven en uw favoriete geur ontdekken uit een hoogwaardige, natuurlijke, biologische en ethische selectie. Stap deze heerlijk geurende omgeving binnen en u ontmoet Adja Bonco Sokona, de ontwerpster van dit innovatief en uniek concept in België. Deze gepassioneerde deskundige en liefhebber van prachtige extracten wil ambachtelijke parfummakers en onafhankelijke créateurs promoten die originele, kwalitatieve geuren met een lage diffusie aanbieden. Tivoli GreenCity moet een harmonieuze verbinding creeren tussen de bestaande, dichte woonwijk in Laken en de industriezone van de Haven van Brussel, door de herclassificatie van de braakliggende stadssite die tussen die twee entiteiten ligt. Op deze plek wordt een nieuwe gemengde wijk ontwikkeld waar wonen en werken functioneel en sociaal in dialoog gaan. Het project heeft bovendien ambitieuze doelstellingen op het vlak van milieubescherming: vermindering van het energieverbruik, biodiversiteit, productie van groene energie, rationeel waterbeheer, sensibilisering en burgerparticipatie. “De jury wist vooral de compleetheid van het project te smaken. Tivoli GreenCity brengt namelijk vele functies samen en speelt daarmee in op tal van maatschappelijke behoeften. Tegelijk incorporeert het doorgedreven 8 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Er zijn ook kaarsen, diffusers, huisgeuren en andere accessoires om het huis heerlijk te doen ruiken. Een gepersonaliseerde parfum-service zal liefhebbers van gezonde en kwalitatieve geuren in staat stellen om hun eigen parfums te ontwerpen. Bovendien organiseert het huis, zowel voor kinderen als volwassenen, ontdekkingsworkshops rond natuurlijke parfums, geleid door parfumeurs. Voor diegenen die een origineel evenement overwegen, kunnen welriekende voorstellingen of besprekingen in groepsverband worden georganiseerd. Contact: Mme Adja Bonco Sokona Rollebeekstraat 48, 1000 Brussel Tel.: 32 (0)2 514 04 ; 32 (0)475 689 311 info@lesnouveauxcomptoirsolfactifs.be &

www.beci.be

NEWS BECI ONLINE Social Media #BECImember : Elite is een limousineservice met chauffeur – en voortaan een van onze leden. Informatie: www.elitelimo.be Afgelopen 15 mei was de Internationale Dag van het Gezin. Meteen de gelegenheid om na te denken over de combinatie van werk en gezinsleven. Het organiseren van een Family Day met uw bedrijf kan echter het hele jaar door! Zie onze suggesties, in samenwerking met Wallonie Belgique Tourisme, op http://travaillerauvert.be/ Beci versterkt zijn Customs Center. We zijn op zoek naar een nieuwe (m/v) collega om bedrijven te helpen hun internationale formaliteiten te vervullen – en hen bij te staan wanneer ze Brusselse producten en diensten exporteren. Meer info op www.beci.be Ischa Lambrechts, de mobiliteitsadviseur van Beci en tevens animator van de Mo Pop-Up, was eind april te gast bij The Bulletin, voor een rondetafelgesprek over de toekomst van onze stedelijke mobiliteit. Volg ons op Facebook, LinkedIn, Twitter. 10 BECI - Brussel metropool - juni 2018

NEWS BECI ONLINE In uw nieuwsbrief van mei 60% 60% van de Instagram-gebruikers erkent er nieuwe producten of diensten te hebben ontdekt. In deze uitgave (p. 53) leest u ook: Welke sociale netwerken voor mijn bedrijf? De meeste online afbeeldingen zijn auteursrechtelijk beschermd, zelfs wanneer er geen copyright is aangegeven. Als u ze zonder toestemming gebruikt, stelt u zich bloot aan sancties die kunnen oplopen van 100 tot 100.000 euro. Info: ab@beci.be Angst voor geschillen – geen strategie ontwikkelen – zich laten overweldigen door emoties – de dossiers niet onder de knie hebben … Al deze nalatigheden kunnen het sociaal overleg dwarsbomen. Dit vermijdt u door deel te nemen aan de Beci-workshops op 3 en 5 juli. Informatie: mm@beci.be Niet ontvangen? Onze vorige nieuwsbrieven vindt u op www.beci.be/newsletter/bm_online/ BECI - Brussel metropool - juni 2018 11

Een gedeeltelijk zicht van het Key West project. Vastgoedtrends langs het kanaal STEDENBOUW Langs het kanaal werden er de laatste jaren heel wat nieuwe vastgoedprojecten gebouwd. Ook de komende jaren staan er heel wat andere op stapel, zoals langs de Biestebroeckkaai. We maakten een stand van zaken. R ivesquare is één van de grootste projecten, gepland vlakbij de Biestebroeckkaai. Het project bestaat uit 302 functionele woningen, variërend van studio's tot appartementen. Verder komt er een driesterrenhotel met 100 kamers, een kinderopvang voor 50 kinderen, een winkelruimte, restaurants en well ness, een fietsenwinkel met een werkplaats voor herstelling, een havenkantoor, fiets- en autoparkings met car sharing en een fietsverhuur service. Alle kades worden toegankelijk voor het publiek. “De overgrote meerderheid van de bewoners en winkeliers van de wijk heeft zijn steun betuigd aan het project”, zegt projectontwikkelaar Philippe De Bloos van The Dock. “Ze willen graag zien dat het braakliggende terrein, dat alleen maar kleine criminaliteit en onveiligheid aantrekt, eindelijk verdwijnt. Negatieve kritiek komt hoofdzakelijk van enkele organisaties die idealistische en zelfs utopische oplossingen voorstellen, maar niet zelf in de wijk wonen en de gevoeligheden en realiteit ter plaatse niet kennen. Ze hebben ook niet door wat er op het spel staat bij de ontwikkeling van een dergelijk project.” Het project werd uitgetekend door het architectenbureau B2AI uit Brussel en het landschapsarchitectenbureau West 8 uit Rotterdam. De Anderlechtse overlegcommissie heeft met unanieme stemmen een gunstig advies uitgebracht. Er moeten wel nog aanpassingen gebeuren, zoals het verbeteren van de fietsroute, de herziening van de organisatie, de toegang tot de ondergrondse parkings en de inplanting van de toren. Ondertussen kreeg het project ook al een milieuvergunning van Leefmilieu Brussel. Maar het is nog wachten op de definitieve bouwvergunning van het Brusselse Gewest. “Ons project komt volledig tegemoet aan de doelstellingen van het nieuwe Bijzonder Bestemmingsplan dat de Brusselse regering afgelopen december heeft goedgekeurd”, zegt De Bloos. “Ons pro12 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Riversquare voorziet o.a. woningen, een hotel en winkelruimtes langs de Biestebroeckkaai. ject creëert een sfeer van gezelligheid en stadse levendigheid rondom het kanaal. We geven een impuls aan de economische veerkracht van de wijk door het creeren van banen die voortvloeien uit activiteiten van het havenkantoor, het hotel, het kinderdagverblijf, enkele winkels en restaurants. Het project wordt echt gezien als ‘the place to be’ in de Biestebroeck-zone, die in volle ontwikkeling is.” Key West Aan de Biestebroeckkaai wordt er ook een ander groot vastgoedproject gepland, namelijk Key West van promotor BPI (Groupe CFE) in samenwerking met Land Invest Group. Het project omvat 47.000 m² woningen, 6.000 m² kantoren, winkels en restaurants. Architectenbureaus A2RC (België) en Henning Larsen (Denemarken) hebben het ontwerp van het project getekend. “We lanceren de studies op basis van het uiteindelijk geleverde BBP en hopen de vergunningsaanvragen in te dienen na de zomer van 2018.” zegt Jacques Lefèvre, CEO van BPI. De Brusselse regering heeft eind vorig jaar het BBP ‘Biestebroeck’ goedgekeurd. Dit specifieke ontwikkelingsplan, dat de verstedelijking van het enorme stedelijke gebied tussen de Industrielaan en het kanaal in Anderlecht orgaMatthias Vanheerentals D.R.

THINK TANK niseert, is momenteel het grootste op de buitenrand van de 19 gemeenten. “Concreet zal dit BBP de ontwikkeling mogelijk maken van 370.000 m² woningen, 30.000 m² uitrusting, 30 tot 40.000 m² productieve activiteiten, 15 tot 30.000 m² winkelruimte en hoogwaardige groene ruimten. Er komen maar liefst 3.700 woningen om tegemoet te komen aan de bevolkingsgroei in onze regio. Op lange termijn zullen er in dit gebied ongeveer 10.000 nieuwe inwoners zijn en ik ben daar heel blij mee”, aldus Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS). “De herontwikkeling van deze wijk van 47 hectare is een prioritaire doelstelling van het Brusselse Gewest om er in de komende jaren 11.500 nieuwe inwoners te verwelkomen, 3.000 nieuwe banen te scheppen en er 5 hectare groenvoorzieningen aan te leggen.” Nautilus Wat verderop, ter hoogte van de Industrielaan in Anderlecht, wordt momenteel ook het woonproject Nautilus gebouwd. Het project telt 197 appartementen, 240 parkeerplaatsen, een kinderopvang en winkels. Momenteel zijn al 70% van de appartementen verkocht. “Het is een gemengd project dat ontworpen werd door architectenbureau Axent”, zegt Ludivine Christophe, van projectontwikkelaar Eaglestone. “Het bestaat uit vier afzonderlijke gebouwen rond een ruim plein. Dat zorgt voor een harmonieuze samenleving tussen woningen, winkels en een crèche. Het gebouw onderscheidt zich door zijn eenvoudige en hedendaagse architectuur. Ons project wordt gedomineerd door een hoge toren die uitzonderlijke uitzichten biedt op het kanaal en de stad. Het is een iconisch en esthetisch project in een wijk die volop aan het bloeien is, gedreven door een verlangen naar diversiteit, gezelligheid en een goede levenskwaliteit voor de toekomstige inwoners van Anderlecht.” Riva biedt 139 woningen in de nabijheid van Tour & Taxis. ners kunnen vertoeven. Samen met het wooncomplex wordt ook de langverwachte Picard-voetgangersbrug gebouwd. Die zal beide oevers van het Kanaal met elkaar verbinden. En de verkoop van de appartementen verloopt vlot. “Er zijn al 88 appartementen van de 139 gereserveerd”, zegt Stefaan Coucke, gedelegeerd bestuurder van Dewaele Vastgoedgroep. “Een kleine meerderheid van de kopers zijn Vlamingen. Leven naast het water is dus echt wel een aantrekkingspool geworden. We zijn zeer tevreden dat de overheid zo investeert in de buurt, zoals met het park en de brug. Ook aan Tour en Taxis komen er enorm veel nieuwe appartementen en Nautilus voorziet een torengebouw met uitzicht op Brussel en het kanaal. Riva Een ander belangrijk project dat momenteel wordt gebouwd in de Brusselse kanaalzone is Riva, naar een ontwerp van het architectenbureau Architectesassoc. Het project telt 139 wooneenheden op een oppervlakte van bijna 15.000 m² met spectaculaire uitzichten op het water, op Tour & Taxis en de Brusselse skyline. Het complex telt 139 woningen en een restaurant. Er is keuze uit studio’s, appartementen en penthouses. Rondom de vier appartementsblokken wordt een openbare ruimte opgetrokken met een trappenplein, waar buurtbewo14 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Canal Wharf, vlak naast Riva. D.R. D.R. D.R.

THINK TANK kantoren bij. In heel deze buurt zit alles in een enorme stroomvoorstelling”. Het Riva-project moet tegen eind 2019 klaar zijn. Canal Warf Vlak naast het project Riva bouwt het project Canal Wharf 250 appartementen. Momenteel wordt de eerste fase gerealiseerd: 132 appartementen. Het gaat om twee woongebouwen met acht verdiepingen in een geheel van in totaal vier gebouwen. Ze bevinden zich rond een privé binnentuin, vlak aan het water van het kanaal. Gebouw A omvat 39 appartementen met 2 of 3 ruime kamers en grote terrassen, waarvan 60% zijn verkocht. Gebouw B omvat 93 appartementen, gaande van ruime studio’s tot één- en twee-kamer-appartementen en is voor 45% verkocht. De ondergrondse verdieping, gemeenschappelijk voor beide gebouwen, biedt 199 parkeerplaatsen. “Canal Wharf is ideaal gelegen in de meest trendy wijk van Brussel”, zegt Muriel Lambotte, van AG Real Estate. “U kunt hier genieten van de rust van het water, terwijl u toch vlakbij het bruisende centrum woont.” Het project wordt gebouwd door Valens, een dochteronderneming van Eiffage Benelux. De oplevering van de eerste fase zal in 2019 gebeuren. Momenteel is het nog wachten op de vergunning van de tweede fase. Kanal Op 5 mei opende ook KANAL - Centre Pompidou de deuren in de voormalige Citroëngarage in Brussel, voor een programmering die een voorproef geeft van de ‘Culturele stad’ in wording. Dertien maanden lang kan het publiek het mythische gebouw ontdekken, vóór de start van de werkzaamheden, aan de hand van diverse kunst- en architectuurtentoonstellingen, grote installaties en tien nieuwe creaties van Brusselse kunstenaars. Het project zal het toekomstige museum voor moderne en hedendaagse kunst huisvesten. Met Kanal - Centre Pompidou krijgt Brussel een multidisciplinair kunstencentrum dat zal gebouwd worden door drie architectenbureaus. Uit de 92 voorstellen koos een jury unaniem het ontwerp van noAarchitecten (Brussel), EM2N (Zürich) en Sergison Bates Architects (Londen). Het hele gebouw zal een oppervlakte hebben van 35.000 vierkante meter. Beneden is er plaats voor concerten en performances. De nieuwe Brussels Cruise Terminal: een hulpmiddel om het riviertoerisme in Brussel te stimuleren. boost geven. Zo werd vanaf de kaai een pad aangelegd dat de toeristen toegang geeft tot het Meudon-park in Neder-Over-Heembeek. De bouw van de terminal koste 5,2 miljoen euro. Dat bedrag werd voor gelijke delen betaald door het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) en het Brusselse Gewest. Wijken Verder zijn er ook plannen met de wijken die langs het kanaal liggen. De buurten rondom het Maximiliaanpark en het Vergotedok zijn in volle verandering, dankzij onder meer het Kanaalplan, het Stadsvernieuwingscontract (SVC) en de wijkcontracten. De komende jaren zal de wijk enkele belangrijke openbare voorzieningen en ruimten rijker worden. Om deze veranderingen in goede banen te leiden wordt momenteel een Richtplan van Aanleg uitgewerkt, dat de naam RPA Max kreeg. Het plan moet een coherente visie en de kwalitatieve spelregels bepalen voor alle toekomstige projecten die zich zullen inplanten in de wijk. Eind februari werd er al een reflectieweek georganiseerd. De opstelling van het RPA Max wordt aangestuurd door Perspective.brussels, in samenwerking met de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting, de Stad Brussel, de Bouwmeester, en Brussel Stedenbouw en Erfgoed. ● Kanal - Centre Pompidou: een nieuw Brussels symbool ? Op de bovenverdieping komt een restaurant. Er zal ook een dakterras zijn. Dit najaar start de bouw. De werken moeten klaar zijn tegen 2022. Het hele project kost zo'n 125 miljoen euro. Cruise Terminal Zopas werd ook de Brussels Cruise Terminal ingehuldigd in Neder-over-Heembeek. De terminal is 240 meter lang en 12 meter breed. Via deze aanlegsteiger kunnen de riviercruiseschepen makkelijker aanmeren in Brussel. De bedoeling is om het cruisetoerisme naar Brussel meer dan ooit aan te wakkeren. Vorig jaar meerden al 12.000 cruisepassagiers in Brussel aan. De terminal moet ook de omliggende wijken een nieuwe BECI - Brussel metropool - juni 2018 15 © Reporters © Reporters

THINK TANK Verwoestende graafmachines MOBILITEIT In de hoofdstad duwen de werven de handelszaken één na één naar de afgrond. Voor winkels die al gebukt gaan onder de concurrentie van shoppingcenters en e-commerce, betekenen werkzaamheden in de straat soms de doodsteek. Iedereen lijdt trouwens onder het erbarmelijke beheer van onze werken, en om te beginnen het Gewest zelf, dat op die manier zijn eigen imago van aantrekkelijkheid vernielt waarin het anderzijds zoveel investeert. Didier Dekeyser R ogier, Globe, Reyers, Léon Théodor, Simonis, Wayez, Jourdan, Spiegel … De huidige lijst van grote en kleine graafwerken is op zich al indrukwekkend, maar in feite slechts de zoveelste aflevering van een ellenlange opvolging van rampzalige toestanden waardoor een heleboel handelaars al over de kop gingen. Een handelaar of een oprichter van een ZKO die het risico neemt om zich in Brussel te vestigen, gaat voor zware investeringen en kan zich geen foutenmarge veroorloven. Ondanks de mooie beloftes en al de instellingen die zogezegd steun gaan verlenen, gedragen het Gewest en/of de gemeente zich bijzonder onverbiddelijk met handelszaken, alsof deze winkels nog niet genoeg risico’s moesten beheren. De steenweg op Elsene is een prachtig voorbeeld van georganiseerde chaos, waar de projectdragers niet moeten opdraaien voor de aangerichte schade. Gelukkig ontmoedigde de MIVB met zijn ondertussen afgeketst project van tramlijn 71 (jarenlang een dreiging) de investeerders die eventueel belangstelling zouden hebben vertoond voor een vestiging in een van de betrokken straten. Met deze onthouding vermeden ze de klappen die de gevestigde zaken in elk geval zouden hebben geïncasseerd. Het is nu eenmaal zo dat consumenten weinig voelen voor ‘paracommando’ shoppen in het opwaaiende stof, op ongelijke grond of in kleverige modder (naargelang van het seizoen), tussen graafmachines en wankele loopbruggetjes. Heel wat zaken gingen definitief dicht, terwijl andere trachten te overleven, met de hoop op niet al te talrijke vertragingen, die onvermijdelijk gepaard gaan met zulke verwoestingen. De ondervraagde handelaars zijn om te beginnen woedend om de onvoorstelbare traagheid van deze werven, waar meestal slechts tussen 7 en 15 uur wordt gewerkt. Minister Smet rechtvaardigt dit door de wil om een minimum aan mobiliteit te vrijwaren en de buurtbewoners geen last te bezorgen. In de praktijk is deze situatie wellicht te wijten aan budgettaire redenen, waarbij het Gewest en/of een andere opdrachtgever voorrang geven aan werktijden die extra kosten vermijden. De handelaars betreuren verder dat de verscheidene operatoren hun activiteiten niet onderling coördineren. Als dit in het begin wel zo is (dat beweert althans het Gewest, dat zich bovendien beroemt op zijn prestaties ter zake!), dan houden de gewoonlijke operatoren daar nadien helemaal geen rekening meer mee en wijzigen ze de planning zoals het hun goeddunkt. 16 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Ten slotte zijn de vergoedingen die aan de betrokken ondernemers en handelaars worden uitgekeerd, gewoon belachelijk en onderworpen aan omslachtige voorwaarden (zie kaderverhaal). We bespraken dit met Étienne Rigo, CEO van Octa+, de energieleverancier die ook de mobiliteitskaart Modalizy creëerde. Beci: Uw onderneming is in Brussel bijzonder actief. Hebt u last van de werven? Étienne Rigo: Natuurlijk. Het wordt bijvoorbeeld bijzonder moeilijk om in de Vijfhoek te leveren. De werven verergeren de op zich al problematische situatie. Het algemene beheer van de mobiliteit in Brussel vind ik vrij onthutsend. Vanuit mijn standpunt als ondernemer, uiteraard, maar ook wellicht vanuit dat van veel andere gebruikers, lijkt de absolute voorrang aan openbaar vervoer en zachte mobiliteit meer een ideologische houding dan een antwoord op de werkelijke vraag en behoeften. Hoe dan ook, het is een politieke en dubieuze strategie. Maar wij hebben onze vertegenwoordigers gekozen, nietwaar? Anderzijds getuigt het beheer van de werven, met zijn invloed op de algemene mobiliteit, van een gebrek aan gezond verstand waartegen we ons terecht kunnen verzetten. Er wordt vaak geklaagd over de chaotische coördinatie van de operatoren, maar ik klaag vooral de traagheid aan. Alle projecten in Brussel slepen aan, tot groot on© DKD Media

Reddende vergoedingen … genoegen van allen! Activiteit op een werf betekent een paar mannen die overdag hier en daar bezig zijn. Na 15 uur en in het weekend valt daar niemand meer te bespeuren! Geen wonder dat deze ellende blijft aanslepen, het leven van buurt voor onbepaalde duur verpest en ernstige gevolgen heeft voor de handel en het bedrijfsleven! Ik vind dat het Gewest dringend moet nadenken over de duur van zulke werkzaamheden. Het bestek moet systematisch een criterium van gewogen looptijd voorzien, wat de beste inschrijver op dit punt ten goede zal komen. In de praktijk zou een openbare werf, of beter gezegd een werf die het publiek last berokkent, standaard in twee ploegen van acht uur en zes dagen per week moeten worden georganiseerd. Minister Smet zegt dat de huidige aanpak precies is bedoeld om hinder te vermijden … Ik geloof niet dat een langdurige hinder beter is dan een korte, integendeel. Wat de begroting betreft, die berust ongetwijfeld op een verkeerde berekening. Laten we niet vergeten dat zulke werken zeer duur materieel vereisen. Minder stilstand hiervan zou zeker het extra loon voor langere dagen en extra ploegen compenseren. We horen ook dat er een gebrek aan personeel is voor deze werven. Toch verrassend is in een gewest met zo’n werkloosheidspercentage, nietwaar? Veel openbare werven hebben personeel in dienst dat uit andere EU landen is uitgezonden en dat dus voldoende beschikbaar is voor langdurige opdrachten. Dat kan best. Reden te meer om het tempo op te voeren. Ik denk namelijk niet dat deze werknemers na 15 uur of tijdens het weekend naar hun geboorteland terugkeren... Ik voeg hieraan toe dat, als de opdrachtgevers uitsluitend in functie van arbeidskosten redeneren, zij twee posten totaal verwaarlozen: de kost voor de samenleving en het milieu! Het is onaanvaardbaar dat bedrijven en handelszaken zwaar getroffen worden, en soms zelfs failliet gaan. Een dergelijk maatschappelijke kost is totaal buitensporig! En dan heb ik het nog niet over alle andere mensen, u en ik: wat kost het ons allen – dagelijks – om in de file te staan door een gesloten straat hier, een omlegging Wordt de toegang tot uw bedrijf verstoord door werken? Onder bepaalde voorwaarden kunt u ondersteuning krijgen. U kunt tot € 4.000 € hulp krijgen om uw cashflow te consolideren of om uw kosten te betalen! In één van de volgende gevallen kunt u een beroep doen op bijstand van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: ➜ U werkt als zelfstandige en u sluit uw vestiging tijdelijk wegens het verrichten van werkzaamheden (begeleiding van micro-ondernemingen die producten of diensten verkopen); ➜ U werkt als zelfstandige of u beheert een KMO en u sluit een kaskredietcontract voor werken (steun voor KMO's in bepaalde sectoren). Welke vergoeding? Het bedrag van de vergoeding bedraagt 76,30 € per kalenderdag, vanaf de 8ste dag volgend op de sluitingsdatum. De maximale duur bedraagt 30 kalenderdagen, met de mogelijkheid tot verlenging(en) met 60 dagen, zodat de volledige periode van sluiting wegens overlast wordt bestreken. In dit geval wordt de vergoeding betaald tot het moment van heropening. Onder welke voorwaarden? Klanten hebben geen toegang meer tot de vestiging en rechtstreekse verkoop aan de consument en thuisbezorging zijn verboden. Dit zijn de bepalingen die momenteel van kracht zijn en die in het najaar zullen worden vervangen door een nieuwe regionale verordening, die het compensatiemechanisme zou moeten vereenvoudigen. Contact: Alexis Bley, juridisch adviseur bij Beci - ab@beci.be, +32 2 563 68 58. daar, een pilootproject rond ‘mobiliteit’ zoals op de Leuvensesteenweg...? En wat verliezen de bedrijven door de onvermijdelijke vertragingen van hun werknemers? Dan zijn er nog de kosten voor milieu en gezondheid. Een 200 meter lange file stilstaande auto's voor een school lijkt mij moeilijk te rijmen met het volksgezondheidsbeleid of de milieustrategie van het Gewest. Als dit alles voor u vanzelfsprekend is, waarom dan niet voor het Gewest? Ik zou zeggen: door gemakzucht en misrekening. Of eerder een verkeerde berekening uit gemakzucht. En een zekere minachting – ik vind geen beter woord – voor de burger. Wanneer we op bepaalde autosnelwegen of wegen vaststellen dat werven tijdens vakantieperiodes drie weken lang volledig lam liggen en dat de weggebruikers ondertussen toch worden gedwongen om zich door kleine strook bewegwijzerd verkeer te wringen, dan is de conclusie duidelijk: deze manier van werken beheren is rampzalig en zelfs walgelijk! Twee extra regeltjes in het bestek en de panelen zouden tijdens de vakantie worden verplaatst. Maar het kan die mannen niet schelen om deze twee regeltjes toe te voegen, en dat is schandalig! De oplossing ligt nochtans voor de hand! ● BECI - Brussel metropool - juni 2018 17 © DKD Media

THINK TANK Generaal Jacqueslaan: ondernemers vertrekken met de noorderzon Na 24 jaar activiteit geeft een traiteur er de brui aan. Hij is een slachtoffer van slecht geplande en eindeloos aanslepende werkzaamheden aan de openbare weg. Het slechte nieuws begon meer dan twee jaar geleden, met het afsluiten van de Adolf Buyllaan. “Vooral de willekeur en de onvoorspelbaarheid van deze werken hebben catastrofale gevolgen”, vertelt deze handelaar. Hij is bitter teleurgesteld door de onverschilligheid van de gewestelijke en gemeentelijke overheden ten aanzien van zijn activiteit. Met de ingrijpende werkzaamheden op de Generaal Jacqueslaan verdwenen ook al de klanten die vroeger met de wagen langskwamen. Een harde klap. En bovendien zag deze lang gevestigde traiteur doorheen de jaren een hele resem sandwichzaken en snackbars in de buurt opengaan. “Zoiets kan toch niet”, vindt hij. “De commerciële verscheidenheid van vroeger is verdwenen. En in de plaats daarvan gaf de gemeente haar goedkeuring voor deze vorm van genadeloze concurrentie. Het resultaat? Iedereen gaat hieraan kapot: zowel de nieuwkomers die financieel zwak staan en na enkele maanden weer dicht gaan, als wel gevestigde zaken waarvan de omzet zware klappen incasseert.” Of de gemeente en/of het Gewest iets doen om ondernemers te helpen die door de werkzaamheden worden gewurgd? Nee, helemaal niets. Heel spijtig. Hiermee vertrekt een traiteur die schitterende producten aanbood. Hij gaat nu op zoek naar een meer stabiele omgeving, die ook wat respect kan opbrengen voor zijn werk. B. Russel Wil ook u getuigen van een verbijsterende situatie of een onrechtvaardige beslissing in uw carrière als ondernemer? Contacteer ons via er@beci.be of bel de redactie op: au 02 643 78 44. Vereenvoudig uw onderneming! Vestigt u zich in Brussel? Vergeet dan niet u in te schrijven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen om uw ondernemingsnummer te verkrijgen. De SmartStart diensten van Partena Professional zijn beschikbaar bij Beci, op het adres 500 Louizalaan – 1050 Brussel – gea.beci@partena.be – 02 643 78 09 of via www.partena-professional.be/smartstartonline 18 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Trop is te veel

THINK TANK VÓÓR OF TEGEN De fusie van de Brusselse gemeenten? Met de gemeenteverkiezingen in het verschiet, steken de discussies over de organisatie van Brussel de kop weer op. Er is sprake van een herziening van het institutionele raderwerk om deze mettertijd zeer log geworden machine aan een vereenvoudigingskuur te onderwerpen. De fusie van de Brusselse gemeenten is weer aan de dagorde. Ophélie Delarouzée Zakia Khattabi, mede-voorzitster van Ecolo Met Groen werken wij een project af over de institutionele organisatie van Brussel, die niet langer met de werkelijkheid overeenstemt. De grondleggers van Brussel creëerden ooit een waar kantwerk van oplossingen voor een aantal institutionele hindernissen. 30 jaar later is dit stukje kantklossenwerk uitgegroeid tot een afzichtelijke warboel waar niemand nog aan uit kan. Laten we eerst de gemeenschappelijke commissies afschaffen en aangelegenheden als individualiseerbare vorming doorschuiven naar het Gewest. Op die manier zullen Franstaligen en Vlamingen gelijk staan voor het beleid. De regionalisering van het onderwijs zorgt voor spanningen, terwijl het Gewest dit dossier zou kunnen beheren via een platform waarin alle spelers samen zouden nadenken over de eigenheden van het onderwijs in Brussel. Sommige Vlamingen zullen een institutioneel debat eisen. Zouden we niet best zelf een project hebben, in plaats van het model van een minderheid te volgen? Wij staan open voor een denkproces over de fusie van de gemeenten volgens de principes van solidariteit, gelijkheid van behandeling en subsidiariteit. Gelijkheid tussen de burgers en de gemeenten kan bijvoorbeeld door een uniformering van de fiscaliteit in gans het Gewest. Als lid van Ecolo ben ik gekant tegen de afschaffing van de gemeenten, waar de burgers rechtstreeks contact hebben met het beleid. Maar op het vlak van herindeling en rationalisering kan heel wat worden verricht. Is het bv. normaal dat de Stad instaat voor projecten van gewestelijk belang als het Terkamerenbos, de Heizelvlakte of het stadion? Zulke lasten, of bv. gemeenschappelijke infrastructuren zoals zwembaden, kosten fortuinen! Dit voorstel om van nul te beginnen krijgt vooral tegenstand van lokale verkozenen die hun grondgebied verdedigen als een schat. Er bestaan veel interne meningsverschillen, met sommigen die beweren dat Brussel te sterk is en als een belegerd bolwerk reageert. Onze visie staat los van deze machtsspelletjes en focust op het belang van de Brusselaars. Philippe Close (PS), burgemeester van de Stad Brussel Dit debat beoogt divisie en vereenvoudiging, terwijl het bestuur van een stad per definitie complex is en mensen verenigt. ‘From scratch’ willen herbeginnen? Dat overtuigt alleen mensen die niets afweten van institutioneel recht. Een mooie punchline, dat wel, maar bedrieglijk. België is het resultaat van een ingewikkelde geschiedenis en ons federaal stelsel berust op evenwichten. Brussel werd als Gewest 25 jaar lang onvoldoende gefinancierd. Vandaag beschikt het over de nodige middelen en scoort de gewestelijke dimensie sterk. Dit zal zo blijven en het debat over de fusie van de Brusselse gemeenten zal wellicht uitdoven. Laten we ook niet te conservatief ingesteld zijn. Ik ben geen voorstander van een status-quo, maar van een gulden, pragmatische middenweg. We mogen ons waarschijnlijk verwachten aan institutionele doorbraken, liefst met de klemtoon op doeltreffendheid. Als dit gepaard gaat met een vereenvoudiging, zoveel te beter, maar wellicht komen er ook complexe mechanismen bij kijken waarin iedereen zijn zeg heeft, zoals voor de Brusselse klinieken. Ik vind het wel nuttig om de grenzen tussen de gemeenten te bespreken en de werking tussen gemeenten onderling en tussen gemeente en Gewest te versterken. Voor Neo hebben de Stad en het Gewest trouwens prima samengewerkt. De Vlaamse en Nederlandstalige partijen pleiten voor de fusie omdat ze ondervertegenwoordigd zijn in de gemeenten, vergeleken met de betrekkelijke invloed die ze op gewestelijk vlak kunnen hebben. Tweetalige lijsten zouden dit kunnen verbeteren. Sinds de splitsing van BHV, beschouwen deze verkozenen zich als Nederlandstalige Brusselaars (de N-VA uitgezonderd), en niet meer als ambassadeurs van Vlaanderen. De Franstaligen vertegenwoordigen amper 20% van de federale meerderheid. Hoog tijd om ze niet meer in een hoekje te verdringen en de communautaire breuklijnen weg te werken. Brussel is tegelijk een stad en een wereld, met 184 nationaliteiten. Net voor de decumulatie, pleitte mijn laatste wetsvoorstel als parlementslid voor de deelneming van de 35% niet-Belgische bewoners van Brussel aan de gewestelijke verkiezingen. BECI - Brussel metropool - juni 2018 19 © Thinsktock

THINK TANK Kent u de rechten van de ondernemer? LOBBY Wist u dat de ondernemer rechten heeft? Beci ondersteunt de 12 principes in de Verklaring die Eurochambres op 26 april aan de Europese Commissie heeft voorgelegd, om onze ondernemingen de kans te geven om zich te ontwikkelen en de welvaart te garanderen. De boodschap is het verspreiden waard. O p 26 april stelde EUROCHAMBRES, de vereniging van Europese kamers van koophandel, haar Verklaring van Ondernemersrechten voor naar aanleiding van haar 60-jarig bestaan. Deze verklaring definieert de voorwaarden voor Europese ondernemers en ondernemingen om internationaal te kunnen groeien, concurreren en succesvol te zijn. René Branders, voorzitter van Belgian Chambers. De Verklaring van Ondernemersrechten (Declaration of Entrepreneurial Rights) komt er naar aanleiding van een ontmoeting tussen Jean-Claude Juncker, voorzitter van de Europese Commissie, en Christoph Leitl, voorzitter van Eurochambres, eerder dit jaar. Voorzitter Juncker moedigde Eurochambres aan om haar idee voor een pijler van ondernemersrechten als antwoord op de Europese pijler van sociale rechten verder uit te werken. De pijler van sociale rechten werd op 17 november vorig jaar door de staats- en regeringsleiders in Gothenburg, Zweden, goedgekeurd. Het gaat om 20 principes voor een goed functionerende arbeidsmarkt en welvaartsstaat. De realisatie hiervan is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de lidstaten en de sociale partners. “Wij ondersteunen een dergelijke pijler van sociale rechten uiteraard,” zegt René Branders, voorzitter van Belgian Chambers, de Federatie van Belgische Kamers van Koophandel en lid van Eurochambres, “maar men kan niet spreken over sociale rechten zonder te spreken over ondernemersrechten. Ondernemingen zijn immers de bron van tewerkstelling en van welvaart. Maar ondernemersrechten worden nog te veel als vanzelfsprekend beschouwd terwijl ze even centraal in het politieke proces zouden moeten staan als sociale rechten en consumentenrechten.” De Verklaring van Ondernemersrechten is gebouwd rond 12 principes zoals een goed werkende interne markt, een effectieve economische integratie van migranten, de mogelijkheid van een tweede kans na een faillissement, een performante digitale infrastructuur en betaalbare en zekere toegang tot energie en grondstoffen. Daarnaast onderstreept zij ook de belangrijke sociaaleconomische rol die ondernemers vervullen in de samenleving. Zij zijn meer dan enkel maar verschaffers van arbeidsplaatsen en belastingbetalers. Zij zijn evengoed opleiders, vernieuwers en leden van de lokale gemeenschap. 20 BECI - Brussel metropool - juni 2018 De aanbevelingen in deze verklaring zijn een opstap naar de Europese verkiezingen van 2019 en moeten een leidraad vormen voor het werk van de nieuwe Commissie, het nieuwe Europese Parlement en de Lidstaten om ervoor te zorgen dat Europa concurrentieel blijft en de vele starters die Europa rijk is, de kans biedt om door te groeien tot volwassen bedrijven. ● Info: www.belgianchambers.be ; www.eurochambres.eu De 12 ondernemersrechten 1 Een perfect functionerende eenheidsmarkt 2 Eerlijke en gunstige handelsvoorwaarden, ook buiten de EU 3 Een adequaat geschoolde, gekwalificeerde en flexibele beroepsbevolking 4 De effectieve economische integratie van migranten 5 Beschikbare en passende financieringsoplossingen 6 KMO-vriendelijke opstelling, uitvoering en controle van de EU wetgeving 7 Maatregelen ter bevordering van een ondernemingsgerichte mentaliteit in heel Europa 8 Een ecosysteem dat de oprichting en groei van bedrijven vergemakkelijkt 9 Een tweede kans na een faillissement en een gemakkelijker overdracht van ondernemingen 10 Een economisch en juridisch klimaat dat het nemen van risico's mogelijk maakt en innovatie stimuleert 11 Een geavanceerde, onderling verbonden en toegankelijke digitale infrastructuur 12 De betaalbare en zekere levering van energie en grondstoffen

INFORMATIE EN INSPIRATIE Wil je graag op de hoogte blijven van de meest recente sociaal-juridische ontwikkelingen in jouw sector? Partena Professional biedt je de mogelijkheid om via verschillende kanalen relevante updates te ontvangen, afgestemd op jouw voorkeuren. E-news Het laatste nieuws op het vlak van HR, fiscaliteit en wetgeving? Inzichten van onze experten, events, opleidingen en handige tools… Het belangrijkste ondernemersnieuws bundelen we in onze maandelijkse nieuwsbrief. Schrijf je in en blijf op de hoogte van de actualiteit en van onze activiteiten. www.partena-professional.be/nl/nieuwsbrief-voorkeuren Infoflashes De sociaal-juridische actualiteit wijzigt dagelijks en wordt steeds complexer. Onze experten ontcijferen ze eerst en brengen je dan per mail op de hoogte. Schrijf je in op onze mailinglijst of lees de infoflashes integraal op onze website. www.partena-professional.be/nl/infoflashes Blog Sectorale informatie Hoe trek je de juiste medewerkers aan én hoe houd je ze in dienst? Wat zijn de laatste HR-trends? Hoe kan je co-creatief werken? Op onze blog vind je praktisch advies en handige tips. www.partena-professional.be/nl/blog Hier vind je alles over de laatste nieuwe socio-juridische ontwikkelingen in jouw sector, gerangschikt per paritair comité. Je kan je ook inschrijven voor enkele specifieke paritaire comités om zo alleen de updates van jouw keuze rechtstreeks in je mailbox te ontvangen. www.partena-professional.be/sectorale-info Webinars Geen tijd om je te verplaatsen om een opleiding te volgen? Geen probleem. Partena Professional organiseert een reeks webinars die je gewoon live of achteraf kunt meevolgen aan je eigen bureau. Schrijf je in op onze nieuwsbrief en mis voortaan geen enkel webinar. www.partena-professional.be/nl/nieuwsbrief-voorkeuren

THINK TANK meer nodig zullen hebben. Binnen de twee jaar zullen er in de Verenigde Staten nagenoeg 10 miljoen self driving cars rondrijden. Wat hierdoor zal veranderen Een flink deel van de bevolking die zich niet of nauwelijks verplaatst, kan dit voortaan wel. Dit geldt voor bejaarden, mindervaliden, slechtzienden en zelfs minderjarigen. Al deze mensen die vandaag vaak thuisblijven bij gebrek aan middelen of aangepaste logistiek, zullen zich voortaan kunnen verplaatsen aan een tarief van € 0,20/km. Een veelzeggende simulatie door de firma Voyage van Oliver Cameron bevestigt dat mensen die zich willen verplaatsen, bereid zijn meer risico’s te nemen dan de gemiddelde gebruiker van vervoermiddelen. Ze zijn bereid de zelfrijdende wagen meteen te testen. OPEN SOURCE Édouard Cambier, Co-Owner van Seed Factory en Voorzitter van de Belgian Workspace Association Wie betaalt morgen de zelfrijdende auto’s in Brussel? De hamvraag: wanneer en waar verspreidt zich deze wagentechnologie waar iedereen de mond van vol heeft? Het zelfrijdende voertuig in de ruimste zin (wagen, bus, vrachtwagen, tractor …) mogen we zowat overal verwachten. Wie gelooft dat deze technologie alleen in San Francisco in het straatbeeld zal verschijnen, heeft het mis, want ook het dichtbevolkte Europa kan hierin een rol spelen. Een kijkje op de kaart toont aan dat het gebied van Amsterdam tot Parijs, met Brussel in het midden, in feite één grootstad vormt. Stephen Zoepf, Executive Director van het Center for Automotive Research in Stanford1 , verwacht de zelfrijdende wagen heel binnenkort op onze wegen. 80% van de weg werd afgelegd, maar de laatste percentjes zijn de zwaarste. Zoepf beweert dat wij ons in de grote steden vanaf 2024 met zelfrijdende wagens zullen kunnen verplaatsen. Hij voorziet twee types gebruik: het rijdende kantoor en een totaal andere toepassing, eerder in de zin van een yoga-achtige ontspanningsruimte. Een combinatie van beide is trouwens niet onmogelijk, in functie van de steden en het tijdstip. Zoepf en het studiebureau RethinkX2 stellen zelfs dat kinderen die vandaag worden geboren, geen rijbewijs 22 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Volgens specialisten zal dit een impact hebben op de parkeergelegenheid, die vandaag is opgevat in functie van 95% stilstand van de wagens. Voor de steden heeft dit gevolgen: als de wagens 80% van de tijd rondrijden, zal er minder parkeergelegenheid zijn langs de wegen, maar meer ruimte voor fietspaden, trottoirs en groenvoorzieningen. Het nieuwe departement van Zoepf op de campus van Stanford benadert dit thema onder verscheidene invalshoeken en disciplines: engineering, informatica, lucht- en ruimtevaart, wijsbegeerte, kunstmatige intelligentie, neurowetenschappen, psychologie, design en ethiek. Het laboratorium werkt vandaag met de steun van 40 ondernemingen die elk $ 32.000 investeren. De grote vraagstukken vandaag zijn bv. de manier waarop je zo snel mogelijk de controle van de wagen overneemt. Of de reden waarom reizigers zo snel indommelen in dit type wagens. Wanneer tests op ware grootte op het wegennet kunnen plaatsvinden. En wie eventuele schade zal betalen … Waymo (ex-Google Car) heeft al meer dan 5 miljoen kilometers afgelegd, zonder echter de argwaan van de Amerikanen te bedaren. Het publiek stelt weliswaar terechte vragen: wat doen we bij een ongeval? Wat gebeurt er als een tagger een verkeersbord onleesbaar heeft gemaakt? Of indien een hacker de wagen heeft gesaboteerd? Ze hebben ergens gelijk, want een flink deel van de technologie is van de luchtvaart afkomstig, waar de afstanden tussen twee vliegtuigen aanzienlijk groter zijn dan tussen twee vrachtwagens op de baan. In de Verenigde Staten kwam er onlangs een interessante wettelijke doorbraak, waardoor elk automerk vanaf nu jaarlijks 100.000 zelfrijdende wagens in het verkeer mag brengen. Wie zal dat betalen? Google werd op 4 september 1998 over de doopvont gehouden en maakt sinds 2015 deel uit van de Alphabet holding. Google is vandaag nagenoeg 600 miljard euro waard. Deze reus ontwikkelde zich dankzij de reclame op de zoekmotoren. En morgen verkoopt Google gewoon oplossingen met een sterkere toegevoegde waarde, waardoor het mogelijk zal worden om bepaalde ambitieuze projecten te financieren rond de oprichting van bedrijven gespecialiseerd in zelfrijdende auto’s. Door toedoen van Google zal Starbucks u in de nabije toekomst misschien een bezoek van de Brusselse Grote Markt aanbieden als u een espresso bestelt. Een eenvoudig business model, nietwaar? 1 https://cars.stanford.edu/ 2 https://www.rethinkx.com/

U HEEFT NU MEER DAN 15 900 REDENEN OM EEN BRUSSELAAR AAN TE WERVEN. Romain (Anderlecht), zoekt werk in de Horeca. “HET CONTACT MET KLANTEN VERLOOPT ALTIJD ZEER VLOT.” 15 900 EURO AAN PREMIES: GENIET NU VAN ACTIVA.BRUSSELS. Wanneer u een Brusselaar aanwerft via Select Actiris, de gratis advies- en rekru terings dienst van Actiris, staat u als eerste in de rij voor de premie activa.brussels. Want wij stellen u kandidaten voor die voldoen aan de juiste voorwaarden. Wist u trouwens dat uw kandidaat in aanmerking komt voor activa.brussels vanaf de eerste dag van zijn inschrijving bij Actiris als hij een stage of opleiding heeft gevolgd via Actiris, VDAB Brussel of Bruxelles Formation? Ontdek activa.brussels en tal van andere goede redenen om te rekruteren via Select Actiris op www.actiris.be/activabrussels. Met de steun van het Europees Sociaal Fonds

INTERNATIONAAL ENTERPRISE EUROPE NETWORK Beschikt u al over een Rex-nummer? Voor ‘geregistreerde exporteurs’ is het voortaan gemakkelijker om handelsrelaties aan te knopen met een aantal landen waaronder India, Pakistan, Congo of Canada – en binnenkort ook Vietnam of Japan. Dankzij een registrering in het Rex-stelsel kunnen deze exporteurs hun eigen oorsprongsattesten uitgeven. Dit onderwerp werd tijdens het Brusselse Douane-Forum van 27 maart besproken. De samenkomst werd door Beci en de douanediensten georganiseerd. Emmanuel Robert H et Europese Rex-stelsel (Registered Exporter System) werd in 2017 van kracht. Hierdoor wordt de bevoegdheid om oorsprongsattesten uit te geven overgeheveld van de douanediensten naar de exporteurs zelf. Dit is een van de bepalingen van het nieuwe Douanewetboek van de Unie (DWU), bedoeld om import- en exportformaliteiten te vereenvoudigen. Rex vervangt geleidelijk de verscheidene bewijzen van oorsprong vereist in het raam van handelsbetrekkingen met landen die het Algemeen Preferentiestelsel (APS – voornamelijk Afrikaanse en Aziatische ontwikkelingslanden) hanteren. Voor deze landen ruimen de vaak door de douane gecontroleerde certificaten Form A en Eur.1 de plaats voor de nieuwe oorsprongsattesten, die rechtstreeks door de exporterende onderneming in een commercieel document worden uitgegeven: de factuur, de paklijst enz. Een dergelijk attest is 12 maanden geldig en kan ook later worden ingediend, binnen de twee jaar na de transactie. De meeste APS landen hebben het nieuwe systeem al aanvaard. Dit is het geval voor Congo, India, Pakistan en Bolivia. Andere zullen in 2019 volgen, waaronder Indonesië en de Filippijnen. Ten laatste tegen juni 2020 zullen de huidige bewijzen van oorsprong allemaal door het nieuwe attest zijn vervangen. Beter nog: naast de APS-landen kan het Rex-stelsel wordt toegepast op andere derde landen die vrijhandelsverdragen hebben ondertekend met de Europese Unie, zoals dit al het geval was met Canada in het raam van het Ceta-verdrag, waar Rex werd verkozen boven het Eur.1 certificaat. Gelijkaardige regelingen worden in een nabije toekomst voorzien met Vietnam, Japan, Mexico, de landen uit het euromediterrane gebied (EurMed) en de overzeese grondgebieden die tot de EU lidstaten behoren (LGO’s), en misschien zelfs met de Verenigde Staten in het raam van het toekomstige TTIP, waarvan de onderhandelingen momenteel zijn opgeschort. Om zelf uw oorsprongsattesten uit te geven moet u echter het statuut van Geregistreerde Exporteur (GE) bezitten, naast een Rex-identificatienummer dat op het attest zal moeten staan van zodra het bedrag van de factuur hoger ligt dan 6000 euro. Onder dit bedrag is het niet nodig een GE statuut of een Rex- identificatienummer te bezitten. Hetzelfde principe geldt voor vervangende certificaten van oorsprong, in het geval van goederen uit APS-landen waarvan een fractie opnieuw wordt geëxporteerd naar een ander EU-lidstaat, Noorwegen of Zwitserland. 24 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Ook daar kan, voor verzendingen die meer dan 6000 euro waard zijn, de exporteur zelf het oorsprongsattest toevoegen, voor zover hij geregistreerd is en over een Rex-nummer beschikt. Hoe registreren? De betrokken ondernemingen kunnen registreren op de website van de Algemene Administratie Douane en Accijnzen (zie hieronder), waar ze algemene informatie zullen vinden over het Rex-stelsel en een in te vullen formulier. Zodra een onderneming geregistreerd staat, blijft dit geldig voor alle preferentieregelingen die zelfcertificatie voorzien. Het is dus niet nodig een nieuwe aanvraag in te dienen wanneer het Rex-stelsel binnenkort tot nieuwe landen wordt uitgebreid. Voor ondernemingen die internationaal actief zijn, is dit een niet te verwaarlozen formaliteit. Na afloop van de overgangsperiode zullen de niet-geregistreerde operatoren geen oorsprongsattest mogen uitgeven om voordeel te halen uit de preferenties. Van zijn kant zal de douane geen enkele oorsprongsbewijs meer afleveren. ● Verdere stappen: De website van de Site web de Algemene Administratie Douane en Accijnzen: https://financien.belgium.be/nl/ douane_accijnzen; daarna ‘ondernemingen’ en vervolgens ‘douane’. Informatie: da.klama.origin@minfin.fed.be © Thinsktock

INTERNATIONAAL MAATSCHAPPELIJKE VERANTWOORDELIJKHEID Hebben de ondernemingen behoefte aan duurzame ontwikkeling? Eind 2015 kwam de UNO met zijn Agenda 2030 op de proppen, met daarin 17 doelstellingen voor een duurzame ontwikkeling (DDO). Tegelijk werd wereldwijd een oproep gedaan voor meer verantwoordelijkheidszin van de ondernemingen ten aanzien van de economische, sociale en milieugebonden uitdagingen. België reageerde onmiddellijk, ook via zijn ondernemingen. Mathieu Maes, ICC Belgium N u is het zo dat ondernemingen van allerlei omvang en heel wat consumenten hierdoor de kluts kwijt raken. Economische overwegingen en andere prioriteiten zorgen in de bedrijfswereld voor enige verwarring en deze twee vragen: Is dit geen zoveelste communicatiestunt? En dient niet eerst en vooral de aansprakelijkheid van de zeer grote multinationals te worden aangekaart? Slechts een minderheid van bedrijfsleiders is zich nog steeds niet bewust van het belang van de uitdagingen op wereldschaal en van de perspectieven voor de komende generaties. Met de demografische groei stijgen de behoeften aan voeding en drinkwater. De steden moeten ingrijpend veranderen om leefbaar te blijven. Iedereen heeft recht op een baan waarin hij of zij zich ontplooit. En de spelregels van de wereldwijde economie moeten de vrijheid bieden om ook grensoverschrijdende handelsactiviteiten te voeren, op een faire en veilige manier. De huidige spelers van de economie dienen na te gaan welke impact hun dagelijkse beslissingen inzake handel en investeringen kunnen hebben op de competitiviteit van hun onderneming en op onze gezamenlijke wens om op lange termijn groei en werkgelegenheid aan te zwengelen. Dit brengt ons tot het besef dat ongeacht haar omvang, de onderneming vandaag afhangt van de globalisering, de economische en sociale situatie en de gezondheid van het milieu buiten Brussel en zelfs buiten Europa. Tal van ondernemingen leverden inspanningen voor hun eigen gezondheid en concurrentiële troeven via een harmonisering van hun commerciële activiteiten met de lokale gemeenschap en het milieu, lang voordat er sprake was van de DDO. Zulke waarden maken soms dusdanig deel uit van hun visie dat de bedrijven ondertussen niet meer vermelden of herhalen dat zij sinds het prille begin duurzaam zijn opgevat omdat zij bijvoorbeeld steeds de waarden van de oprichter hebben nageleefd en verspreid. Een goede MVO strategie moet in de genen van de onderneming zijn gegrift. Dit heeft niets te maken met een filantropisch of milieuvriendelijk programma dat min of meer in verband staat met de activiteit. Maar zelfs voor ondernemingen die al geruime tijd of sinds hun oprichting duurzaam zijn ingesteld, blijven een denkproces en inspanningen waardevol. Dit kan bijvoorbeeld bijdragen tot een betere communicatie over de duurzaamheid of tot de optimalisering van bepaalde rendementen via innovaties in recycling, energie-efficiëntie of mobiliteit. Vox populi Reputaties lopen een hoog risico door de online gedragingen van sommige consumenten en de steeds hogere eisen inzake voorbeeldig gedrag van ondernemingen en hun besluitvormers. Onberispelijkheid volstaat echter niet. Proactiviteit in het communicatiebeleid en de jaarrekeningen is ondertussen ook niet meer genoeg. Er bestaan vandaag ettelijke middelen waarmee de ondernemingen op een gestandaardiseerde manier verslag kunnen afleggen, wat nuttig is voor investeerders en waarnemers. We denken hier aan de richtlijnen van de Global Reporting Initiative (GRI), het Global Pact van de Verenigde Naties, de ISO 26000 norm enz. Tot slot zou de (maatschappelijke) verantwoordelijkheid van ondernemingen moeten berusten op een ‘compliance programma’ dat twee doelstellingen zou nastreven: ten eerste een sensibilisering van de werknemers en betrokken derden voor mogelijke fraude (met inbegrip van corruptie, mededingingsrecht, de verwerking van persoonlijke data, controle op export, economische sancties …), met de nodige beheermiddelen uiteraard, en ten tweede toezicht op de naleving van alle, ook ethische standaarden van de onderneming. De publieke opinie zou het duurzaamheidsbeleid van de onderneming in vraag kunnen stellen als er op het vlak van compliance iets verkeerd loopt. Precies dat risico neemt steeds toe. ● BECI - Brussel metropool - juni 2018 25 © Thinsktock

TOPIC IN EEN Brussel, een duurzaam gewest Energie 11,4% 14,6% 238ha 2316ha RESIDENTIEEL 35,9% TERTIAIRE SECTOR 21,4% Mobiliteit 2010-2017 +57% verplaatsingen met het openbaar vervoer (MIVB) +650% fietsers 55,4 Water miljoen m³ water: het verbruik van de Brusselse gezinnen in 2016 Afval 32,4% gesorteerd en gerecycled (PMD, papier, glas, groen en organisch afval) 67,6% verbrand Fijnstof -40% tussen 2000 en 2013 Bronnen: 46% 42% 9% 3% ... verwarming van residentiële gebouwen vervoer verwarming van tertiaire gebouwen 26 BECI - Brussel metropool - juni 2018 andere Lucht en klimaat Stikstofdioxide (NO2) Gemiddelde concentratie: 39 µg/m³ in 2014 aan het station van Molenbeek-SintJan, net onder de door Europa opgestelde maximumwaarde. 47% verkeer van buiten het Gewest 40% 13% structurele stedelijke vervuiling Broeikasgassen -18% tussen 2004 en 2013 t 25.000 on weggeworpen voedingswaren per jaar – 15 kg/persoon 40% door ondernemingen 60% door gezinnen VERVOER 3,7% INDUSTRIE 1,3% ANDERE Voedselverspilling -20% ENERGIEVERBRUIK tussen 2004 (24.134 GWh) en 2015 (19.381 GWh). 37,7% Natuur beboste gebieden (18,4 km²) beschermd grondgebied in het Gewest natuur- en bosreservaten Natura 2000 gebieden 479.408 ton opgehaald afval in 2015

TOPIC GREEN België, een nieuwe gastvrije bestemming voor recycling? Omdat China onlangs de import van afval op zijn grondgebied blokkeerde, moet Europa vandaag zijn afvalbeheersprocessen flink versnellen. België presteert bijzonder goed op dat vlak en zou dus met de ontwikkeling van nieuwe sorteercentra, een toevluchtsoord kunnen worden voor Europees afval. Géry Brusselmans “ B elgië omtoveren tot de vuilnisbelt van de wereld!” Deze slagzin van 11 ondernemers in de economische krant L’Echo in januari zette kwaad bloed bij heel wat lezers. Het voorstel is echter niet zo dwaas als het er uitziet. Europa wordt geconfronteerd met een overvloed aan afval. Het probleem is vrij eenvoudig: hoe meer Europeanen, hoe meer consumptie en hoe meer wordt weggeworpen. De overmatige consumptie gaat gepaard met extra problemen rond de opslag van gevaarlijk afval, de recycling van plastic, het beheer van de papier- en kartonberg en de verwerking van organisch afval. Naar verluidt produceert een Europeaan jaarlijks 5 ton afval, waarvan 200 kg gevaarlijke stoffen. In verscheidene Plastic: de grootste afvaluitdaging voor Europa Op Europese schaal en ook wereldwijd geldt plasticafval als een kolossale uitdaging. In 50 jaar tijd steeg de productie van plastic met 2000%, maar het beheer hiervan mag als catastrofaal worden bestempeld. Althans tot voor kort, want Europa haalt zijn achterstand in. Vandaag recyclet het merendeel van de Europese landen meer dan 22% van het plastic. Tegen 2030 wil Europa de sortering en de recycling van alle plasticverpakkingen verplicht maken, met alle gevolgen van dien op ons dagelijks leven en de activiteiten van de ondernemingen. Vanaf 2019 mogen de Belgen een steeds grotere verscheidenheid aan plasticafval in de blauwe PMD zakken werpen (yoghurtpotjes, botercups enz.), met de bedoeling dit plastic te verwerken tot nieuwe stoffen. “Positief is dat we al mentaliteitverschuivingen vaststellen bij grotere spelers”, zegt Bouchez, communicatie-verantwoordelijke bij Val-I-Pac. “Zo bijvoorbeeld Danone en Coca-Cola, die van plan zijn een zeker percentage gerecycled plastic te gebruiken voor de productie van hun verpakkingen. Wanneer grotere bedrijven zich toonaangevend opstellen, ontstaat er verandering.” Bij ons bestaan er al enkele grotere sorteer- en recyclingprojecten voor plasticafval. Binnenkort komen er twee sorteercentra in Wallonië, waarvan een in de omgeving van Bergen, met een capaciteit van 27.000 ton plasticafval per jaar. Ook voor Brussel is er een project in studiefase. Bergen plasticafval, die China voortaan weigert: een probleem of een buitenkans? Europese landen ontstaan recyclinginitiatieven. Op zich een positief gegeven, maar deze trend dient zich te versnellen, onder andere omwille van China. De Aziatische reus is de grootste invoerder ter wereld van afval met, tot voor kort, 8,4 miljoen ton plasticafval per jaar, waarvan de helft uit Europa (België zou verleden jaar 424.000 ton plasticafval naar China hebben gestuurd). Sinds januari heeft China deze invoer echter drastisch teruggeschroefd. “Voor Europa is dit rampzalig”, zei Arnaud Brunet, directeur van het internationaal bureau voor recycling, onlangs aan onze collega’s van het magazine Le Point. Een alternatief op korte termijn: Vietnam, India of Pakistan Er moeten op korte termijn beslissingen vallen. De bestaande sorteer- en recycling infrastructuur is in Europa onvoldoende ontwikkeld. “Het afvalbeheer lijdt in Europa aan een gebrek aan coherentie”, stelt Yves Decelle, specialist in deze materies bij Suez. “In Europa sorteren we al ruim 30 jaar, maar niet overal. De meest gevorderde landen zijn Duitsland, Nederland, Frankrijk en België. De achterlopers zijn Bulgarije, Polen, Malta en Griekenland, waar het merendeel van het afval nog op de vuilnisbelt terechtkomt.” Op zeer korte termijn zou Europa het afval naar andere landen dan China kunnen uitvoeren. Zo bijvoorbeeld Vietnam, India, Pakistan of Cambodja. “Voor deze landen kan dit een economische prikkel betekenen”, oordeelt Francis Huysman, directeur-generaal van Val-I-Pac, het orgaan dat bij ons de recycling van industriële verpakkingen promoot en coördineert. “Maar de taak volledig overnemen van China, dat zal niet lukken, want de huidige sorteer- en opslagcapaciteiten zijn vandaag onvoldoende en totaal niet in staat om de volumes te verwerken die BECI - Brussel metropool - juni 2018 27 © Thinsktock

TOPIC België, recyclingpionier China vroeger aanvaardde.” Bovendien beveelt het Europese beleid eerder een lokale verwerking van het afval aan. De ontwikkeling van sorteercentra in Europa zou dus de ‘goede’ oplossing zijn. België als toevluchtsoord Francis Huysman (Val-I-Pac) voor het afval? “We merken al een aantal initiatieven in Europa”, beweert Yves Decelle, van Suez. “We gaan echter zeer voorzichtig te werk want niemand weet vandaag of China niet opnieuw van standpunt zal veranderen. Afvalsortering en -recycling vormen namelijk een bijzonder labiele markt. Sorteren kost geld en de prijzen van herverkoop schommelen constant. Bij Suez hebben we bij gebrek aan rentabiliteit al een aantal eenheden moeten sluiten.” De ontwikkeling van sorteercentra in Europa ziet eruit als de meest geloofwaardige oplossing. En daar zou België een vooraanstaande rol kunnen spelen. “Ik ben ervan overtuigd dat België heel wat te bieden heeft. Ons land treedt namelijk regelmatig op als testgebied in andere materies”, aldus Francis Huysman, directeur-generaal van Val-I-Pac. “Op internationaal niveau staat België trouwens vrij hoog aangeschreven voor zijn centrale ligging”, meent Fatima Boudjaoui, woordvoerder van Fostplus, het orgaan dat in België instaat voor de ophaal, sortering en recycling van huishoudelijk verpakkingsafval. “Wij zouden graag nieuwe ondernemingen naar ons grondgebied lokken. Eerst en vooral moeten de bestaande sorteercentra worden geoptimaliseerd. Neem nu de intercommunales waarmee Fostplus samenwerkt: sommige van deze centra hebben opslagcapaciteiten van 20.000 ton. Dat is te weinig. Om investeerders aan te trekken, pleiten we voor de ontwikkeling van grotere maar minder talrijke sorteercentra dan vandaag.” Het ganse traject stimuleren Niet alleen de sorteercentra zijn aan uitbreiding toe: het ganse afvalbeheertraject moet dezelfde weg op. “Van de overheid verwachten we een wettelijk kader”, verklaart Yves Decelle, bij Suez. “Een praktisch voorbeeld: de auto- en computerconstructeurs zouden moeten worden verplicht om een bepaald percentage gerecycled plastic in hun nieuwe producten op te nemen. Vandaag is dit nog niet het geval.” Fostplus woordvoerster Fatima Boudjaoui pleit van haar kant voor een versoepeling van de Belgische regelgeving, om nieuwe investeerders aan Yves Decelle (Suez) 28 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Op Europees niveau blijft België het voorbeeld geven wat recycling betreft. Naar verluidt recyclet ons land 38% van zijn plasticafval, meteen de beste score in gans Europa. Dit geldt ook voor karton, glas en gevaarlijk afval. “Ons land was de Europese wetgeving te snel af”, weet Fatima Boudjaoui, bij Fostplus. “Wij ontwikkelden één coherent scenario, met de ophaal van karton, plastic en zelfs glas, via de glascontainers. Dit bleek een treffer, niet alleen filosofisch maar ook economisch, dankzij de verantwoordelijkheidszin van alle betrokken partijen.” Voor de invoer van bepaalde afvaltypes is België zelfs een centrum van wereldformaat: ontsmetting van olie-bevattende elektrische transformatoren in Grimbergen, recycling van edele metalen (goud, koper …) uit sommige onderdelen in Gent en ontwikkeling van een hergebruiktraject voor wisselstukken in Brussel. Andere landen raadplegen trouwens regelmatig de Belgische recyclingdeskundigen. Dit bewijst eens te meer dat België in dit domein heel wat uitzichten biedt aan Europa! te trekken. “In België stelt de regering zich strikter op dan Europa, wat de verplichtingen betreft. We stellen vast dat vooraanstaande investeerders veel belangstelling vertonen voor een eventuele vestiging in ons land. Een soepelere regelgeving, afgestemd op de Europese richtlijnen, zou een dergelijke beslissing in de hand kunnen helpen.” Val-I-Pac communicatieverantwoordelijke Ingrid Bouchez wenst vooral een “verandering van mentaliteit. Niet alleen economisch maar ook technisch zijn we aan een evolutie toe. De producenten van verpakkingen zijn de integratie van recyclingstoffen in hun fabricageprocessen nog niet gewoon. Er bestaan nog heel wat mogelijkheden voor de verwerking.” Fatima Boudjaoui (Fostplus) En laten we niet vergeten dat een bestemming voor de recycling van afval onvermijdelijk gepaard gaat met nieuwe uitzichten qua werkgelegenheid. ● D.R. D.R. © Dati Photography

Sorteren is kinderspel het om in de tweede stap van het op ‘iksorteerinmijnbedrijf. be’ aangeboden proces. Enkele tips die de bedrijven op de nieuwe VAL-I-PAC websites kunnen vinden: ➜ De vullingsgraad van de containers aanpassen ➜ Plasticfolie in aparte zakken verzamelen ➜ De zakken goed vullen ➜ Ingeval van volumineus afval, gebruik een perscontainer ➜ Enz. Met de lancering van zijn nieuwe website ‘iksorteerinmijnbedrijf.be’ wil VAL-I-PAC de bedrijven aanzetten om hun verpakkingsafval meer en beter te sorteren. Uitleg krijgen we van Mevrouw Ingrid Bouchez, de communicatieverantwoordelijke van het erkend organisme voor bedrijfsmatig verpakkingsafval. “Jazeker, zijn wij Europees kampioen in het sorteren en recyclen van afval, met een resultaat van 88,9% voor alle afvalstoffen samen. Dit betekent nog niet dat wij op onze lauweren mogen rusten.” Dit stelt het team van VAL-I-PAC, het erkend orgaan dat sinds nagenoeg 20 jaar de recycling van industriële verpakkingen promoot en coördineert. “Meer doen en beter, daar komt het op neer”, zegt Ingrid Bouchez. Daartoe geldt een eenvoudige boodschap: “Als wij de ondernemingen de goede richtlijnen meegeven, slagen ze hier even goed in als eender welk ander bedrijf met sorteerervaring”, aldus de communicatieverantwoordelijke van VAL-IPAC. Om dit te bereiken ontwikkelde VAL-I-PAC de website ‘iksorteerinmijnbedrijf.be’. Eerste stap: de afvalproductie in kaart brengen ‘iksorteerinmijnbedrijf.be’ stelt een analyse voor waarmee de onderneming kan nagaan van welke aard het door haar geproduceerde afval wel is. “De website biedt een spreadsheet waarin de afvalvolumes per maand en per type kunnen worden ingevoerd. Klassieke afvalstromen van het VAL­I­PAC systeem (hout en karton bv.) staan er al in, maar de gebruiker kan ook andere afvaltypes toevoegen”, vertelt Ingrid Bouchez. Na de data-invoer ontvangt de gebruiker een overzicht van zijn maandelijkse productie voor elk type afval. En wat het restafval betreft – namelijk het gedeelte dat overeenstemt met het niet gesorteerde afval – toont ‘iksorteerinmijnbedrijf.be’ dat het ook beter kan. Uit de statistieken van OVAM blijkt namelijk dat het restafval vaak nog heel wat valoriseerbare stoffen bevat. Een afzetcontainer bevat gemiddeld nog 20% hout, 11% plastic en 7% inerte stoffen, 7% papier en karton. Tweede stap: tips voor optimalisering In kaart brengen en weten is zeker positief, maar advies voor een betere recycling en valorisering is nog beter. Daar draait Met deze website kunt u bovendien: ➜ Nagaan welke verplichtingen van kracht zijn in Vlaanderen, Wallonië en Brussel voor de verscheidene afvalstromen die verplicht moeten worden gesorteerd ➜ Beter communiceren en het personeel intern motiveren (communicatiemateriaal wordt ter beschikking van de ondernemingen gesteld) ➜ Een overzicht krijgen van de VAL-I-PAC premies (welke premies, voor welke types materiaal) ➜ Een afvalinzamelaar vinden in functie van het type afval, de postcode (bij VAL-I-PAC aangesloten ophalers) enz. ➜ Tips ontvangen voor een goede sortering van het afval ➜ Op een speelse manier kennis maken met het tweede leven van materiaal, via de ontdekking van uitrustingen in onze beroepsomgeving (zo bijvoorbeeld ons werkblad gemaakt uit gerecycled hout) ➜ Links vinden naar de officiële websites en organismen als de OVAM, Leefmilieu Brussel, Beci … VAL-I-PAC viert zijn 20-jarig bestaan! VAL-I-PAC besliste zijn 20e verjaardag luisterrijk te vieren met acties voor de verscheidene betrokken partijen. Het organisme gaat ook de bedrijven in de watten leggen met mooie cadeaus … "Via een wedstrijd gaan we de ondernemingen aanmoedigen ons in te lichten over hun beste praktijken inzake afvalsortering. Dit geldt zowel voor VAL­IPAC leden al niet­leden. VAL­I­PAC zal de meeste relevante scenario’s onderbrengen in verscheidene categorieën. In elk hiervan wordt een winnaar gekozen. De prijs is de moeite waard: 5000 euro communicatiebudget die de ondernemingen in de publicaties van hun keuze kunnen gebruiken om te getuigen van hun betere ervaringen met afvalsortering”. iksorteerinmijnbedrijf.be

TOPIC Waardevol bio-afval! GREEN Alle Brusselaars kunnen voortaan hun organisch afval sorteren dankzij gemeenschappelijke en individuele compostering en het gebruik van de oranje en groene afvalzakken. Een deel van dit afval wordt al omgezet in energie, de rest in compost. Maar er is nog werk aan de winkel. Géry Brusselmans D e sortering van organisch afval is in Brussel de testfase voorbij. Vandaag kunnen zowel ondernemingen als particulieren die in een van de 19 Brusselse gemeenten zijn gevestigd, hun bioafval kwijt in de groene of oranje afvalzakken. Voor de oranje zakken bestaat echter nog geen verplichting en de witte zakken blijven in gebruik voor het huishoudafval. De sortering van de ‘organische’ afvalstoffen gaat duidelijk een ontwikkeling tegemoet. In 2017 werd hiervan in Brussel ongeveer 5.000 ton opgehaald. “Wij voorzien een verdubbeling binnen enkele jaren”, schat Nicolas Scherrier, specialist in het beheer van organisch afval voor Leefmilieu Brussel. Sortering is vooral een kwestie van doeltreffendheid: organisch afval kunnen we inzetten voor de productie van energie (elektriciteit), maar ook van teelaarde en meststof voor de landbouw. Een beetje backgroundinformatie: er bestaan twee types organisch of bioafval. Enerzijds voedselafval (een flink deel van ons huishoudafval): schillen van de vruchten en groenten, papieren zakdoeken, maaltijdresten enz. Anderzijds het zogenaamde groene afval: gemaaid gras, twijgen en blaren van hagen en planten e.d. Evenals andere Europese steden moet Brussel het sorteerproces tegen 2030 vsnell telt overeenkomst met Europa. overgrote meerderheid van val naar een biogaseenheid waar de stoffen worden omgezet biomethaangas voor de pr van elektriciteit, naast de pr van compost. De Ieperse biogasinstall zou voor Brussel echter tijdelijke oplossing kunnen Het vervoer van het afval 125 km van de hoofdstad is namelijk weinig milieuvriendelijk. Bovendien kost het vervoer van een ton bioafval ongeveer € 100 aan Brussel. Vandaar de vraag: hoe sorteren we dit afval binnen vijf jaar? Een deel van het antwoord krijgen we v L’opération Phosphore, een 30 BECI - Brussel metropool - juni 2018 cocreatieplatform dat burgers, wetenschapsmensen en overheden verenigt. “Phosphore wil de particulieren, scholen en ondernemingen sensibiliseren en steunen bij een autonoom beheer van organisch afval met lokale technieken”, vertelt Simon De Muynck, coördinator van het initiatief. “Er bestaan tientallen technieken – denk maar aan composteren, wormenbakcompostering, dierlijke valorisatie, micro-biomethaanvergassing of eco-vergisting, die zich allemaal aanpassen aan de verschillende spelers (burger, restaurant, school …).” Het initiatief ontstond in Brussel en telt vandaag minstens 150 collectieve compostcentra in de 19 gemeenten. Nog geen duidelijke oplossing op lange termijn “Leefmilieu Brussel, één van de partners van Phosphore, pleit voor een decentraal en lokaal beheer van bioafval”, stelt Nicolas Scherrier, van Leefmilieu Brussel. “Een dergelijk decentraal beheer volstaat echter niet om al het door het Gewest geproduceerde afval te verwerken. De aanpak moet dus eventueel worden aangevuld met een centraal beheer. We zijn dit nu aan het bestuderen.” Een andere belangrijke vraag: waar naartoe met het organisch afval als het niet meer naar Ieper vertrekt? In de stad Rijsel rijden de bussen bijvoorbeeld op biogas uit de tedelijk biogasfabriek. Al meerdere jaar lang wordt ver de bouw van een pror biomethaangas. De opvoor- en nadelen, onder de hoge kost (60 miljoen sommige ramingen) en de geluids- en geurhinder. Brussel neemt echter deel aan het Europese project en zal daarom binnenkort aan een aantal verplichtingen moeten voldoen. Er is namelijk sprake van een Europese verplichting waardoor de Brusselaars tegen 2023 hun organisch afval zullen moeten sorteren. ● © Thinsktock

OM STERK TE STAAN OP DE MARKT VAN MORGEN Opleidingen en diensten op maat van de bouwprofessional actief in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest SEMINARIES • Bouwen en biodiversiteit // 1 d • Densifi ëren om beter te delen // 1 d • Beheer van verontreinigde bodems //1 d • Stookplaatsrenovatie // 1 d OPLEIDINGEN • Energiebeheer // 3 d • Fotovoltaïsche zonne-installaties // 1 d • Hergebruik van materialen en bouwelementenn // 2 d • Verwarming en sanitair warm water // 4 d • Houtbouw // 2 d • Diagnosetools voor renovatie // 2 d • Warmtepomp // 2 d • Verlichting // 2 d • Gedeeltelijke en gefaseerde renovatie // 2 d • Regenwaterbeheer in de openbare ruimte // 1 d SEM: 40€/DAG - OPLEID: 50€/DAG SEPT - DEC 2018 WWW.LEEFMILIEU.BRUSSELS/ OPLEIDINGENDUBO © Batex Hectoliterstraat - Architect : R²D² Architecture - Foto: Bernard Boccara FACILITATOR DUURZAME GEBOUWEN Een gratis helpdesk met experten voor uw projecten in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 0800/85.775 facilitator@leefmilieu.brussels GIDS DUURZAME GEBOUWEN Ontwerphulp voor de professional www.gidsduurzamegebouwen.brussels

WELK BESTUUR VOOR EEN KOOLSTOFARME STEDELIJKE SAMENLEVING TEGEN 2050? Forum 22 juni In het kader van de internationale klimaatonderhandelingen die door de Verenigde Naties zijn gelanceerd, heeft het Brussels Hoofdstedelijk Gewest er zich toe verbonden een strategie te ontwikkelen om de broeikasgassen tegen 2050 met 80 tot 95% terug te dringen. Om de overgang naar een duurzamere samenleving aan te vatten is het essentieel alle middelen te mobiliseren die de rijkdom van het stedelijke territorium uitmaken. De uitdagingen waarvoor de grote steden staan, zijn meervoudig en transversaal van aard. Alleen een gecoördineerde aanpak op verschillende niveaus waarbij diverse competentiedomeinen worden betrokken kan succes boeken. Op basis van deze vaststellingen buigt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zich over de mogelijkheden van een goed bestuur die het mogelijk maken de koolstofdoelstelling tegen 2050 te bereiken. Volgens de Verenigde Naties zal tegen 2050 2/3 van de bevolking in de steden wonen en zullen die steden de grootste verantwoordelijken zijn voor de globale uitstoot van koolstof. De studie voor een koolstofarm Brussel heeft het Gewest een instrument en scenario's in handen gegeven om zijn koolstofarme strategie voor 2050 op te stellen. Met deze studie kan het Gewest zijn visie over de impact van de gedrags- en technische veranderingen van diverse trajecten verfijnen om vervolgens een beleid op lange termijn te voeren in alle sectoren, steunend op een globale en gedeelde visie van de uitdagingen verbonden met de overgang naar een koolstofarme samenleving. Een inclusieve reflectie over de manier waarop de Brusselse bevolking kan bewijzen opgewassen te zijn tegen de uitdagingen die haar tegen 2050 te wachten staan dringt zich vandaag meer dan ooit op. Met het oog daarop organiseert Leefmilieu Brussel op 22 juni 2018 een forum rond de van de burgergroeperingen om de klimaatuitdagingen aan te gaan. Olivier De Schutter (UCL) en Simon De Muynck (Centre d'écologie urbaine) zullen spreken over het autonoom maken van de burgers en de middelen voor samenwerking om onze stad te transformeren. volgende vraag : Welk bestuur voor een koolstofarme stedelijke samenleving tegen 2050 ? De ambitie van het forum is een collectieve reflectie op gang te brengen over de vruchtbare relatie tussen de overheid en burgerinitiatieven, en zo de basis te leggen voor een actiestrategie om de koolstofuitstoot tegen 2050 terug te dringen. Een van de sprekers, Elisabeth Grosdhomme-Lulin, zal de evolutie schetsen van de openbare dienstverlening en de methodes om het potentieel te activeren De debatten en workshops zullen worden geleid door Civic Innovation Network (https://civicinnovation. network/site), een Brussels laboratorium dat zich tot doel stelt co-creatie te faciliteren, coondernemingen op te richten en systemische tools te ontwikkelen ter versterking van de stedelijke veerkracht. WANNEER: 22 juni 2018, van 8h30 tot 17h00. WAAR : BEL Auditorium, Leefmilieu Brussel, Havenlaan 86c - 1000 Brussel https://www.bel.brussels WIE: De deelnemende partijen op lokaal, nationaal en internationaal niveau zijn: ● Burgerverenigingen en het maatschappelijk middenveld ● Overheidsinstanties ● Privéspelers ● Universitairen TALEN : Nederlands, Frans, Engels INSCHRIJVINGEN : http://koolstofarme. leefmilieu.brussels MEER INFO : lowcarbon@environnement.brussels • http://koolstofarme.leefmilieu.brussels

SolarClick : op weg naar 4.500 ton CO2 in Brussel tegen 2020 ! SolarClick is de naam van het programma dat begin 2017 werd gelanceerd door de Brusselse regering om het grote potentieel van de productie van fotovoltaïsche elektriciteit te exploiteren die de daken van de overheidsgebouwen vertegenwoordigen. De uitvoering van het project werd toevertrouwd aan Sibelga, in samenwerking met Leefmilieu Brussel. SolarClick beschikt over een budget van 20 miljoen euro over 4 jaar (2017-2020). In totaal zullen via SolarClick tegen 2020 bijna 85.000 m² daken van openbare gebouwen met fotovoltaïsche panelen worden uitgerust. Op termijn zou dit moeten leiden tot een vermindering van de CO2 -uitstoot met ongeveer 4.500 ton. Het programma berust op een win-winprincipe: het openbare bestuur kan rekenen op de geproduceerde elektriciteit voor zijn eigen behoeften, en dit kosteloos; het Gewest, eigenaar van de fotovoltaïsche panelen, int de groenestroomcertifi caten en spijst het Klimaatfonds met de opbrengst van hun verkoop. Dit jaar zullen de eerste 48 gewestelijke en gemeentelijke gebouwen (administratieve gebouwen, sportinfrastructuur, scholen, ...) worden uitgerust met “SolarClick”fotovoltaïsche zonnepanelen. In totaal zullen tegen 2020 MEER INFO : https://solarclick.be/ • info@solarclick.be Mede-eigendom en fotovoltaïsche zonnepanelen : modelcontracten voor het gebruik van gedeelde daken U huurt een pand met zonnepanelen op het dak? U wil fotovoltaïsche zonnepanelen installeren op het dak van een gebouw in mede-eigendom of het dak van een naburig gebouw gebruiken? Maar wie van de (mede-) eigenaars, huurders, mede-eigendom en buren doet wat, wie betaalt wat en wie is verantwoordelijk voor wat? Enkele modelcontracten helpen om alles te regelen. Om de gebruiksmodaliteiten van deze “gedeelde daken” voor fotovoltaïsche zonnepanelen duidelijk te bepalen, stelt Leefmilieu Brussel u typecontracten ter beschikking: clausules die u in de huurovereenkomst kan integreren wanneer u een pand verhuurt, modellen van huurcontracten of van terbeschikkingstelling van het dak en typeclausules voor het proces-verbaal van de vergadering van medeeigenaars. Zij zullen u toelaten de voorwaarden van de overeenkomst tussen de verschillende betrokken partijen te verduidelijken en kunnen als basis dienen voor het opstellen van uw offi ciële documenten. Professionelen of mede-eigendommen met meer dan 6 woonheden kunnen terecht bij de Facilitator Duurzame Gebouwen, 0800/85.775. MEER INFO : www.leefmilieu.brussels/facilitator • facilitator@leefmilieu.brussels 150 sites worden uitgerust met fotovoltaïsche zonnepanelen en zo het fotovoltaïsch vermogen dat momenteel in Brussel is geïnstalleerd met ongeveer 20% verhogen. De eerste « SolarClick »-installatie werd op 25 mei in werking gesteld, in aanwezigheid van minister Fremault. Het gaat om het rustoord Bloemendal in Sint-Agatha-Berchem, een gebouw van het OCMW. /jaar minder © Sibelga

GREEN De uitdagingen en buitenkansen van waterzuivering Wegens haar dichte bevolking en nog steeds levendige industrie dient Brussel uiteraard voor een optimaal beheer van haar afvalwater in te staan. Hiervoor pleiten trouwens een Europese richtlijn en ergens ook de reputatie van de stad. De zuiveringsstations Brussel-Noord en Brussel-Zuid vervullen deze belangrijke taak op het beperkte grondgebied van de hoofdstad. Beide werden de afgelopen jaren bij grote renovatieprojecten betrokken. Johan Debière I n 2011 raakte Aquiris bekend met een pilootproject dat sedimenten uit het noordelijke waterzuiveringsstation in Brussel valoriseert voor de productie van bioplastic (zie kaderverhaal hierover). Ditmaal richten de schijnwerpers zich op het station ten zuiden van Brussel, waar de zogenaamde "membraantechnologie" wordt toegepast. Deze verbazingwekkende technologie zorgt voor een extreem hoog niveau van filtratie. Sandrine Moulin, ingenieur bij de BMWB: "Deze technologie wordt ook in andere bedrijven gebruikt, in het bijzonder de vele ondernemingen die in Brussel actief zijn in de voedings- en farmaceutische sectoren.” Tertiaire zuivering De BMWB dient vandaag de uitdaging van de zogenaamde tertiaire zuivering aan te gaan. De secundaire zuivering filtert namelijk organische verbindingen of fosfaten uit het water, terwijl de tertiaire vooral mikt op verontreinigende stoffen als stikstof en fosfor, en ziekteverwekkers (kiemen). Deze weliswaar belangrijk missie is nog lang niet veralgemeend in de grote steden. De zuivering door middel van membraantechnologie in een stedelijke omgeving als Brussel vereist immers een permanente verwerking van het afvalwater, zonder enige vermindering van de capaciteit. (Nvdr: dankzij haar capaciteit van 360.000 inwoner-equivalenten voorziet deze installatie in de behoeften van een groot deel van Brussel). Sandrine Moulin: "Deze fase van de werken is bijzonder ingewikkeld wegens de zeer beperkte omvang van de site, zonder de minste mogelijkheid tot uitbreiding. Het voorontwerp bestudeerde verscheidene oplossingen. Omwille van de beperkingen werd gekozen voor membraantechnologie.” Naast een 34 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Het zuiveringsstation Zuid, dat ongeveer een derde van het Brusselse afvalwater verwerkt, werd in de afgelopen jaren gerenoveerd. ongeëvenaarde filtratiekwaliteit biedt deze technologie hoge prestaties bij een compact proces. Terugwinning van biogas Compactheid en hoge graad van filtratie zijn slechts twee troeven. Door de keuze van dit procedé kon de Brusselse Maatschappij voor Waterbeheer (BMWB) ook het slib valoriseren. “Het slib wordt verkregen via een anaeroob vergistingsproces dat de productie van biogas mogelijk maakt (...) Met warmtekrachtkoppeling valoriseren we dit biogas om een deel van de elektriciteit te produceren die we nodig hebben om de site te exploiteren", vervolgt Sandrine Moulin. Minder positief is dat de membranen die voor de filtratie worden gebruikt, zeer regelmatig moeten worden gewassen om optimale prestaties te verzekeren: © Reporters © Inventive Studio/Vinci Environnement

TOPIC een beperkt energieverbruik, de best mogelijke filtratie en het behoud van de hydraulische capaciteit. Zonder al te veel in detail te treden, komt het gefilterde water overeen met gezuiverd water. "Aan het einde van het proces voldoet het water aan de lozingsnormen. De residuen noemen we ‘actief slib’, dat onder meer bestaat uit zuiverende bacteriën. Deze wordt in de reactoren in een constante concentratie gehouden, waarbij de overmaat naar de slibbehandelings- en -terugwinningslijn, d.w.z. naar de anaërobe gistingsinstallatie, wordt getransporteerd", aldus nog Sandrine Moulin. R-Use De valorisatie van het slib om elektriciteit te produceren is op zich prima. Beter nog is een beheer dat het water in een kringloop integreert en verder reikt dan de bekende waterbeheercyclus. Daarom besloot de BMWB zich in te zetten voor het R-Use project. Sandrine Martin : "Omdat de kwaliteit van het water dat een membraanbioreactor verlaat zeer goed is, zou een eenvoudige aanvullende behandeling door UV-desinfectie en/of chlorering volstaan om dit water te hergebruiken. De eerste gebruiker van dit water is de BMWB. Het zuiveringsstation zal zijn eigen servicewater produceren om het drinkwaterverbruik te beperken.” Deze eerste toepassing is zeker niet verwaarloosbaar. Ze produceert trouwens 30 m³ per uur. Niet alleen de BMWB zal bij dit interessante project betrokken zijn: "Er loopt een project met een industriële partner uit de automobielsector". Er zou hier sprake zijn van de levering van ongeveer 90 m³ per uur aan deze fabriek. Geen enkele naam werd vermeld, maar het zuiveringsstation ligt op amper 200 meter van de Audi fabriek in Vorst … Deze ontwikkeling kadert trouwens volledig in de toekomstplannen van de BMWB. En hoewel de wetgeving op dit vlak in België nog onduidelijk is, verklaart de BMWB dat de Europese Unie die kant op duwt. Wat Europa wil, zal Brussel zeker ook willen. Temeer daar dit heel duidelijk overeenstemt met de circulaire logica waarin Brussel zich sinds enkele jaren resoluut engageert, onlangs nog met het Gewestelijk Programma voor Circulaire Economie (GPCE). En het prijskaartje? Waterzuivering is een prioriteit, maar er gaan kosten mee gepaard. Hoe controleren we de prijs van deze vitale hulpBioplastic uit sedimenten Op 7 oktober 2011 opende Aquiris het eerste industriële prototype voor de productie van bioplastic uit stedelijk afvalwater. De unieke technologie werd vanaf 2010 in gebruik genomen en betekende een grote stap voorwaarts in Brussel, maar ook op Europese schaal. De installatie, die op pilootschaal werd ontwikkeld, maakte het mogelijk om afvalwater efficiënt om te zetten in bioplastic, of eerder in PHA of polyhydroxyalkanoaat, dat in minder dan een jaar afbreekt, waar conventionele kunststoffen tientallen jaren nodig hebben om te ontbinden en altijd sporen van bestanddelen achterlaten. Rekening houdend met een bevolking van meer dan één miljoen inwoners, wier effluenten de ‘grondstof’ van dit groene plastic vormen, zou de sector volgens berekeningen van Aquiris ongeveer 20.000 ton bioplastic per jaar kunnen produceren. Nu het debat aanzwelt over het plastic afval dat in rivieren en dus in de oceanen wordt geloosd, stijgt de vraag naar dit echt biologisch afbreekbare plastic. Technisch gezien heeft bioplastic minstens even veel troeven als zijn verre verwanten uit de petrochemie: het wordt zelfs gebruikt als heelkundige hechtdraad. Of in dashboards van auto's. Hallo, Audi Vorst… Belangstelling? bron? Sandrine Moulin antwoordt geruststellend: "De lopende werken zijn al geruime tijd gepland en geïntegreerd in het financieel plan van de BMWB. We verwachten geen impact van deze investeringen op de prijs van het water. En wat de toekomstige prijs betreft, besliste het Brussels Hoofdstedelijk Gewest een regulator in het leven te roepen, zoals dit trouwens al het geval was voor de elektriciteitsmarkt". Brugel, de Commissie voor de Regulering van de Energiemarkten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, is voortaan ook belast met de controle van het water, krachtens de ordonnantie van 15 december 2017, die op 2 februari 2018 in het Belgisch Staatsblad verscheen. Opnieuw een mooi voorbeeld van rationalisering ... ● De Zenne bij het verlaten van Brussel: de kwaliteit van het oppervlaktewater in Brussel is dankzij de zuivering duidelijk verbeterd. BECI - Brussel metropool - juni 2018 35

Leefmilieu Brussel verkoos het nieuwe Monnoyergebouw van Elia tot voorbeeldgebouw. Groene en hedendaagse werkruimtes GREEN Gebeurtenissen die bedrijven soms moeten ondergaan – zoals het einde van een huurovereenkomst, een herstructurering of, integendeel, een sterke toename van het aantal werknemers – kunnen tot een complete herziening van de werkplek leiden. De kans om voor meer groen te kiezen. Johan Debière E en bedrijf met enkele duizenden werknemers dat verhuist: het blijft indrukwekkend. Het vertrek van Axa uit het emblematische gebouw dat het bijna 50 jaar lang in Watermaal-Bosvoorde heeft bezet en de overplaatsing naar het centrum ging bij vele Brusselaars dan ook niet onopgemerkt voorbij. Hetzelfde verging BNP Paribas Fortis, dat enkele jaren geleden besloot om een streep te trekken door zijn hoofdkantoor aan de Warandeberg. Behalve de schok die een dergelijke verandering kan veroorzaken, is zo’n verhuizing soms ook de gelegenheid voor een grondige analyse van de dagelijkse werkplek. Het oude meubilair herverdelen Axa maakte in dit opzicht duidelijke keuzes. Het bedrijf is erg gehecht aan de levenskwaliteit op het werk en maakte van de verhuizing vanuit Bosvoorde naar het (bijna) hypercentrum van Brussel gebruik om de ecologische voetafdruk van zijn nieuwe locatie aanzienlijk te verbeteren en de topologie van de nieuwe gebouwen volledig opnieuw te configureren. Het begon bij deze grote verhuizing en een reorganisatie van de werkmodus op basis van het flexdesk-concept. “2600 mensen zijn verbonden aan het hoofdkantoor in de Brusselse binnenstad, terwijl we over 1600 werkplaatsen beschikken. We werken daarom met een ratio van 0,6,” vertelt Alain Verheulpen, Local Head of Development Real Asset bij Axa. Dat betekent heel concreet zes stoelen per tien werknemers. Om nog enkele cijfers te geven: vandaag zijn er 400 parkeerplaatsen beschikbaar, terwijl het er op de Vorstlaan nog 1400 waren. Het oude kantoormeubilair werd niet weggegooid: “We hebben het tegen een symbolische som aan onze personeelsleden aangeboden. Daarnaast organiseerden we de herverdeling ervan via de Axa Harten Troef Stichting, evenals via non-profitorganisaties die zich inzetten voor kansarme mensen of mensen met een fysieke beperking.” 36 BECI - Brussel metropool - juni 2018 De nieuwe hoofdzetel van Axa in de Troonlaan: een passief gebouw. Paperless en flexdesk Minder meubilair en minder auto's dus. Om nog maar te zwijgen over het stilaan verdwijnende papier als resultaat van het paperless-beleid. De impact op het milieu is belangrijk, ook al bekijkt Axa de heropstart in het stadscentrum eerst in termen van de reorganisatie van het werkparadigma: “Net als de CEO van Axa, die één dag per week thuis werkt, hebben ook de werknemers van het bedrijf geen vaste werkplek (nvdr: de CEO ook niet trouwens). Alles is rond dit essentieel punt gebouwd. Dit concept gaat duidelijk verder dan enkel een flexdesk,” vervolgt Alain Verheulpen. Het milieu wordt echter niet vergeten: “Het nieuwe hoofdkantoor bij Troon kreeg de certificaten van passiefgebouw en van Breeam Excellent (...). Onze leveranciers volgen alle erkende normen op het vlak van prestaties en duurzaamheid. Lage CO2 -uitstoot, de Emas-registratie, de 14001- en EN 15372-normen (nvdr: Europese norm die de vereisten voorschrijft rond de veiligheid, sterkte en D.R. D.R.

TOPIC duurzaamheid voor alle niet-huishoudelijke tafels), cradle-to-cradle...,” voegt Chloé Tillieux, de woordvoerster van Axa, daar aan toe. Bovendien bezetten fotovoltaïsche panelen een aanzienlijk deel van het oppervlak en ligt het totale verbruik van het gebouw niet hoger dan dat van 8... koffiezetapparaten. Net als bij Axa krijgt ook bij Elia kantoorapparatuur altijd een tweede leven. De tonnage in het milieurapport van de netbeheerder is in dit opzicht indrukwekkend: in 2016 en in 2017 bood Elia meer dan 3 ton IT-apparatuur een tweede leven dankzij een schenking aan verenigingen. In 2015 was dit zelfs nog drie keer zoveel, meer dan 9 ton. “De apparatuur die we wegschenken wordt eerst nog nagekeken door onze IT-afdeling, die alle Elia-gegevens wist en de nieuwe gebruikers de best mogelijke start wil geven,” zegt Valérie Legat, milieumanager. Hetzelfde geldt voor de meubels en zelfs de mappen. “Onlangs schonken we de meubels aan een non-profitorganisatie in Mont-sur-Marchienne die werkt rond psychische problemen. De mappen die na de massale digitalisering van de administratie nutteloos waren geworden, hebben we aan scholen gegeven,” voegt de manager toe. Zuinige voorbeeldgebouwen De aandacht voor het milieu richt zich ook op de gebouwen die de Belgische beheerder van het elektriciteitsnet bezet, en vooral die gebouwen die Elia de afgelopen jaren heeft gebouwd. Zo koos Leefmilieu Brussel het gebouw Nearly Zero Energy Monnoyer, een uitbreiding van de Elia-site in Schaarbeek, uit tot voorbeeldgebouw. Het gebouw is erin geslaagd om energieprestaties te combineren met de sociale, economische, stedelijke, menselijke en ecologische context (nvdr.: het is ontwikkeld op een terrein van 3 hectare, dat voorheen vervuild was en werd bedekt met een dichte plaat). Het ontving ook een Breeam-certificaat (minder veeleisend in termen van minimumdrempels) maar zou waarschijnlijk gemakkelijk een HQE-certificaat kunnen krijgen. Dit is een Franse norm die, volgens de professionals uit de industrie, strenger is en met name rekening houdt met de gezondheidsaspecten van de gebruikers. De herontwikkeling van de gebouwen en de werkruimtes van Axa en Elia hebben gemeen dat ze een aanzienlijke blijvende verbetering betekenen omdat ze steunen op een relatief groot gebruiksoppervlak. Hetzelfde geldt voor het gebouw dat Leefmilieu Brussel bezet op de site van Tour en Taxis, voor de nabijgelegen incubator Greenbizz of voor het nieuwe hoofdkantoor van BNP Paribas Fortis. Het gaat om meer dan 30 000 m² in het geval van Axa Troon, bijna 100 000 m² voor BNP Paribas Fortis en 16 000 m² voor Leefmilieu Brussel. Veel meer dus dan de 500 tot 1000 m² waar een diensten-KMO in Brussel in zou investeren. In dit geval lijkt de beschikbare ruimte echter grotendeels het succes te bepalen van de duurzame herconfiguratie van een werkruimte. De vergadertafel van Geert Bourgeois NNOF (Nearly New Office) bevestigt ons dit fenomeen. Het bedrijf ligt in Vilvoorde en is geboren uit een diversificatie door het verhuisbedrijf Your Mover. Het verzamelt verouderde of ongeschikt geworden kantoorapparatuur en-materiaal om die daarna letterlijk te sublimeren. Het resultaat zijn mooie en goed doordachte kantoormeubelen, die bovendien een steentje bijdragen in de strijd tegen de verspilling van grondstoffen: bijna al het verzamelde materiaal wordt opnieuw gebruikt. “We maakten onlangs een grote vergadertafel op vraag van Vlaams minister-president Geert Bourgeois. We hebben de tafel vergroot, de bestaande basis gepolijst en gewaxt en vervolgens voorzien van een nieuwe laag zwart laminaat waarop we elektrificatieboxen hebben geplaatst,” legt Anne Lenaerts uit. Wanneer we de directrice marketing van NNOF vragen hoe toegankelijk dit soort diensten zijn voor kleine structuren, neemt ze geen blad voor de mond: “Wanneer een KMO ons iets dergelijks verzoekt, dan moeten we ze naar meer aangepaste oplossingen doorverwijzen (...). Dit soort aanpak vereist inderdaad veel denkwerk en een grondige analyse, en dus ook financiële middelen”. Voor degenen die niet over een groot budget beschikken maar die toch belang hechten aan de ecologische dimensie van hun werkruimte, biedt de tweedehandsmarkt ook een – zeer lovenswaardige – oplossing. Er bestaan veel opties: de aanbiedingen op het HuBu-platform (Human Business), de tweedehandswinkel voor kantoormeubilair van Oxfam in Anderlecht, de zoekertjes van de site 2dehands.be ... ● Vlaams minister-president Geert Bourgeois heeft een vergadertafel laten ‘herconfigureren’. BECI - Brussel metropool - juni 2018 37 D.R.

Stedelijke verdichting: een ecologische uitdaging GREEN In Brussel wordt veel, hoog en vooral woningen gebouwd. Deze projecten botsen regelmatig op de tegenstand van verenigingen die ecologische argumenten aandragen. Wanneer de vraag naar bebouwingen stijgt, is het dan niet beter om de stad te verdichten dan het platteland te verstedelijken? We leggen het voor aan Pierre-Alain Franck, beheerder van de BVS (Beroepsvereniging van de vastgoedsector) en Benjamin Cadranel, algemeen bestuurder van Citydev. V ergeleken met de grote Europese hoofdsteden is Brussel geen bijzonder dichte stad: het Brussels Hoofdstedelijk Gewest telt 7.454 inwoners per vierkante kilometer, tegen 10.131 in Londen (Inner London) en 21.067 inwoners per vierkante kilometer in Parijs intra-muros. Toch is Brussel de jongste vijftien jaar met 216.000 inwoners gegroeid. Dat is vergelijkbaar met een stad als Gent die zich in het Brusselse Gewest zou hebben opgelost. Bovendien zal het groeipercentage van 0,5% per jaar de bevolking naar verwachting tegen 2040 met 100.000 mensen (vergelijkbaar met Brugge) doen toenemen, tot 1,3 miljoen1 . Bouwen is in Brussel daarom absoluut noodzakelijk, maar niet eenvoudig. Veel projecten stoten op verzet, vooral om ecologische redenen. Maar is de stad uitspreiden milieuvriendelijker dan ze verdichten? Voor Benjamin Cadranel (Citydev) luidt het antwoord duidelijk nee: “Stedelijke uitbreiding is slecht voor de ecologische voetafdruk, het fileprobleem en zelfs de sociale cohesie. Als je als een stadsbewoner op het platteland leeft, dan vernietig je het. Het gebruik van de grondoppervlakte ligt er veel hoger per individu. Er is geen sprake van synergieën of optimaal gebruik, elke ruimte is een privéruimte. Je gebruikt er individueel ruimtes die voor iedereen zouden moeten zijn.” Pierre-Alain Franck (BVS) deelt deze mening: “Er is al te veel aan het platteland geknabbeld. De overheid draagt een verantwoordelijkheid om de stadsuitbreiding in te dammen en om de inwoners te laten begrijpen dat verdichting noodzakelijk is.” Een verouderd model Een van de eerste argumenten voor stedelijke verdichting is ongetwijfeld een betere mobiliteit in en rond de hoofd38 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Gaëlle Hoogsteyn stad. “De oorzaak van het fileleed in Brussel is de stadsuitbreiding,” legt Benjamin Cadranel uit. “Mensen kopen een huis in Brabant of Henegouwen en komen dan met de auto naar Brussel omdat ze geen andere mogelijkheden hebben. Vanaf een bepaalde afstand, vooral met een te kleine menselijke agglomeratie, wordt het onbetaalbaar om collectief openbaar vervoer te organiseren. Deze situatie is helemaal niet duurzaam.” De stadsuitbreiding beschadigt de stad ten koste van degenen die er wonen. “Een grote individuele tuin bezitten is allemaal goed en wel, maar als je daarvoor twee of meer uren per dag vastzit in het verkeer, loont het dan echt de moeite?” Het is echter niet de bedoeling om de pendelaars met de vinger wijzen – die volgen slechts het model dat hen al jaren wordt voorgelegd – maar wel om hen iets aantrekkelijker aan te bieden. Volgens Benjamin Cadranel is deze visie van woonwijken in de voorsteden, zoals België ze in de jaren vijftig verdedigde, ondertussen volledig achterhaald. “De tijd dat iedereen zijn eigen huisje had, ligt achter ons. Meer en meer mensen vragen zich af of ze dit model nog steeds willen. Wat is het meest interessante? Een woning in de buitenwijken bezitten of een appartement in de stad huren met uitzonderlijke gemeenschappelijke ruimtes die ze zich anders niet zouden kunnen veroorloven?” De stedelijke ontwikkeling vandaag ambieert een stad waar het aangenaam leven is. Naar een slimme verdichting We moeten naar een veel dichtere, maar kwalitatieve stad. Voor onze twee experts vormt dichtheid geen belemme1 Demografische vooruitzichten 2017-2070, Federaal Planbureau. © Thinsktock

TOPIC ring voor de levenskwaliteit zolang er een goede balans bestaat tussen individuele en collectieve ruimtes en de stad gemakkelijk toegang biedt tot verschillende diensten. Bovendien brengt verdichting de burgers dichter bij een aantal diensten en zorgt ze ervoor dat mensen dichter staan bij hun werkplek, school, kleuterschool, sportfaciliteiten, culturele centra, enz. Pierre-Alain Franck legt uit: “We moeten intelligent verdichten. Laten we dingen bouwen die mensen echt nodig hebben, inclusief gemeenschappelijke ruimtes zoals wasserijen, feestzalen, tuinen, parkeerterreinen, enz. waar alle inwoners van een wijk van kunnen genieten.” Zo bestaat het Tivoli-project bijvoorbeeld uit gemeenschappelijke wasserijen, collectieve moestuinen, stadsserres, huurbare kamers ... “We moeten mutualisering niet zien als iets dat we ondergaan, maar als een manier van leven waar we voor kiezen”, stelt Benjamin Cadranel. Vroeger werden de functies binnen de stadsplanning gescheiden (de plaats waar we slapen versus die waar we werken, enz.). Tegenwoordig zien we bij gemengde vastgoedprojecten het tegenovergestelde. Deze tendens volgt de constant groeiende vraag van de nieuwe generatie. “De hybridisatie is een trend in de manier van leven. Het gaat erom de stad zo te verdichten dat er positieve complementariteiten ontstaan tussen de verschillende functies,” vervolgt hij. Laten we ook vermelden dat de huidige vastgoedprojecten zo ontworpen zijn dat ze aan de biodiversiteitsbehoeften van de stad voldoen. Het zijn bovendien ook energiezuinige of zelfs volledig passieve gebouwen, in tegenstelling tot het merendeel van het huidige woonbestand. Dit verlaagt dus de energiekosten op individueel niveau, maar betekent ook een lagere totale ecologische voetafdruk. Steeds meer gemengd vastgoed Deze intelligente verdichting voorziet daarom gemengde projecten die woningbouw en commerciële activiteiten combineren. In de praktijk moeten we het gebruik van ruimte rationaliseren en plaats vrijmaken voor huisvesting, mét behoud van een economische activiteit. Bedrijven of werkplaatsen bevinden zich meestal op de benedenverdieping. De daken kunnen dan weer voor allerlei andere doeleinden dienen. In Barcelona is bijvoorbeeld het dak van een Decathlonwinkel omgetoverd tot een sportveld. “In het Citycampus-project bouwen we studentenhuisvesting bovenop de werkplaatsen,” geeft Benjamin Cadranel als voorbeeld aan. De ontwikkeling van een Ogso2 is hierbij essentieel. Pierre-Alain Franck, bestuurder van de BVS. Momenteel stellen projectontwikkelaars projecten voor die voldoen aan de vraag van de overheids2 Ondernemingsgebieden in een stedelijke omgeving. BECI - Brussel metropool - juni 2018 39 Benjamin Cadranel, algemeen bestuurder van Citydev. sector. De vraag is echter wie op de lange termijn zal zorgen voor het beheer van deze ruimtes (bestemd voor economische activiteiten). “Bedrijven willen er wel werken en ze huren, maar hebben niet de middelen of de wens om ze te kopen. De vraag stelt zich hoe je deze ruimtes vlotter op de markt brengt en verkoopt. Zouden we in het Brussels Gewest niet een nieuwe (publiek-) private speler oprichten die net als Citydev voor de ontwikkeling van de economische activiteiten zou zorgen via het beheer van het patrimonium onroerende goederen?” vraagt Pierre-Alain Franck zich af. “Wie de economische actoren worden op die benedenverdieping weten we nog niet,” erkent Benjamin Cadranel. “Als stadsontwikkelaars ontwikkelen wij – maar ook de MSI3 en Perspective – projecten die voldoen aan de verwachtingen van verschillende doelgroepen. In samenwerking met de overheid laten we zien dat projecten mogelijk en ook winstgevend zijn.” Communiceren om rechtszaken te voorkomen Voor Pierre-Alain Franck moeten promotoren consistente producten aanbieden die bovendien ook een meerwaarde bieden voor de wijk. Maar ook de inwoners, verenigingen, wijkcomités, enz. zijn ervoor verantwoordelijk om projecten niet systematisch en uit principe tegen te werken. “Er lopen vandaag veel erg dure zaken in beroep die de procedures en vooruitgang van de projecten gevoelig vertragen,” zegt hij. Als je velden achterin je tuin gewoon bent, wil je er niet noodzakelijk een gebouw op gepoot zien worden. Dan begint de strijd van het collectieve versus het individuele belang. “De overheid moet overtuigen dat het collectieve belang niet destructief is. Verdichten gaat niet noodzakelijk gepaard met verhogen. Er bestaan andere oplossingen dan torens van 30 verdiepingen te bouwen. Wanneer je een programma samenstelt dat ook aan de verwachtingen van een wijk voldoet, kom je uiteindelijk tot overeenstemming. Hoe meer we de lokale bevolking betrekken, hoe beter,” besluit Benjamin Cadranel. ● D.R. © Reporters

TOPIC Not In My Backyard? GREEN “Niet bij mij” is een goede omschrijving van het acroniem Nimby (“Not in my backyard”). Die geeft meteen de negativiteit ervan weer... hoewel dat niet zo hoeft te zijn. Didier Dekeyser B wachten op het GEN1 én van de vele verbolgen krantenkoppen: “Mokerslag voor het GEN: een inwoner van Linkebeek blokkeert de werken (...) Duizenden pendelaars ”. Of Nimby op zijn mooist: de grote collectieve reus uitgedaagd door een zandkorreltje individueel belang! Zo klinkt de gewoonlijke definitie voor dit verschijnsel. Het Waals milieu-agentschap Environnement-Wallonie beschrijft het bv. zo: “Het Nimby-fenomeen is een lokaal conflict dat enerzijds gekoppeld is met de angst voor een veranderende leefomgeving (dalende levenskwaliteit, veiligheid, waarde van zijn onroerend goed) en anderzijds de verdediging van individuele belangen, zelfs wanneer het algemene idee van het project wordt aanvaard (wat geen algemene regel is). (... ) De bevolking voelt zich onteigend (...) en verliest het vertrouwen ten opzichte van de politieke of economische beleidsmakers en de wetenschappelijke experts2 ”. Lokaal, gekant tegen expertise en egoïstisch. Is daarmee het probleem geschetst, of enkel de burgerparticipatie afgekraakt? Nimby is echter niet louter lokaal. Kampt Europa vandaag ook niet te met deze problematische houding? Robert Biedron, de rijzende politicus in Polen, vertelde onlangs: Het Nimby-fenomeen is een lokaal conflict dat enerzijds gekoppeld is met de angst voor een veranderende leefomgeving en anderzijds de verdediging van individuele belangen, zelfs wanneer het algemene idee van het project wordt aanvaard.” “De Polen staan bekend als pro-Europees. Maar wanneer je hen vraagt of ze voorstander zijn van de opvang van vluchtelingen, de invoering van de euro, een gemeenschappelijk klimaatbeleid of de fiscale unie, dan verschilt hun mening niet van die van Marine Le Pen of andere extremistische populisten3 ”. Ook het Hongarije van Orban ontsnapt er niet aan. En hoe zit het met de landen in het Noorden die het lot van migranten betreuren maar tegelijkertijd de instroomlanden oproepen om ze vooral niet tot bij hen te laten komen? 40 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Beweren dat Nimby steunt op een wereldwijd wantrouwen tegenover de economie, de politiek en de wetenschap is eerder een vooroordeel dan een weerspiegeling van de realiteit. Wetenschappelijke, economische en politieke expertises staan bijna altijd op de frontlijn wanneer de tegenstanders hun argumenten aanvoeren. In het geval van glyfosaat vroegen de tegenstanders van het product bijvoorbeeld naar de wetenschappelijke studies, die de bedrijven hadden geprobeerd in diskrediet te brengen4 . Vervolgens barstte een hevige strijd los, waarin ze zich wapenden met aanvullende wetenschappelijke en economische studies. Individueel versus algemeen belang? Dat Nimby inherent zelfzuchtig zou zijn klopt niet: de tegenstanders van kernenergie of GGO’s hebben het vaker over de toekomstige generaties dan over zichzelf, en roepen in feite een “algemeen belang” op dat de voorstanders volgens hen enkel voor economische doeleinden misbruiken. De dubbelzinnigheid van het concept ligt niet alleen in de definitie ervan. Verdient het concept, zelfs in zijn engste zin – namelijk een tegenstelling tussen beperkte persoonlijke belangen van kleine groepen en het algemeen belang – wel het stigma dat er aan kleeft? De kwestie van het algemeen belang is vaak delicater dan het lijkt. Wanneer een wijk bijvoorbeeld protesteert tegen de overlast van een handelszaak in de buurt, kant ze zich dan tegen het algemeen belang of tegen een individueel economisch belang? En zelfs wanneer het algemeen belang aannemelijk is omwille van de potentiële nieuwe banen en gunstige economische impact, mag deze wijk dan de waarde van haar onroerend goed niet verdedigen? Het is heel normaal © Thinsktock

TOPIC om individuele belangen tegen het algemeen belang in te zetten wanneer de impact van het grotere plaatje het kleinere plaatje geheel of gedeeltelijk vernietigt. Toch lijdt het Nimby-fenomeen soms aan de euvels die het verweten wordt. Zelfs onder de dekmantel van een dynamische burgerparticipatie met goed opgeleide en geïnformeerde burgers die lokale of sociale kwesties willen aanpakken, kan het zich niet losmaken van enig individualisme. Al was het maar omdat zij die zich uiten beschikken over de culturele vaardigheden die een meerderheid niet heeft (en ze daarom neigen voor zichzelf te spreken) en pleiten voor levensstijlen waar anderen niet naar streven. Omdat de activisten van het gemeenschappelijke goed bovenal het algemeen belang verdedigen dat ze zelf bijzonder goed kunnen smaken ... Burgerparticipatie of misbruik van de democratie? Het is een dubbelzinnig fenomeen. Maar bestaat het op de schaal die het wordt toegeschreven? En wat zijn de effecten ervan? In het geval van het GEN hierboven zegevierde finaal het collectieve belang (uiteindelijk waren het de trage procedures, taalkwesties en een gebrekkig budget – allemaal politieke verantwoordelijkheden – die de grootste stokken in de wielen van het dossier hebben gestoken). Meestal regelt de wet de problemen. Nimby In Linkebeek is het GEN-werf meer dan vier jaar stilgelegd na verzet van buurtbewoners. daarom afschilderen als systematisch verzet tegen de meeste projecten is daarom misschien overdreven. Bovendien versterkt dit de hedendaagse tendens tot “(...) minder burgerparticipatie en overleg met betrokken instanties5 .” Een kleinere democratische ruimte zal het probleem alleen maar doen toenemen. Pedagogie en transparantie zouden daarentegen zeker een stap vooruit betekenen. De befaamde voetgangerszone die van hogerhand werd beslist illustreert dan weer hoezeer politieke communicatie nog in zijn kinderschoenen staat en tot Nimby aanzet. ● “Nimby is soms een elitair fenomeen” We spraken onlangs met Frédéric Dobruszkes, hoogleraar-onderzoeker aan de ULB, over het project metro noord. Een aantal burgers verzet zich tegen dit project. Waar wijst Nimby op? Het duidt op zich op een tegenstrijdigheid tussen individuele en collectieve belangen, met een negatieve connotatie tegen wat als individueel belang geldt. Dat is te verklaren door het feit dat het de verschillende besluitvormers in een ongemakkelijke positie brengt omdat Nimby ervaren wordt als het in vraag stellen van een project en/of autoriteit. In de stedelijke context is de mogelijkheid om politieke en economische keuzes in twijfel te trekken bijvoorbeeld een collectieve verwezenlijking van de stadsstrijd, met name tegen de ‘verbrusseling’. Moeten we Nimby zien als een democratische buitensporigheid die veranderingen te gemakkelijk in de weg staat? Behalve de concrete acties – zoals in beroep gaan – die bepaalde groepen of individuen nemen, denk ik dat de politiek aandacht moet besteden aan degenen die zich niet uitdrukken. In het dossier van het vliegtuiglawaai bijvoorbeeld: het is opvallend hoe sommige groepen erin slagen intens te communiceren, terwijl anderen 1 RTL, 10 juli 2013. 2 environnement.wallonie.be. 3 Le Soir van 20/04/2018, interview door Jurek Kuczkiewicz. 4 Met name die van Aron Blair, zie Libération, 27 november 2017. 5 Inter-environnement, bulletin van 28 juni 2017 over de hervorming van BWRO. BECI - Brussel metropool - juni 2018 41 – die misschien harder getroffen worden en wie weet de gevolgen van het activisme van de luidste groepen zullen ondervinden – zich helemaal niet laten horen! Of de kanaalzone. Vanwege sociale, economische en culturele barrières heerst een groot stilzwijgen die de politiek zou moeten opmerken. Een ander voorbeeld is de herontwikkeling van de Buyllaan om het openbaar vervoer te stroomlijnen: de Nimby-stem uit de buurt leidde tot een compromis dat de situatie weliswaar ietwat maar niet evenveel als verwacht verbeterde. Maar hoe zit het dan met de stem van de tram- en busreizigers? Die zijn veel talrijker dan de bewoners en handelaars onder leiding van een lokale verkozene. In die zin is het Nimby-fenomeen soms een elitair verschijnsel dat zijn eigen grenzen afbakent. De metro noord is een controversieel project met een onzeker definitief budget. Kan dit een harde oppositie rechtvaardigen? De burger heeft de mogelijkheid om zijn mening te uiten. Ook al blijft dit zeer gebrekkig in het licht van wat ik eerder heb gezegd, toch moet de politiek de uiteindelijke beslissing nemen. Hoewel de complexiteit van dit project de machtsverhoudingen tussen overheden en inwoners hier waarschijnlijk scheef trekt. © Reporters

FOCUS Energiepact wordt groot toekomstproject ENERGIE Het eind maart goedgekeurde Belgische Energiepact wil tegelijk de kernenergie in 2025 uitfaseren, de bevoorrading tegen betaalbare prijzen verzekeren en de klimaatakkoorden van Parijs naleven. Op zijn minst een grote uitdaging. Ook op sociaal niveau. D e productie en het verbruik van onze broodnodige energie veranderen drastisch. Door de klimaaten milieucrisis, de politieke instabiliteit in olie- en gasproducerende landen, de prijsschommelingen en de opkomst van hernieuwbare energiebronnen en nieuwe technologieën staat het energiesysteem onder druk. Het moet zich aanpassen, maar zonder de steun van de overheid, die deze essentiële sector reguleert en controleert, komt hier niets van in huis. Vandaar het Energiepact, eind maart door de Federale Staat en de Gewesten goedgekeurd. Het bepaalt de krachtlijnen van ons energie- en klimaatbeleid, evenals een strategie voor de uitvoering ervan. Het plan vermeldt 2030 als een scharnierjaar. Tegen dan moet België beschikken over "een energiesysteem dat een continue, duurzame en betaalbare bevoorrading kan verzekeren". De energietransitie gaat met diepgaande veranderingen gepaard: de ontwikkeling van koolstofarme hernieuwbare technologieën, de decentralisatie van de productie naar kleine, meervoudige eenheden in de nabijheid van energiebronnen, nieuwe diensten en economische modellen, de betrokkenheid van de beter geïnformeerde consumenten (die om zulke diensten vragen) – én de opkomst van de zgn. prosumers, de producenten-consumenten. De overgang betekent een ander, efficiënter en afvalvrij verbruik, desnoods met ingrijpende renovatieprogramma's ter verbetering van de energieprestaties van gebouwen. De ontwikkeling van nieuwe productie- en consumptiepatronen, van nieuwe spelers en nieuwe diensten zal, naast wijzigingen in de wetgeving, ook grote investeringen in infrastructuur en innovatie vereisen. Producenten, netwerkexploitanten, bedrijven, overheden en burgers worden hier allen bij betrokken. Een positief element Het Energiepact moet op een stabiel en voorspelbaar wettelijk kader berusten om investeringsrisico's te verminderen. Bij de energietransitie moet het de bevoorradingszekerheid en betaalbare prijzen garanderen. Op die manier behouden de Belgische bedrijven hun concurrentiekracht. In dit opzicht is het Pact een positief signaal. Ook de wil om een energienorm in te voeren is positief, want daardoor kunnen de energieprijzen het concurrentievermogen van onze bedrijven niet in het gedrang brengen. Voor hun energie betalen de Belgische bedrijven trouwens 10 tot 34% meer dan hun concurrenten in de buurlanden. 42 BECI - Brussel metropool - -juni 2018 Deze norm geldt dus als een prioriteit. Zij moet in nauwe samenwerking met alle belanghebbenden, de sectorale en intersectorale federaties inbegrepen, worden vastgelegd. Het Energiepact vertoont echter tekortkomingen. Zo bijvoorbeeld het einde van de kernenergie tussen 2023 en 2025. Een recent in opdracht van de federale regering verschenen studie toont aan dat een volledige nucleaire uitfasering in 2025, 150 tot 900 miljoen euro meer zou kosten dan het behoud van twee reactoren tot 2030. Het zou ook de CO2 -uitstoot van de energiesector met 76% doen toenemen. Als er twee centrales overblijven, zou de uitstoot slechts met 30% toenemen. Uit het rapport blijkt bovendien dat een uitstap uit kernenergie in 2025 een stabiele gascapaciteit van 7.500 MW zou vereisen tussen 2025 en 2050. Het behoud van de reactoren zou de investeringen in gascentrales niet overbodig maken, maar gewoon uitstellen. Een geleidelijker uitstap via een beperkte, tijdelijke nucleaire capaciteit en tegelijkertijd de snellere ontwikkeling van de gascapaciteit, zou zowel de financiële als de milieukosten kunnen beperken. De transitie naar een duurzaam energiemodel zal niet eenvoudig zijn. Het Pact en de daaruit voortvloeiende energiestrategie moeten daarom regelmatig worden geëvalueerd om ze aan te passen aan deze drieledige doelstelling: de continuïteit van de voorziening, betaalbare prijzen en het nakomen van onze klimaatverplichtingen. ● Laura Rebreanu, coördinatrice duurzame ontwikkeling bij Beci lr@beci.be, 02 643 78 26. © Thinsktock

De kerncentrale Tihange. ENERGIE Waar naartoe met de Belgische expertise in kernenergie? Rond het stilleggen van de Belgische kerncentrales in 2025 rijzen nog heel wat onbeantwoorde vragen. Is de Belgische internationaal erkende deskundigheid in kernfysica en -techniek tot verdwijning gedoemd? Hopelijk niet. Géry Brusselmans I n 2025 zouden de kerncentrales van Doel en Tihange worden stilgelegd, voor zover de regering tussen nu en dan de planning niet opnieuw wijzigt. Met de uitstap van de kernenergie rijzen niet alleen vragen over de alternatieve energiebronnen: er heerst ook een zekere onrust aangaande een eventueel uitsterven van de Belgische deskundigheid in kernfysica en –techniek, na de sluiting van de centrales. “Dat risico bestaat wel degelijk”, stelt Pierre-Étienne Labeau, hoogleraar nucleaire technologie aan de École polytechnique de Bruxelles (ULB). “Nochtans behoudt deze deskundigheid ook na de sluiting van de centrales al haar belang. Denk maar aan de ontmanteling van de centrales en het beheer en de verwerking van het kernafval. Het is best mogelijk dat een flink deel van het opgeleide personeel de sector nog voor 2025 zal willen verlaten en, wat betreft de centrales van Doel, andere professionele uitzichten in het Antwerpse Havengebied zal gaan zoeken. Het zou dus best kunnen dat de sector van de kernenergie uitsluitend zal kunnen verder werken met mensen die zichzelf te oud achten om een nieuwe wending te geven aan hun carrière. Met dit personeel kan de sector nog een aantal jaren verder, maar zeker niet lang genoeg, want in sommige domeinen zullen de behoeften nog tientallen jaren blijven bestaan.” De ontmanteling van de centrales kan na de sluiting gemakkelijk 10 tot 15 jaar duren. De verwerking van het radioactief afval zal minstens tot in 2050 of zelfs 2060 voortduren. Bovendien vereist de bestraalde splijtstof opgeslagen in de bassins van de centrales een aparte behandeling en beheer, die ook met een zekere deskundigheid gepaard gaan. De kennis ten dienste van gezondheidszorg en ruimtevaart Gelukkig beperkt deze deskundigheid zich niet tot de productie van energie. Het Studiecentrum voor Kernenergie in Mol produceert in zijn BR2 kernreactor 25% van alle radio-isotopen die wereldwijd voor medische diagnose worden ingezet. Deze medische beeldvormingstechniek injecteert, meestal intraveneus, een licht radioactief product bij de patiënt, om de reacties in het lichaam te analyseren. “Dankzij de kernenergie blijven wij trouwens andere medische toepassingen ontwikkelen”, weet Vincent Massaut, deskundige in kernfusie bij het SCK-CEN (Studiecentrum voor Kernenergie). “Wij ontwikkelen bijvoorbeeld therapieen met radio-isotopen die in onderzoeksreactoren worden geproduceerd en waarmee kanker lokaal kan worden aangepakt. Ook voor de industrie zijn er toepassingen, met radio-isotopen die een soort radiografie kunnen voortbrengen, of bijvoorbeeld nog het doteren van silicium via conditionering, en dit alles met onze BR2 reactor.” Een derde ontwikkelingsdomein voor de toekomst is de veelbelovende ruimtevaart. “Via de kernenergie bestuderen bijvoorbeeld de eventuele bestralingen die een invloed kunnen hebben op materialen, de mens of het gebruik van geneesmiddelen bij het verlaten van de atmosfeer”, vertelt Vincent Massaut. “De kernenergie Vincent Massaut BECI - Brussel metropool - juni 2018 43 © Thinsktock D.R.

FOCUS Iter, een internationaal project wordt verder bestudeerd en ontwikkeld als energiebron. Er bestaan bijvoorbeeld al studies over verblijven op de planeet Mars. We bestuderen onder andere de lichamelijke stress die astronauten ondergaan door bestraling, een lagere of onbestaande zwaartekracht, opsluiting enz.” Jean-Marc Sparenberg De Belgische opleiding trekt buitenlandse studenten aan Geen kerntechniek zonder expertise. Zal deze deskundigheid verdwijnen met de stopzetting van de Belgische centrales? “Laten we de Belgische situatie met de Franse vergelijken”, zegt Jean-Marc Sparenberg, hoogleraar kwantumfysica aan de École polytechnique de Bruxelles (ULB). “In de jaren 60 en 70 investeerde ons land massaal in de kernenergie. De vorming in kernfysica en -techniek die wij hier organiseren, werd al gauw internationaal beroemd. De afdeling natuurkundig ingenieur is vandaag echter minder in trek bij de Belgische studenten. Het aantal inschrijvingen is zeker al 15 jaar lang constant en slechts enkele studenten behalen een diploma in deze specialiteit. Alle Belgische universiteiten bieden echter een volwaardig leertraject in kerntechniek. Deze specialiteit kent enig succes bij ondernemingen die werknemers willen opleiden, en bij buitenlandse studenten.” Volgens onze deskundige hoeft het leertraject kerntechniek en kernfysica niet in vraag te worden gesteld, omdat het nog steeds heel wat uitzichten biedt. “Mensen met een diploma kernfysica en -techniek vinden op een of andere manier altijd werk”, aldus Jean-Marc Sparenberg. “Een heroriëntering van kerndeskundigen verloopt wellicht vrij vlot, want werkgevers zijn op zoek naar mensen met een wetenschappelijke background.” De oplossing: een of twee actieve centrales na 2025 Een goed beeld van wat de Belgische kerndeskundigheid in de toekomst kan worden, vinden we in Nederland. De Nederlanders beschikken slechts over één kerncentrale, namelijk in Borssele, in het zuiden van het land, maar ze hebben alternatieve energiebronnen ontwikkeld. De Nederlandse regering heeft een tijd lang het onderzoek 44 BECI - Brussel metropool - -juni 2018 met Belgische deskundigen België keert de kernenergie geleidelijk de rug toe op zijn grondgebied, maar blijft internationaal goed bezig. Ons land neemt deel aan het Iter project, een van de meest ambitieuze ter wereld, gevestigd in Cadarache, in het zuiden van Frankrijk. Aan Iter dragen 35 landen bij, tientallen Belgische deskundigen en duizenden ingenieurs en wetenschapsmensen uit de ganse wereld. Zij werken aan een machine die zou kunnen bewijzen dat kernfusie op grote schaal kan worden ingezet als energiebron voor de productie van elektriciteit. Een uiterst ambitieus project inderdaad, want kernfusie is de energiebron van de zon en de sterren. Deze technologie is een geweldige uitdaging voor het milieu. Ze stoot namelijk geen CO2 uit om elektriciteit te produceren. De creatie van het eerste plasma wordt een eerste test op ware grootte van het Iter project en is voorzien in… 2025. en de ontwikkeling rond hoogradioactief kernafval stilgelegd. “Na enkele jaren waren de Nederlanders al hun deskundigen in dit domein kwijt”, betreurt Pierre-Étienne Labeau. “Vandaag roepen ze de hulp in van de NIRAS (de Nationale Instelling voor Radioactief Afval en verrijkte Splijtstoffen) om deze deskundigheid weer op te bouwen. België zou dus op termijn in dezelfde situatie verkeren als Nederland indien geen initiatief wordt genomen. Dit gebeurde al met de mijnen en de teloorgang van de Belgische expertise in dit domein.” Volgens Pierre-Étienne Labeau zou een van de oplossingen voor België erin bestaan een of twee kerncentrales ook na 2025 actief te houden. Deze beslissing kan na de parlementsverkiezingen van 2019 in het volgende regeerakkoord worden opgenomen. “De regering moet haar verantwoordelijkheden opnemen. Het gaat hier niet alleen om tewerkstelling, maar ook om het behoud van de huidige expertise”, aldus nog de heer Labeau. ● Myrrha, de toekomst van Pierre-Étienne Labeau kernenergie in België Ook België sleutelt op zijn grondgebied aan een project van internationale omvang. Hier gaat het om kernsplijting. Myrrha wordt het eerste prototype van een kernreactor gestuurd door een deeltjesversneller. Deze reactor is een première in de wereld en zou kunnen voldoen aan de wereldwijde vraag naar medische radio-isotopen. Op ecologisch vlak zou de reactor erin slagen de levensduur van kernafval veel korter te maken. Dit totaal nieuw ontwerp van een kernreactor zou op het Belgische grondgebied, en meer bepaald in Mol, worden opgericht. Voorwaardelijke wijs, want Myrrha is nog steeds in studiefase. De Belgische regering investeert in deze technologie en het project, dat wordt gestuurd vanuit het Studiecentrum voor Kernenergie in Mol, in samenwerking met internationale deskundigen. “Het zou helaas kunnen dat België geen geld meer wil stoppen in dit onderzoekswerk na 2025”, vreest Pierre-Étienne Labeau. D.R. D.R.

FOCUS De huidige energierevolutie is aan versnelling toe ENERGIE De technologische ontwikkelingen die de hernieuwbare energie doorstaat, zullen de energiemarkt ingrijpend wijzigen. Vandaag bestaat de uitdaging erin die doorbraken in het netwerk te implementeren. D e onderzoekswereld werkt al enkele jaren aan een hoog tempo om de energietransitie op gang te brengen. De technologieën zullen blijven evolueren, maar zij hebben ondertussen een zekere rijpheid bereikt, waardoor zij nu ook industrieel exploiteerbaar zijn. Een nieuwe complexiteit van het netwerk De energietransitie vervaagt de grenzen tussen de verschillende energiesectoren. Alle spelers worden aangezet om samen na te denken over de verdere complexiteit van het netwerk, dat multidirectioneel zal werken en onderlinge verbindingen zal bieden. "De digitalisering van onze samenleving is een grote uitdaging", stelt Menno Janssens, verantwoordelijk voor innovatie bij Elia. “Al deze nieuwe technologieën zullen een verandering van het DNA van onze maatschappij vereisen. Eenvoudige eenrichtingsstromen zullen de plaats moeten ruimen voor een complex ecosysteem met energiestromen tussen buurlanden, onder het toezicht van DNB's (distributienetbeheerders). Er komt een decentralisatie van de energieproductie, met particulieren die over zonnepanelen beschikken. En we mogen regionalisaties verwachten, met zonneparken in Zuid-Europa en windmolenparken in het noorden. Hoewel België slechts 60 km kustlijn heeft, beschikt het land nog steeds over een offshore site van wereldklasse". In deze context start Elia momenteel een test om de meerwaarde te evalueren van de zgn. ‘blockchain’-technologie, een database die de verschillende gebruikers – zonder tussenpersonen – delen en die de geschiedenis van alle uitgevoerde uitwisselingen bevat. Het beheer van intermittentie België is ook de thuisbasis van een van de slechts twee systemen in Europa die hardware simulatie ‘in the loop’ aankunnen, voor een vlotter beheer van laagspanningsen middenspanningsnetten. Het ene is gevestigd in Aken (Duitsland) en het andere in EnergyVille (Genk). Ze maken deel uit van de samenwerking inzake toegepast onderzoek gericht op de energietransitie. De universiteiten van Leuven en Hasselt en de privé partners Vito en Imec nemen hieraan deel. "Voor ons als onderzoekscentrum is het onmogelijk om nieuwe technologieën te implementeren en ‘live’ te testen in het netwerk. Wij zitten vast door een gebrek aan politieke beslissingen en de geldende wetgeving", betreurt Serge Peeters, e-storage specialist en hoofd Business and Relationship Development bij EnergyVille. “We zullen met veel hogere schakelsnelheden moeten werken. We dienen reactietijden van ongeveer een milliseconde te bereiken. Zover staan we lang nog niet. We moeten minstens 100 tot 1000 keer sneller optreden om intermittentieproblemen te beheersen. Stelt u zich eens voor: honderdduizenden energiepunten over een netwerk heen. Ze verdwijnen en verschijnen op ongecoördineerde momenten en variëren zeer snel. Verscheidene mechanismen moet worden ingebouwd om deze variabiliteit op het netwerk te beheren. Om de pieken wat af te ronden is er geen andere oplossing dan compenseren met externe energie." Opslag, de grote uitdaging Gas of kernenergie vormen in de komende jaren de nodige back-up. Toch is de opslag van hernieuwbare energie essentieel voor de toekomst. “Bij hernieuwbare energie zijn er momenten waar iedereen produceert en andere waar alles stilligt", vervolgt Serge Peeters. “Bij overproductie worden windturbines of fotovoltaïsche panelen losgekoppeld van het net. Vandaar de behoefte aan decentrale opslagoplossingen, maar ook lokaal, bijvoorbeeld aan de voet van windturbines. Er bestaan al verscheidene opslagtechnologieën – denk maar aan lithium-ionbatterijen of waterstofopslag – maar het beheer ervan moet nog in samenwerking met de distributienetbeheerders worden ontwikkeld. En die BECI - Brussel metropool - juni 2018 45 Ophélie Delarouzée © Thinsktock

FOCUS DNB’s zullen geen initiatief nemen zolang de wetgever geen stappen onderneemt. Ze zitten in een keurslijf van taken en verplichtingen. In Duitsland is het echter wél mogelijk om, ondanks de wetgeving, batterijen voor zonne-energie op residentieel niveau in te zetten.” Wie energieleverancier wil De toekomst van hernieuwbare energie ligt bij de burgers en in kleine structuren. Serge Peeters (EnergyVille) worden, moet momenteel de continuïteit van de voorziening garanderen en aan een aantal wettelijke verplichtingen voldoen. “De batterijen waar we het vandaag over hebben voor thuis hebben een opslagcapaciteit beperkt tot een paar uur", merkt Menno Janssens op. “De omzetting van elektriciteitsproductie in waterstof is een opslagtechnologie voor de lange termijn. Ze bestaat, maar blijft vrij duur. Laten we ons afvragen wat de kost voor de samenleving zal zijn. Sommige technologieën zijn niet bruikbaar omdat ze nog steeds te duur zijn. Er wordt weliswaar gezocht naar oplossingen. En de kost van de technologieën daalt wanneer de vraag toeneemt.” Vertrouwen op de microgrid Grote projecten zijn in voorbereiding. Zo is voor diepe geothermische energie een mooie toekomst weggelegd. Dankzij een pilootsite in de buurt van de kerncentrale van Mol is het nu al mogelijk om te werken in de zones die in België een middelmatige warmte vertonen. Hydro-elektrische energie is ook een zeer effectief opslagmedium, maar Serge Peeters staat kritisch tegenover de efficiëntie van de projecten die in België zouden kunnen ontstaan, wegens de geringe hoogteverschillen op het grondgebied. Hier is er sprake van een project voor een kunstmatig meer in La Roche-en-Ardenne, midden in een natuurreservaat. Over het algemeen pleit hij voor de ontwikkeling van de microgrid: "Fotovoltaïsche energie heeft ruimte nodig. Gaat landbouwgrond hieraan worden opgeofferd? Microgrid biedt naar mijn mening de meeste mogelijkheden. De toekomst van hernieuwbare energie ligt bij de burgers en in kleine structuren.” Menno Janssens beaamt dit: "De consument moet centraal staan in de energietransitie. Het is een nieuwe filosofie, maar het is goed dat iedereen erbij betrokken wordt.” Innovaties zouden het landschap kunnen veranderen. Denk maar aan de integratie van fotovoltaïsche panelen in gevels. Maar we verwachten bovenal een vermenigvuldiging van initiatieven. “Fotovoltaïsche apparatuur werd in eerste instantie verkocht als winstgevender dan een bankbelegging. En de kopers hadden aan het eind van de maand geen problemen om de elektriciteitsrekening te betalen", weet Serge Peeters. “De prijzen zijn gedaald. Vandaag moeten 46 BECI - Brussel metropool - -juni 2018 er gemeenschappen worden opgericht, eventueel via gemeentelijke instanties, met het oog op de ‘smart cities’. Waarom zouden we geen dakoppervlakte huren op openbare gebouwen, industrieterreinen of van mensen met lagere inkomens?” Hij pleit ook voor kleinschalige windenergie: "Windturbines kunnen worden geïnstalleerd langs hoofdwegen in stedelijke gebieden. Voor individuele personen zijn de administratieve procedures omslachtig en het duurt vaak meer dan een jaar om een antwoord te krijgen op een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning. En in meer dan 50% van de gevallen is die zelfs negatief. Daarom is fotovoltaïsche energie zo populair.” Effect van de elektrische auto’s Menno Janssens beweert dat de democratisering van elektrische auto's nabij is: "Volgend jaar zal een elektrische auto niet duurder zijn dan een normale auto, als we rekening houden met de prijzen van benzine en elektriciteit over de ganse levensduur van de wagen. En over een paar jaar zal ook de aankoopprijs niet meer verschillen. Vandaag zien we dat Shell, Total en andere olieconcerns innovatieve starters overnemen die actief zijn in de installatie van elektrische laadpalen. De vertraging bij het opzetten van dit netwerk in België zal worden ingelopen.” Hij meldt bovendien op dat elektrische auto's ook een potentiële energiebron voor woningen zullen zijn. Serge Peeters roept op tot een mentaliteitsverandering: "Een Chinees koopt in functie van zijn werk een vervoermiddel (scooter, fiets, auto...) dat 99% van zijn verplaatsingen verteDe digitalisering van onze samenleving is een grote uitdaging. Al deze nieuwe technologieën zullen een verandering van het DNA van onze maatschappij vereisen. Menno Janssens (Elia) genwoordigt. In Europa volgden we een ultraliberaal paradigma: ‘Mijn auto is mijn vrijheid’ en we kiezen de wagen in functie van onze vakantie – dus 1% van onze tijd. Als er morgen evenveel elektrische auto's rondrijden als thermische wagens vandaag, loopt alles in het honderd. Met 50 liter stookolie kunt u 800 km rijden of een villa een dagje winter verwarmen. Met 75 kWh leggen we 350 km af, maar dat is 15 keer het elektriciteitsverbruik van een huis in een dag. Mensen moeten energie gaan besparen, want de elektrificatie zal zich blijven uitbreiden. Een paar jaar geleden werd een mobieltje één keer per week opgeladen. Vandaag laden miljarden mensen hun smartphones dagelijks op!” ● D.R. D.R.

Resilience Coaching is een gepersonaliseerde begeleiding die Brusselse KMO’s toelaat om de opportuniteiten van duurzaamheid en circulariteit voor hun onderneming in kaart te brengen. Met Resilience Coaching zoekt u samen met een coach naar concrete mogelijkheden om in te spelen op deze opportuniteiten. Pas uw bedrijfsmodel aan om nieuwe kansen te grijpen, het grondstofverbruik te optimaliseren en uw bedrijf duurzamer te maken De begeleiding Resilience Coaching vloeit voort uit de behoefte van KMO’s om hun bedrijfsmodel aan te passen aan een meer duurzame economie gebaseerd op rendabiliteit, vermindering van de milieu-impact en een beter besef van de sociale aspecten van de onderneming. Dit is een eerste stap naar een circulair bedrijfsmodel. Aan de eerste 40 Brusselse ondernemingen die zich registeren biedt Leefmilieu Brussel een begeleidingstraject Resilience Coaching aan. Mis deze kans niet! Wat is Resilience Coaching ? ● Een gepersonaliseerde begeleiding, met u en bij u, door coaches met een uitgebreide expertise inzake duurzaamheid voor ondernemingen. ● Een begeleiding gedurende 4 dagen, verspreid over een periode van 6 maanden ● Een begeleiding met een waarde van €2600 die door Leefmilieu Brussel wordt aangeboden aan de eerste 40 Brusselse ondernemingen die zich inschrijven ● Een Europese methodologie, waarmee 46 Brusselse KMO’s reeds hun voordeel deden Wat hebt u erbij te winnen ? ● Een balans van uw activiteit ● Een identificatie van de duurzame opportuniteiten voor uw onderneming ● Concrete oplossingen om op de opportuniteiten in te spelen ● Een prioriteitstelling van de acties op basis van de haalbaarheid, de kosten en de te besteden tijd ● Een actieplan met concrete en haalbare maatregelen ● Een opvolging van de resultaten in het jaar volgend op de begeleiding Tot wie richt Resilience Coaching zich ? Resilience Coaching richt zich tot zeer kleine, kleine en middelgrote ondernemingen (ZKO’s en KMO’s) die hun rendabiliteit willen verbeteren door in te spelen op duurzaamheid. De begeleiding kan in principe worden toegepast op alle sectoren. Hoe kan ik van het aanbod gebruik maken? Ga naar www.leefmilieu.brussels/resiliencecoaching en vul het contactformulier in. Het team Resilience Coaching zal vervolgens contact met u opnemen om uw verwachtingen over de begeleiding te bespreken en de begeleiding in te plannen.

De "wet van Jevons" stelt dat hoe efficiënter een hulpbron wordt geproduceerd en gebruikt, hoe meer het verbruik ervan stijgt eerder dan afneemt. ENERGIE De paradox van Jevons: green IT misschien toch niet zo groen Heel wat leveranciers hebben de mond vol van groene IT en de lagere impact op het milieu dankzij de nieuwe technologieën. De werkelijkheid op het terrein geeft hen helaas geen gelijk. Dit is te wijten aan het zogenaamde ‘terugslageffect’ (rebound), die deze ecologische voordelen gedeeltelijk of volledig ongedaan maakt. We trachten dit even toe te lichten. E en geheugenopfrisser: in de 19e eeuw al was er sprake van een economisch beginsel dat soms de ‘Paradox van Jevons’ wordt genoemd, naar de Britse Economist William Stanley Jevons. Volgens Wikipedia is het terugslageffect “de toename van het verbruik door een vermindering van de beperkingen op het gebruik van een technologie; deze beperkingen kunnen van monetaire, tijdelijke, sociale of fysische aard zijn of in verband staan met de inspanning, het gevaar, de organisatie, enz.” Gevolg: de aanvankelijk door het rationelere gebruik verwachte energie- of hulpbronnenbesparing kan geheel of gedeeltelijk verloren gaan door de aanpassing van het gedrag aan deze nieuwe situatie. Met andere woorden, de vooruitgang die de technologie teweegbrengt, wordt vaak tenietgedaan door de gedragsverandering die zij veroorzaakt. Een praktisch voorbeeld: toen steenkool de basis vormde van de industriële revolutie, vreesden ingenieurs dat deze hulpbron te snel op zou raken en zochten ze naar een optimale exploitatie ervan. Hierdoor daalde de prijs van steenkool, wat het verbruik deed toenemen ... In feite bestaan er drie soorten terugslag-effecten. Ten eerste het directe rebound-effect, wanneer een daling van de kost van een hulpbron aanleiding geeft tot lagere prijzen en vervolgens een grotere vraag. Ten tweede het indirecte rebound-effect: wanneer een hulpbron efficiënter wordt geproduceerd, dalen de prijzen ervan en besparen de consumenten geld dat zij aan andere vervuilende stoffen kunnen uitgeven. En ten derde het structurele rebound-effect, dat de ganse economie beïnvloedt: lagere brandstofprijzen bijvoorbeeld maken verplaatsingen 48 BECI - Brussel metropool - -juni 2018 goedkoper waardoor de mensen meer gaan rijden en dus ook meer vervuilen. Nieuwe technologieën Hoewel sectoren als de automobielindustrie en de bouw het rebound-effect op grote schaal hebben bestudeerd, besteedden de nieuwe digitale technologieën er nog maar weinig onderzoek aan. Het ligt echter voor de hand dat bijvoorbeeld videoconferenties het aantal verplaatsingen van werknemers, en dus de CO2 -uitstoot, beperken. Of dat e-learning de verplaatsing van medewerkers naar een opleidingscentrum overbodig maakt. Evenzo zou telewerken het aantal auto's op onze wegen moeten verminderen, terwijl het wijdverbreide gebruik van e-mail het papierverbruik zal terugschroeven. Maar dan houden we geen rekening met het beruchte rebound-effect. Uit studies in Denemarken blijkt bijvoorbeeld dat het aantal zakelijke verplaatsingen door telewerken inderdaad is verminderd, maar dat burgers hun auto meer privé zijn gaan gebruiken, wat de positieve effecten gedeeltelijk tenietdoet. Bovendien vereist telewerken dat elke werknemer zijn eigen huis verwarmt en verlicht, in plaats van samen met de collega’s in een groot kantoor te werken. Ook dit zorgt voor extra energiekosten. E-mail wordt eveneens beïnvloed door het rebound-effect. Internet vertegenwoordigt maar liefst 7% van het wereldwijde elektriciteitsverbruik. Als internet een land was, zou het de op twee na grootste verbruiker van elektriciteit ter wereld zijn, na China en de Verenigde Staten (temeer daar het internetverkeer tegen 2020 wellicht zal verdrievoudigen). Algemeen wordt aangenomen dat e-mail Marc Husquinet © Thinsktock

FOCUS de hoeveelheid bedrukt papier heeft verminderd. Goed zo, maar e-mailuitwisselingen vereisen een steeds grotere rekenkracht en uiterst efficiënte netwerken (hoeveel e-mails ontvangt u per dag?). Vandaar de gigantische serverruimtes, zoals de datacenters van Microsoft en Google, die zoveel energie verslinden dat de internetreuzen ze installeren in landen met een kouder klimaat. IJsland bijvoorbeeld. En toch wordt er op dit gebied aanzienlijke vooruitgang geboekt, met inbegrip van het gebruik van alternatieve energiebronnen. Een broodnodige vooruitgang, trouwens omdat het internetverkeer steeds toeneemt, zeker door het wijdverbreide gebruik van streaming. Een andere als "groen" bestempelde technologie is servervirtualisatie. Hierdoor vermindert het aantal fysieke machines, terwijl de verwerkings- en opslagcapaciteit wordt behouden. Het aantal verkochte servers daalde inderdaad. En omdat de kost per opgeslagen byte dezelfde trend volgde, steeg de vraag exponentieel. Evenzo werd verwacht dat het gebruik van zuinigere vlakke LCD-beeldschermen ter vervanging van CRT-schermen tot energiebesparingen zou leiden. Maar de diagonaal van de schermen is ondertussen toegenomen (van gemiddeld De vooruitgang die de technologie teweegbrengt, wordt vaak tenietgedaan door de gedragsverandering die zij veroorzaakt. 15” tot 22”) en hun helderheid is verbeterd, wat resulteert in een gelijk verbruik. Erger nog, de productie van een LCD-scherm stoot twee keer zoveel broeikasgassen uit, terwijl recycling praktisch onmogelijk is. Tot slot behoort de cloud waarschijnlijk tot de technologieën waar het rebound-effect op de meest verraderlijke manier optreedt. Deze technologie bevrijdt namelijk pc's van software en opslag en deporteert deze gegevens naar datacenters, vaak zonder dat de consument zich daar echt rekenschap van geeft. Wie weet waar zijn foto's, muziek e.a. zich bevinden op Amazon-, Google- en andere Facebook-platforms? En omdat deze oplossingen als gratis worden gepercipieerd, heeft het grote publiek de neiging om hier onbegrensd gebruik en misbruik van te maken. Meten om te weten Tot op heden ondergaan de rebound-effecten van nieuwe technologieën nauwelijks metingen, vaak bij gebrek aan meetinstrumenten en vergelijkingsmethoden. Een eerste stap is in elk geval de bewustmaking van de besluitvormers. ● Cryptogeld werkt met de blockchain, een keten van blokken: een soort peer-to-peer operatie waarbij de mensen die transacties uitvoeren zowel klant als server zijn. Om een bitcoin te genereren, moet u software downloaden die een knooppunt wordt in een groot netwerk. Elke transactie moet door alle knooppunten worden gecontroleerd en gevalideerd alvorens beschikbaar te zijn in een openbare ruimte (blok) die toegankelijk is voor gebruikers. Al deze blokken vormen een keten die dient als gedateerd en fraudebestendig register. Mining is de operatie die een nieuwe blok creeert, dus een nieuwe bitcoin. Elke nieuwe blok/bitcoin die een "miner" creëert, wordt dus vergoed. Nu de keten steeds aan complexiteit wint, vereist mining steeds meer computer resources. Deskundigen schatten dat het jaarlijkse verbruik van de Bitcoin overeenkomt met dat van een land als Bulgarije, aangezien de kracht van de computers die de Bitcoin beheren 100.000 keer zo groot zou zijn als dat van de 500 zwaarste computers ter wereld. Helaas gebeurt bitcoin mining voornamelijk in China, waar 60% van de energie uit steenkool wordt geproduceerd, met aanzienlijke broeikasgasuitstoot als gevolg (122 kg CO2 per transactie en 11 miljoen ton steenkool per jaar). Ook goed om weten: een transactie in Bitcoin zou bijna 4.000 keer meer energie verbruiken dan dezelfde transactie met een conventionele bankkaart. Terwijl de wereld China hiervoor aan de schandpaal nagelt, opperen sommige Bitcoin voorvechters dat hydro-elektriciteit steeds vaker als energiebron wordt ingezet en dat de eventuele overproductie van elektriciteit (die niet kan worden opgeslagen), mining vergemakkelijkt door deze kW om te zetten in digitale tokens, en zo deze rijkdom te herverdelen. Bitcoin tussen steenkoolmijnen en money mining Cryptogeld – en dan vooral de Bitcoin – laat heel wat speculanten fantaseren en geeft het grote publiek de indruk van een gedematerialiseerde munt. De ecologische voetafdruk is echter minder rooskleurig. BECI - Brussel metropool - juni 2018 49 © Thinsktock

DYNAMIEK OVERHEIDSOPDRACHTEN Sociale huisvesting: de bedrijven hebben werk voor de boeg Bouw, renovatie, verwarming, elektriciteit, isolatie... De sociale woningen vormen een belangrijke uitgavenpost van de overheid. De opdrachten kunnen oplopen van minder dan 200.000 tot meer dan 10 miljoen euro. We bespraken dit met Vincent Thiery, directeur Patrimonium van de BGHM (Brussels Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij). Cédric Lobelle D e BGHM controleert 16 OVM's (Openbare Vastgoedmaatschappijen), verspreid over de 19 gemeenten. Zij zijn eigenaar van sociale woningen en verantwoordelijk voor het beheer, het onderhoud en de ontwikkeling van dit vastgoed. “De BGHM ondersteunt deze organisaties bij de uitvoering van hun missies en controleert de manier waarop ze met overheidsopdrachten omgaan", zegt Vincent Thiery. “We treden ook als operator op, met ons woningplan 'Alliantie Wonen’, bedoeld om sociale woningactiva te ontwikkelen door nieuwbouw, om woningen voor renovatie aan te kopen of om gebouwen tot woningen te verbouwen.” Vincent Thiery Wat zijn de behoeften van de BGHM? Hebben ze specifieke kenmerken? "Niet echt. Wij zijn onderworpen aan de reglementering van de overheidsopdrachten. Eén zaak staat vast: het aantal nog beschikbare terreinen is beperkt en we hebben die echt nodig om verder te bouwen. Er zijn gesprekken aan de gang om de beschikbare grond uit te breiden.” Wat zijn de budgetten die met de opdrachten van de BGHM en de OVM’s gepaard gaan? "We kunnen een beroep doen op een budget van 300 miljoen euro over vier jaar (zie kader) voor de renovatie en opwaardering van sociale woningen, met bijzondere aandacht voor veiligheid. In dit opzicht plaatsen de OVM's samen gemiddeld zo'n 65 miljoen euro per jaar aan opdrachten bij bouwbedrijven. In 2017 was dit 92 miljoen, maar het was een uitzonderlijk jaar en sommige opdrachten gingen niet door." Wat is de typische omvang van een BGHM of OVM opdracht? "BGHM bouwcontracten kunnen oplopen tot 10 miljoen euro. OVM’s lanceren meestal opdrachten van 200.000 euro tot 5 miljoen euro voor de grootste. Maar 14-15 miljoen hebben we ook al meegemaakt, al is het dan uitzonderlijk. Deze cijfers lijken misschien indrukwekkend, maar ze hebben betrekking op de renovatie van volledige gebouwen. Als we 50 BECI - Brussel metropool - juni 2018 slechts bepaalde aspecten renoveren, bijvoorbeeld elektriciteit, verwarming, enz., lopen de opdrachten minder hoog op.” Welke procedure wordt het vaakst gebruikt? "Over het algemeen open procedures met de prijs als belangrijkste criterium. De procedures zijn ook minder omslachtig voor contracten van minder dan 144.000 euro en enkele tientallen 'Design & Build' bouwopdrachten voor de BGHM.” Wat type bouwonderneming reageert op zulke aanbestedingen en krijgt ze toegekend? "Voor complete renovaties doen we een beroep op algemene aannemers. Als het gaat om specifieke renovatieaspecten, dan krijgen we reactie van kleine en middelgrote ondernemingen. Wat doet de BGHM om de toegang van KMO’s tot zulke opdrachten te vergemakkelijken? "Laten we meteen verduidelijken dat er heel veel opdrachten zijn. Woningbouwmaatschappijen worden overstelpt met werk. In ons renovatiebudget gaat 123 miljoen naar grotere algemene aannemers. En er is 100 miljoen beschikbaar 300 De BGHM beschikt over een budget van 300 miljoen euro over een periode van vier jaar (het vierjarenplan 2018-2021 dat werd goedgekeurd door de Brusselse regering) voor de renovatie en de opwaardering van sociale woningen. 123 miljoen euro is voorzien voor de volledige renovatie van gebouwen, met inbegrip van alle veiligheidsaspecten (elektrische installaties, gas, vervanging van liften, enz.). 57 miljoen euro is bestemd voor werkzaamheden aan specifieke aspecten van de veiligheid. 32 miljoen euro gaat naar de renovatie van gevels en de veiligheid. 28 miljoen euro dient voor restauratieprojecten. En 60 miljoen euro niet-toegewezen middelen staat ter beschikking van de OVM's tijdens het programma (trekkingsrechten, dringende en culturele werken). D.R.

DYNAMIEK voor meer gerichte renovaties waarbij andere bedrijven betrokken zijn." Welke zijn de voornaamste struikelblokken wanneer de opdracht is toegekend? "Het grootste probleem is uitstel en vertraging. Een goede aannemer haalt deadlines, voldoet aan de specificaties en past ze integraal toe. Onvoorziene omstandigheden en gebeurtenissen kunnen natuurlijk altijd aanleiding geven tot extra bestellingen. Dit moet echter tot een minimum worden herleid. Want zoiets zorgt steeds voor vertraging." Tips voor ondernemingen die een offerte zouden willen indienen? "Ze moeten weten waar ze aan beginnen. Ze mogen gerust, nog voor de offerte, een bezoek komen brengen om vragen te stellen en de aard van de opdracht te begrijpen. Verder beveel ik aan dat ze onder andere de toegangsvoorwaarden Er zijn duidelijk heel veel opdrachten. Woningbouwmaatschappijen worden overstelpt met werk. controleren, nagaan of zij erkend zijn en over de nodige documenten beschikken. Er zal bijvoorbeeld worden onderzocht of de inschrijver in het verleden al failliet is gegaan. Lees het bestek aandachtig door, bestudeer de plannen en meld eventuele problemen of fouten zo snel mogelijk. Heeft de ontwerper van het project de juiste hoeveelheden opgegeven? Heeft hij geen aspect over het hoofd gezien? Inschrijvers dienen ook het verbintenisformulier te ondertekenen, anders riskeren ze te worden afgewezen. En dit alles moet gebeuren voordat de offerte wordt ingediend, want daarna is het te laat...". ● Seminarprogramma Beci organiseert in 2018 een seminarcyclus over ‘overheidsopdrachten’. De volgende sessies: 12.06 Verontreinigde bodems: een half miljard om gans het Brusselse gebied te behandelen – Plaats: Beci, van 7u30 tot 9u30. 19.06 Aanbestedingen van het Brusselse bestuur en het CIBG – Plaats: Agoria, van 15u30 tot 19u. Informatie en inschrijvingen: Caroline Coutelier, 02 643 78 13 — cco@beci.be www.500.be Het Observatorium van de referentieprijzen voor de overheidsopdrachten Omdat de sociale partners vaststelden dat bij overheidsopdrachten o.a. oneerlijke concurrentie en zwartwerk moesten worden voorkomen, werd bij ordonnantie van 3 april 2014 het Observatorium van de referentieprijzen voor de overheidsopdrachten opgericht binnen de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De taken van het Observatorium kaderen in de strijd tegen sociale dumping en zijn bedoeld om gewestelijke aanbestedende diensten bij te staan in het raam van hun overheidsopdrachten voor werken en diensten. Dit gebeurt door specifieke doelstellingen te verwezenlijken, in het bijzonder het verstrekken van analyseresultaten over geoffreerde prijzen wanneer de aanbestedende dienst redenen heeft om te twijfelen aan het abnormaal lage karakter van de prijzen. Het orgaan brengt adviezen uit over de opneming van technische clausules in het bestek, waardoor de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten kunnen worden verbeterd. Het houdt toezicht op de prijzen. Het zorgt voor bewustmaking en de verspreiding van kennis op het gebied van prijzen. Het treedt op als bemiddelaar tussen de aanbestedende machten en de organisaties die de privé sector vertegenwoordigen. Het unieke karakter van de opdrachten heeft het Observatorium ertoe aangezet progressief te werk te gaan, per activiteitssector. In dit verband verricht het Observatorium werk op het terrein met de Brusselse aanbestedende machten en de verschillende spelers van de sector (bedrijven, federaties, vakbonden, enz.). Hierbij is het de bedoeling om zoveel mogelijk informatie te verzamelen over de gunning van overheidsopdrachten en de prijzen die in de onderzochte sector worden aangerekend. Er worden methodologische elementen voorgesteld met betrekking tot de prijsanalyse. In elke sector identificeert het Observatorium de specifieke goede praktijken. En het stelt technische notities of zelfs standaardspecificaties op. Deze werkzaamheden stellen het Observatorium in staat om de aanbestedende diensten in Brussel te adviseren en te informeren. De taken van het Observatorium zijn ook uitgebreid naar aanleiding van de werkzaamheden van de werkgroep voor de bestrijding van sociale dumping. Deze werkgroep kreeg de opdracht een reeks maatregelen voor te stellen om de risico's van sociale dumping bij overheidsopdrachten te beperken. Tot deze taken behoren het opstellen van een gids voor goede praktijken voor de aanbestedende diensten in Brussel en het opzetten van een ondernemingsregister. De uitvoering van deze projecten is momenteel aan de gang. Meer informatie over het Observatorium: http://esr.irisnet.be/nl/observatory/. BECI - Brussel metropool - juni 2018 51

DYNAMIEK STARTER BioGourMed: Spaans en bio De in 2016 opgerichte BioGourMed biedt een assortiment Spaanse bioproducten waarvan ze in Brussel en Wallonië de distributie verzekert via een twintigtal biowinkelketens. D e trend blijft maar toenemen: bio is steeds sterker aanwezig in het koopgedrag van de consument. Dit geldt zowel in de biowinkels en -ketens als in de grootdistributie. Het bio-aanbod neemt jaar na jaar toe. VLAM, het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing, stelt in een studie vast dat de uitgaven voor biovoeding in België fors stijgen en sinds 2008 meer dan verdubbeld zijn. Verleden jaar stegen ze met 6%. Negen Belgen op tien kopen minstens één keer per jaar een bioproduct en 11% van de gezinnen koopt wekelijks bio. De verse bioproducten vertegenwoordigen een marktaandeel van 3,2%. Omdat de vraag naar bio in België, zoals in heel wat andere Europese landen trouwens, blijft stijgen, kan de productie in ons land niet volgen. Vandaar de oprichting van de firma BioGourMed. Ze speelt op deze vraag in en promoot bioproducten uit Spanje en Portugal. De drie vennoten zijn van Spaanse afkomst: Santiago Blasco, Leyre Monreal en Ramón Jíménez beslisten in 2016 hun kans te wagen, met de oprichting van BioGourMed in Brussel. Guy Van den Noortgate met een kwaliteitsvol aanbod van Santiago Blasco, CEO van BioGourMed. producten voor directe verkoop”, verklaart Ramón Jíménez. “Zo kunt u hier in België sinaasappelen kopen die amper een paar dagen vroeger in Spanje werden geplukt. Op onze – weliswaar beperkte – schaal werken wij volledig in de richting van duurzame ontwikkeling. Wij besteden dus niet alleen aandacht aan het milieu, maar ook aan sociale en maatschappelijke aspecten.” BioGourMed verdeelt zijn producten in meer dan 20 biowinkelketens, van Färm tot en met de kleine zelfstandige biowinkel. De activiteiten focussen momenteel op Brussel en Wallonië, met plannen om zich binnenkort ook in Vlaanderen te ontplooien. Het bedrijf overweegt bovendien andere opkomende markten, zoals China, dat zich hoe langer hoe meer voor bio interesseert. Maar in afwachting blijft BioGourMed “Weinig mensen weten dat Spanje de grootste producent van bioproducten van Europa is”, verklapt Ramón Jíménez. “Het land beschikt over ruim twee miljoen hectare voor biolandbouw (70.000 in België) en ongeveer 40.000 gecertificeerde bio professionals. De Spaanse biosector exporteert steeds meer, mede omdat de consumptie ter plaatse er minder sterk is ontwikkeld dan in het noorden van Europa.” BioGourMed tracht Spaanse en Portugese producten in te voeren die niet met Belgische producten concurreren: zuiders fruit (citrusvruchten, advocaat, droog fruit …), Spaanse vleeswaren (Spaanse ham, Serrano ham, chorizo …), extra olijfolie van eerste persing, visconserven en sommige groenten (piquillo pepers, artisjokken …), wijnen, sangria en andere producten als voorbereide paella of gazpacho. BioGourMed biedt bovendien een aantal Portugese producten aan, onder andere uit het biogebied van Idanha-a-nova. Voor de consument is het verband tussen Spanje en bio verre van duidelijk. Bovendien kampt het land ook met een imagoprobleem en een ontoereikend marketingen verkoopbeleid ten opzichte van Italiaanse of Franse producten. “Wij wensen deze tekorten goed te maken 52 BECI - Brussel metropool - juni 2018 zich verder in België ontwikkelen, bij voorkeur via kleine, goed lokaal gevestigde winkelketens die volgens dezelfde opvattingen functioneren als de Spaanse oprichters. BioGourMed gaat flinke groeiuitzichten tegemoet, zeker omdat de onderneming momenteel slechts in Brussel en in het zuiden van het land aanwezig is. De sterkste groei in bio-uitgaven is echter in Vlaanderen te vinden: 11% tussen 2016 en 2017, tegen 8% in Wallonië. ● Informatie: www.biogourmed.com Invest in starters Zeker doen: maak deel uit van de gemeenschap van investeerders om jonge innovatieve bedrijven in Brussel te ondersteunen! • U draagt bij tot de economische ontwikkeling van Brussel • U diversifieert uw beleggingen • U geniet belastingvoordelen dankzij de ‘tax shelter’ voor starters Mail naar: starters@beci.be https://starters.beci.be/

DYNAMIEK FACEBOOK, LINKEDIN, INSTAGRAM, TWITTER… Welke netwerken kies ik voor mijn bedrijf? Op het internet ontstaan steeds meer sociale media … en sommige ondernemers raken de kluts kwijt. D e integratie van een sociaal netwerk in uw communicatiebeleid improviseert u liefst niet. Waar het om gaat? Bekendheid verwerven, leads genereren, zoveel mogelijk bezoekers naar uw webpage lokken, de loyaliteit van uw publiek verbeteren… Kortom, allemaal marketing doelstellingen die een goede kennis vereisen van elk netwerk, om de resultaten steeds op te krikken. De vraag is welke keuzes u best maakt om de verwachte resultaten te bereiken. Facebook: meer bekendheid Facebook is nummer één van de sociale netwerken. Het platform is een ‘must’ om duurzame relaties te ontwikkelen, een gemeenschap samen te stellen en nieuwe klanten te vinden. ➜ De troeven: betaalbare reclamecampagnes, met functies om de doelgroep heel nauwkeurig te definiëren. ➜ De mindere kantjes: negatieve commentaar waarmee u best leert omgaan. Niet gesponsorde publicaties die uw followers dan ook niet zien. ➜ Tip: stel vragen om de verwachtingen van uw publiek te begrijpen en uw businessstrategie daarop af te stemmen. LinkedIn: uw reputatie als deskundige Geloofwaardigheid, e-reputation, prospectie … De ondernemingen kunnen vandaag niet meer zonder LinkedIn. ➜ De troeven: B2B relaties ontwikkelen. Op de hoogte blijven van het nieuws in de sector. Informatie verkrijgen over de concurrenten. ➜ De mindere kantjes: de betalende opties. Publicaties die niet kunnen worden gewijzigd. Beperkte interactiemogelijkheden. ➜ Tip: steun op uw rechtstreekse relaties (de mensen met wie u direct bent verbonden) om uw netwerk uit te breiden. Voeg er de professionals aan toe die u tijdens meetings en conferenties hebt ontmoet. Instagram: haal het maximum uit uw imago Instagram is de partner van uw visuele identiteit. Het netwerk dient vooral om beelden uit te wisselen en is dus nuttig als uw marketingbeleid gericht is op een publiek tussen 18 en 35 jaar. ➜ De troeven: meer inzet van de gebruikers dan op de andere sociale media. Een sterk groeiend publiek. ➜ De mindere kantjes: inhoud dat moeilijk vanuit een computer kan worden gepubliceerd. Heel weinig statistieken over de werkelijke prestaties. Ik hou van frietjes Mijn frieten zijn geweldig ➜ Tips: drie regels naleven: verzorgde visuals, voorrang aan emotie en de klemtoon op nabijheid. Twitter: steeds op de hoogte van wat in de sector omgaat Met zijn 280 tekens is het blauwe vogeltje erin geslaagd de media en de PR managers te overtuigen. In luttele seconden bent u op de hoogte van de jongste informatie. ➜ De troeven: via Twitter volgen de bedrijven de actualiteit in hun sector en houden ze hun e-reputation in de gaten. ➜ De mindere kantjes: het gevaar van ‘Bad Buzz’. Het massale verkeer van informatie binnen een korte tijdspanne kan de onderneming schade berokkenen wanneer de pers minder positieIk ben een frietdeskundige ve informatie overneemt. ➜ Tips: Abonneer u op de ‘notificaties’ om Tutorial frieten bakken te rangschikken. Ik eet #friet Hoe kiest u het meest relevante netwerk voor uw activiteit? Beantwoord deze drie vragen: 1) Wat beoog ik voornamelijk (bekendheid, netwerking, de identiteit van een merk, conversie)? 2) Wat is mijn doelgroep? En 3) Welk budget ben ik bereid aan deze doelstellingen toe te kennen en beschik ik intern over de nodige resources om dit aan te kunnen (communicatie, grafische vaardigheden, techniek)? ● Maha Karim-Hosselet, deskundige in sociale media en oprichter van het digitaal kantoor MKKM Social Media Experts. Verdere stappen Neem deel aan twee vormingsdagen: 14/6 Facebook: Hoe beheer ik een bedrijfspagina en maak ik ze levendig? 15/6 Leer Instagram gebruiken voor uw zaak Waar? Beci, Louizalaan 500, 1050 Brussel Informatie en inschrijvingen: Emilie Lessire +32 2 643 78 11 – ele@beci.be www.500.be BECI - Brussel metropool - juni 2018 53 geen belangrijk nieuws te missen. Creëer lijsten om de accounts die u volgt

DYNAMIEK ONDERNEMINGEN IN MOEILIJKHEDEN 10 manieren om zijn bedrijf in de grond te boren Ze zijn erin geslaagd hun zaak om zeep te helpen! Na de schipbreuk nemen de deelnemers aan ons reStart programma de te vermijden blunders onder de loep. 10 klassieke fouten, met commentaar van Éric Vanden Bemden, onze reStart adviseur, en van Olivier Kahn, coördinator van het Centrum voor Ondernemingen in moeilijkheden. Gaëlle Hoogsteyn 1 Te weinig inbreng bij de oprichting van de onderneming: té optimistische ondernemers verwachten snelle inkomsten en zien daarom het nut niet in van een aanzienlijk startkapitaal. In de praktijk zijn de inkomsten vaak lager dan gehoopt en komen ze vooral traag binnen. Wees liefst een beetje té vooruitziend. Ook omdat het nieuwe Wetboek van de Vennootschappen de ondernemingen nu zelf laat bepalen hoeveel startkapitaal ze nodig hebben. 2 Weinig werkkapitaal: tussen een bestelling en de betaling verlopen soms maanden. Klanten hebben tijd nodig om een beslissing te nemen, de productie vergt tijd. Sommige 6 De administratieve verplichtingen laattijdig vervullen: de besturen en administraties worden strenger en de boetes lopen snel op. Loop nooit achterstand op in de papierwinkel. Vaak zijn deze verplichtingen onvoldoende gekend van de ondernemers en zien ze er ingewikkeld uit. Begeleiding is dus belangrijk. 7 Perfectionisme en uitputting: uit enquêtes blijkt dat meer dan 50% van de ondernemers zijn hobby laat vallen en gemiddeld 60 uur per week werkt. Een goed evenwicht tussen privé- en beroepsleven is echter van groot belang. De wet van Pareto stelt dat 80% van het resultaat in 20% van de tijd wordt bereikt. Ga daarom na welke 20% van de klanten/producten/ diensten het meest opbrengen, om zo het tijdrovende gedeelte van het werk in te dijken. betalingen komen laat binnen … Ondertussen moet u verder leven, vaste kosten betalen en de facturen van leveranciers vereffenen. Als u zonder financiële reserves zit, loopt het onvermijdelijk mis. 3 Zelf instaan voor de boekhouding: ieder zijn job! Richt u op uw eigen specialiteit en vertrouw de boekhouding aan een professional. Opgelet: uw boekhouding zelf doen is misschien niet aangewezen, maar ze begrijpen wél! Er bestaan opleidingen van enkele uren die een goede basis bieden. 4 Een te ruim aanbod: enthousiaste jonge ondernemers willen soms te veel aanpakken. Een aanbod dat voor iedereen interessant wordt geacht, is het in feite voor niemand. Bepaal wie de ideale klanten zijn. Definieer een duidelijke strategie en een nauwkeurige doelgroep. 5 Een slechte ligging: een goede ligging is van groot belang, zeker voor een handelszaak. Sommige zaken moeten toegankelijk zijn met het openbaar vervoer. Andere vereisen een ruime parking. Hou ook rekening met de andere winkels in de buurt en met de concurrentie. Opgelet: er zijn vergunningen nodig om een activiteit op te starten. 54 BECI - Brussel metropool - juni 2018 8 Een korte-termijnvisie: de meeste ondernemers weten niet waar ze drie jaar later willen staan. Stippel de toekomst van de zaak uit om de duurzaamheid van de activiteit te garanderen. De doelstellingen moeten bij de oprichting vastliggen. Nadien neemt u ze, liefst in aanwezigheid van een derde persoon, tweemaal per jaar onder de loep. Gedachtenwisseling met concurrenten is ook nuttig om geen belangrijke doorbraak voorbij te laten gaan. 9 Een verkeerde personeelskeuze en niet durven reageren: een goede kandidaat aanwerven is een uitdaging. Begeleiding door een ervaren ondernemer of tussenkomst van het netwerk kunnen nuttig zijn. Om teleurstellende resultaten te vermijden, legt u best een aantal bakens en duidelijke doelstellingen op – en gaat u na of ze wel degelijk werden begrepen. Als de werknemer toch niet beantwoordt aan de verwachtingen, wees dan moedig genoeg om hem te ontslaan. 10 Op zijn eentje het hoofd willen bieden aan problemen in moeilijke tijden: bij twijfel, als de omzet daalt of als het aantal klanten vermindert, onderzoekt u liefst wat verkeerd loopt. En doe dan een beroep op deskundigen om ideeën te confronteren en nieuwe motivatie te vinden. Heel wat structuren bieden begeleiding aan ondernemers, soms gratis. Bovendien kan de steun van een ‘advisory board’ of een mentor een flinke ruggensteun zijn voor een jonge ondernemer. ● CONTACTS Centrum voor Ondernemingen in moeilijkheden: www.ced-com.be Beci reStart : Éric Vanden Bemden – evb@beci.be, tel. +32 2 563 68 56

OVERDRACHT Het personeel om de onderneming over te nemen? Jaarlijks vinden meer dan 1500 Brusselse ondernemingen gewoon geen overnemer. Vaak kiezen ze dan voor liquidatie, met alle gevolgen van dien op de activiteit en de werkgelegenheid! Waarom zouden de werknemers hun baas niet opvolgen? Dit model bewees al zijn degelijkheid in onze buurlanden. In Brussel moet dit toch ook kunnen? D e babyboomers van toen gaan nu met pensioen, zodat heel wat ondernemingen aan overname toe zijn. Bij gebrek aan een oplossing gaan waarde én talrijke banen teloor. De overname van de onderneming door een coöperatieve van werknemers kent steeds meer succes in Europa, maar houdt risico’s in. De formule werkt prima voor ZKO’s/KMO’s met 3 tot 20 werknemers, maar bij grotere structuren wordt dit een stuk ingewikkelder – hoewel niet onmogelijk. Hier bestaan uitzichten, terwijl een flink deel van de ZKO/ KMO zaakvoerders een overdracht van de activiteiten zelfs niet overweegt en meteen kiest voor liquidatie. Nu, dit type ondernemingen vertegenwoordigt meer dan 80% van het ondernemerschap in het Brusselse Gewest. Talrijke voordelen … Waarom zou de baas van een ZKO de activiteit niet overdragen aan een van zijn werknemers, die hij een tijd lang zou opleiden? De baas zou zelf de overname kunnen helpen financieren. Jonge en minder jonge werknemers beschikken maar zelden over de nodige fondsen. De overnemende werknemers zouden bijvoorbeeld 2 tot 5 jaar lang een deel van de winst kunnen gebruiken om maandelijks een som uit te keren aan de vroegere eigenaar. Toch even vermelden dat de leden van een coöperatieve meestal worden verzocht ongeveer 20% van het bedrag van de verrichting in te brengen. Een eerste voordeel is dat waardeverlies wordt vermeden. De onderneming werkt gewoon door en genereert inkomsten. Als tweede voordeel gaan geen banen verloren. Voor werknemers is het trouwens vaak heel moeilijk om na een liquidatie weer aan het werk te raken. Een derde voordeel is dat de vroegere baas een uitkering krijgt. Hoe gering ook, ze is altijd te verkiezen boven een liquidatie, die geld kost. Vierde voordeel: het ondernemerschap wordt toegankelijk voor werknemers die anders niet over de middelen zouden beschikken om een onderneming over te nemen. En ten slotte blijkt uit de statistieken van onze Franse buren dat 95% van zulke ‘zachte’ bedrijfsoverdrachten succesvol zijn! Omdat de bedienden van heel dichtbij betrokken zijn, zien we vaak dat de rentabiliteit van de onderneming stijgt, dat de inzet en de kwaliteit van de service toeneemt en het werkverzuim daalt. Dankzij De overname van het bedrijf door het personeel is een geweldige kans voor alle partijen. De baas weet dat zijn activiteit verder leeft en ontvangt een uitkering bij zijn vertrek. De werknemers behouden hun baan en kunnen zelf bedrijfsleider worden. collegiale beslissingsprocessen worden minder vergissingen begaan wanneer de onderneming belangrijke beslissingen dient te nemen. … maar ook veel hindernissen Waarom kent deze procedure dan zo weinig succes in ons land? Ten eerste omdat ze nauwelijks gekend is. Heel wat mensen denken gewoon niet aan dit alternatief, hoewel zaakvoerders toch vaker dan de personeelsleden zelf. En ten tweede kampt overname door het personeel met heel wat terughoudendheid, meestal van psychologische aard. De baas gaat er vanuit dat de werknemers wellicht niet over BECI - Brussel metropool - juni 2018 55 © Thinsktock

DYNAMIEK de nodige vaardigheden beschikken, financieel niet sterk genoeg staan of gewoon geen belangstelling hebben. Ook de vertrouwelijkheid is problematisch: “Wat zullen mijn werknemers doen als ik aankondig dat ik de onderneming wens te verkopen? Zullen ze dan het schip niet verlaten?” De personeelsleden zitten met dezelfde vragen. “Ben ik hiertoe bekwaam? Ben ik bereid dit risico te nemen? Zal ik me even veel willen inzetten als de baas? Wat zal mijn gezin daarvan denken? Waar vind ik de financiële middelen?” Een heleboel vragen en ook het feit dat heel wat werknemers nooit naar de baas zullen durven stappen om hem aan te kondigen dat ze het bedrijf graag zouden overnemen. Een bedrijfsoverdracht is een langdurig proces dat niet altijd met succes wordt bekroond. De partijen hebben tijd nodig om het project te bespreken, alle gevolgen in te zien en een overeenkomst te bereiken – niet alleen tussen baas en personeel, maar ook tussen de werknemers onderling. En de steun van het eigen gezin is van vitaal belang. Laten we hier onderstrepen dat de onderneming die op die manier wordt overgenomen, financieel gezond moet zijn en resultaten moet kunnen voorleggen die volstaan om het afgesproken bedrag uit te keren aan de uittredende bedrijfsleider. Een meer subtiel maar weliswaar belangrijk gegeven is dat de personen, in deze nieuwe vorm van bedrijfsbeheer, op een andere manier moeten gaan nadenken. Geen individuele redeneringen meer: het denkproces gebeurt voortaan in groepsverband en de belangen zijn niet langer persoonlijk maar collectief, met alle compromissen die hiermee gepaard gaan. Maar welk beheer vereist een dergelijke ‘collectieve intelligentie’? Een ontoereikende organisatie kan het beslissingsproces afremmen en de onderneming in gevaar brengen. Vandaar de noodzaak om de organisatie perfect uit te stippelen, met de nodige voorzorgsmaatregelen om te vermijden dat geschillen het bedrijfsbeheer zouden blokkeren. Want de markt heeft geen geduld. Het initiatief aanzwengelen Zij die antwoorden hebben gevonden op de vorige vragen, moeten verder nog rekening houden met de beperkingen in steunmaatregelen echt bevorderlijk zouden zijn voor een dergelijke overname. Er worden ook informatievoordrachten georganiseerd voor alle ondernemers en werknemers die hier het fijne van willen weten. Meerdere denkpistes komen aan bod, en dan vooral het volgende vraagstuk: hoe garanderen we dat overnemende werknemers zich aan zo weinig mogelijk risico’s blootstellen ingeval van een mislukking? Het Waalse Gewest heeft al een waarborg ter hoogte van 75% van het kapitaal ingevoerd. In geval van een faillissement is de coöperatieve dus slechts voor 25% van het onderschreven kapitaal solidair. Ook een systematische deelname van openbare investeringsfondsen zou kunnen worden overwogen om de risico’s voor de nieuwe bedrijfsleiders zoveel mogelijk in te dijken. Deze fondsen zouden gepaard gaan met aantrekkelijke en grotendeels vrijblijvende leningsvoorwaarden voor de onderneming. Het bedrijf zou de fondsen in vijf à zeven jaar tijd kunnen terugbetalen, waarbij rekening moet worden gehouden dat tijdens de eerste jaren, kapitaal zal moeten worden toegekend aan een ondeelbare reserve. Is het fiscaal mogelijk – of noodzakelijk – om de belastingdruk tijdens de eerste jaren na de overname te verlichten? De vraag geldt zowel voor de onderneming als voor de nieuwe vennoten. Tijdens de eerste jaren moet de coöperatieve namelijk de uitgetreden bedrijfsleider een uitkering toekennen. Een ander deel van de winst zal moeten worden opgenomen in een ondeelbare reserve die geleidelijk wordt aangevuld en niet onder de vennoten mag worden verdeeld. Alle winst wordt daarin gestort tot wanneer de eigen middelen ten minste 20% van het totaal van de balans vertegenwoordigen. De werknemers zullen waarschijnlijk een deel van hun inkomsten verliezen. Ook wanneer dit een bewuste keuze is, zou dit moeten worden aangemoedigd door een lagere fiscale druk tijdens de overnameperiode. Deze periode zou kunnen overeenstemmen met de duur van de betaling aan de uittredende bedrijfsleider (van 1 tot 3 jaar?). Erick Thiry onze wetgeving. Wat voorziet de oor potentiële overnemers? eite, bitter weinig. Daarom lanceerde het Gewest, samen de Transmission Hub van Kamer van Koophandel van Brussel, een programma om een overname door het personeel aan te moedigen. Tegen het einde van het jaar organiseert de Transmission Hub van Beci een opiniepeiling onder ZKO/ KMO bedrijfsleiders en werknemers om de voornaamste belemmeringen duidelijk in kaart te brengen en te bepalen welke Beter dan een bedrijfsoprichting of een overname door derden De overname van het bedrijf door het personeel is een geweldige kans voor alle partijen. De baas weet dat zijn activiteit verder leeft en ontvangt een uitkering bij zijn vertrek, terwijl hij eerst dacht dat alleen liquidatie mogelijk was. De werknemers behouden hun baan en kunnen zelf bedrijfsleider worden, met de mogelijkheid om de activiteiten (en dus ook de winst) verder te ontwikkelen. En het Gewest behoudt op die manier een deel van zijn economisch weefsel en vermijdt het verlies van een aantal banen. Het proces gaat ontegensprekelijk met uitdagingen gepaard, maar als het goed verloopt, bereiken de slaagkansen 95%. Veel beter dan bij een bedrijfsoprichting of bij een overname door derden. ● Erick Thiry, Coördinator van de Transmission Hub van Beci Meer informatie: eth@beci.be - 02 643 78 36 56 BECI - Brussel metropool - juni 2018

ONDERNEMINGEN in OVERDRACHT De Transmission Hub van Beci is de grootste organisatie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor de overdracht/overname van ondernemingen. Hieronder vindt u de jongste aanbiedingen: > 3 over te nemen ondernemingen Lijstenmakers, kunstrestaurateurs en verkoop van uitzonderlijk meubilair Omzet < € 1 Mil. 1 à 10 werknemers > 4 overnemers Agrovoeding, grootdistributie B2B/B2C Brussel, Wallonië Omzet < € 1 Mil. Ververij, stomerij Brussel, Wallonië Omzet < € 1 Mil. Groothandel, beperkte productie, import-export food & non-food België Omzet € 2 tot 3 Mil. Verdelers van kopieerapparaten, verkopers van B2B/ B2C computeroplossingen België Omzet € 1 tot 5 Mil. Beveiliging, toegangsbeveiliging, alarmsystemen, videobewaking … Omzet < € 1 Mil. 1 à 10 werknemers Branding, digital marketing, web design Omzet < € 1 Mil. 1 à 10 werknemers Hebt u belangstelling voor een van deze ondernemingen of kent u een over te laten onderneming in een van deze sectoren? De Transmission Hub van Beci begeleidt u doorheen uw overdracht- of overnameproject. Erick Thiry, Coördinator van de Transmission Hub • eth@beci.be • +32 2 643 78 36 Salima Serouane, Adviseur Bedrijfsoverdrachten • sse@beci.be • + 32 2 643 78 49 BECI - Brussel metropool - juni 2018 57

COMMUNITY Foto’s van het Beci nieuws De Starters Night van Beci stond op 25 april onder leiding van spreker en showman Davy Courteaux, die de show ‘Ik richt mijn zaak op’ ontwierp. Begin mei ontmoetten de leden van de Beci HRM Club het computerbedrijf Easi, dat vier keer tot ‘Best Workplace’ werd uitgeroepen. 58 BECI - Brussel metropool - juni 2018 D.R. © Reporters

COMMUNITY Begin mei vestigde de CCIBILA-cluster zich officieel in het gebouw van Beci, in aanwezigheid van Staatsecretaris voor Buitenlandse Handel Pieter de Crem. CCIBILA (Cluster of Chambers for the Pacific Alliance and Central America) verenigt vier bilaterale kamers van koophandel, die elf Latijns-Amerikaanse landen vertegenwoordigen. Het geheel vertegenwoordigt 270 miljoen inwoners en meer dan 3 miljard dollar BBP. De toegang nu zal worden vergemakkelijkt door een secretariaat op de Louizalaan 500. Europcar België is een strategisch partnerschap aangegaan met Modalizy om de Europcar Mobiliteitspas aan te bieden. Deze kaart geeft een directe en vereenvoudigde toegang tot alle transportmiddelen. Het werd gepresenteerd in Mo, de Urban Mobility Pop-Up bij Beci. BECI - Brussel metropool - juni 2018 59 © Reporters © Reporters

DE ADRESSEN COSPAIA RESTAURANT Kapitein Crespelstraat 1 1050 Elsene 02/513.03.03 www.cospaia.be BAR MARDI Diverse locaties in Brussel www.barmardi.be ZOOM BRUSSELSLIFE Brusselse afterworks Eindelijk zomer! Zin om te ontspannen na het werk? Om even een luchtje te scheppen? Of gewoon te genieten van de laatste zonnestralen op een terrasje? Dit is een greep uit de Brusselse afterworks om uit te proberen met collega’s of vrienden. Er is voor elk wat wils! Donatienne de Vleeschauwer De afterworks van Beci, die kent u al: een unieke kans voor Brusselse ondernemers om elkaar te ontmoeten in een ontspannen sfeer. Ook in de zomer gaan die gewoon door. Volgende datums: Precious Afterwork, op 14 juni in de Berg van Barmhartigheid en Summer Afterwork, op 30 augustus in Martin’s Hotel. Ook diverse bars organiseren afterworks en enkele houden zelfs een “happy hour”: twee drankjes voor de prijs van één! Wilt u genieten van een prachtig uitzicht over Brussel? Dan moet u op maandag op de afterwork “Pretentious Monday” van restaurant Cospaia zijn. Op het menu: een adembenemend zicht op de Waterloolaan, cocktails en loungemuziek. En als het weer niet meezit, geen probleem! Cospaia kan het terras ook overdekken. Wat te doen op een dinsdagavond? Voor de organisatoren van Bar Mardi is het weekend al begonnen! Sinds 2011 bent u elke dinsdagavond in de zomer uitgenodigd aan de Triomfboog van het Jubelpark, in Jeux d’Hiver, Spirito ... Zowat elke dinsdagavond duikt de bar op een andere locatie op. Zo is geen enkele avond ooit hetzelfde. Als u op woensdagavond boodschappen moet doen, maar eigenlijk liever een terrasje zou doen, ga dan naar de markt op het Kasteleinsplein. Spring iets 60 BECI - Brussel metropool - juni 2018 JAM HOTEL Charleroisesteenweg 132 1060 Sint-Gillis 02/537.17.87 www.jamhotel.be GRAND CASINO BRUSSELS VIAGE Anspachlaan 30 1000 Brussel 02/300.01.00 www.viage.be verderop, in Sint-Gillis, zeker ook eens binnen in hotel Jam met zijn trendy bar en rooftopzwembad. Het hotel opent elke weekdag zijn deuren voor een “Afterwork Perché”, georganiseerd door de bende van J’peux Pas J’ai Piscine. Zin om nog een stapje verder te gaan met diezelfde bende? Op donderdagavond staan de organisatoren van de Afterwork Perché ook in voor de afterwork in het Casino Viage. Een avondje in “Là-Haut”, dat is een adembenemend uitzicht over Brussel in een exotische omgeving waar u zich helemaal in de jungle waant. Houdt u het liever iets traditioneler en komt u graag op het Luxemburgplein? Elke donderdagavond palmen de eurocraten en talloze Brusselaars dit plein in voor een avond die we zelfs kosmopolitisch zouden durven te noemen. En gun uzelf tot slot één vrijdagavond per maand een afterwork voor u aan de weekenduitstapjes met het gezin begint. “Passe à l’Appart” laat u kennismaken met ongewone plekjes: Les Belges Jeunesses organiseert afterworks op diverse verrassende locaties, altijd in de openlucht en in Brussel! Donatienne de Vleeschauwer © D.R.

BRUSSELSLIFE NIET TE MISSEN MET HET GEZIN 17.06 BXL TOUR BXL Tour is een wielerwedstrijd van 28 km die vertrekt aan het Paleizenplein en eindigt aan de voet van het Atomium. Het wielerdorp Bikecity zal de deelnemers verwelkomen met tal van activiteiten. € 10-15 | www.bxltour.be 21.06 | 24.06 LA FETE DE LA MUSIQUE Vier dagen lang staat de Federatie Wallonië-Brussel in het teken van muziek. Op diverse plaatsen in de hoofdstad worden concerten georganiseerd. De ideale uitstap met familie of vrienden. Diverse locaties | Gratis | www.fetedelamusique.be 24.06 YOGA DAY Vier de Internationale Dag van de yoga in het Ter Kamerenbos op zondag 18 juni. Een Wellnessdorp zal tal van activiteiten organiseren, van 10.00 tot 17.30 uur. Ter Kamerenbos | Gratis | www.brusselsyogaday.be ONDER DE LOEP – CULTUUR Festival Couleur Café Eind juni vindt het festival Couleur Café voor het tweede jaar op rij plaats in het Ossegempark, niet ver van het Atomium. Een ideale gelegenheid voor de organisatoren om hun tenten iets steviger op te slaan op deze locatie, maar ook voor een kleurrijk programma dat in het teken staat van ontmoetingen en uitwisselingen. Adres: Atomiumsquare 1020 Brussel www.couleurcafe.be Op deze editie 2018 kunt u kennismaken met nieuw Belgisch talent, zoals Angèle, Damso, Témé Tan, Jucy, L’Or du Commun ... maar ook met bekende buitenlandse artiesten, zoals Milky Chance, Amadou & Mariam en Ziggy Marley. Couleur Extra biedt tijdens het festival ook ruimte aan een markt, een “secret bar”, een Namaste-zone om te ontspannen en een Rue du Bien Manger met meer dan 40 eetkraampjes! Sinds de eerste editie in 1990 maakt dit festival deel uit van de sociale structuur van Brussel. Voordat het neerstreek aan de voet van het Atomium ging het festival door in de Hallen van Schaarbeek en daarna, vanaf 1994, in Tour & Taxis. Dit festival is een evenement voor het hele gezin met op de bühne zo’n 50 artiesten en groepen uit België en de rest van de wereld. Een ticket voor dit driedaagse festival kost € 85 en € 99 met campingplaats (want wie heeft er niet al van gedroomd om onder het Atomium te slapen?). Houdt u het liever op één dag, dan kost een ticket € 42. Donatienne de Vleeschauwer BECI - Brussel metropool - juni 2018 61 17.05 | 02.09 TENTOONSTELLING REUZEN! Ontdek de Brusselse folklore van de reuzen. De tentoonstelling belicht alle facetten van deze Bijbelse en legendarische figuren. Meteen ook een mooie gelegenheid om het paleis te bezoeken. Coudenbergpaleis | € 5-7 | www.coudenberg.brussels 09.06 | 02.09 HET SMURFENAVONTUUR Bezoek het magische dorp van de schalkse blauwe wezentjes van Peyo en ontmoet hen! Maar pas op, laat je niet vangen door Gargamel. Brussels Expo | € 11-17 | www.smurfexperience.com 09.05 | 03.09 TENTOONSTELLING AFFICHES BELLE ÉPOQUE De affiches uit de belle époque, de voorlopers van de reclame zoals we die nu kennen, waren ook heel esthetisch. Ontdek de collectie van Ernest de Try over het dagelijkse leven in Brussel. Museum van de Stad Brussel | € 4-8 | www.brusselscitymuseum.brussels AVONDACTIVITEITEN 30.05 | 15.06 D FESTIVAL Het festival van de hedendaagse dans in Brussel. Het Théâtre Les Tanneurs en Le Marni delen de affiche. Théâtre Marni & Les Tanneurs | Diverse prijzen | www.bruxelles.be/d-festival 11.05 | 16.06 CIRCUS’68 IN HET THÉÂTRE DE POCHE In 2018 viert de opstand van 1968 zijn 60e verjaardag. Het Théâtre de Poche nodigt Claude Semal uit met zijn komische cabaret over de lente op de barricades. Ter Kamerenbos | € 12-20 | www.poche.be 18.05 | 20.07 LA TERRASSE O2 La Terrasse de l’Hippodrome - O2 is terug voor een nieuw seizoen! Kom genieten van het mooiste tijdelijke terras van Brussel. Brunchen, lunchen of een avondje uit, aan u de keuze. Hippodroom van Bosvoorde | Gratis toegang | www.la-terrasse.be © D.R. © D.R. © D.R. © D.R.

BRUSSELSLIFE BRUSSELAAR VAN DE MAAND Van Stromae tot Mosaert! collectie, “Capsule N°5”. Deze collectie werd ontworpen in samenwerking met Le Bon Marché Rive Gauche in Parijs. Speciaal hiervoor organiseerde hij zijn eerste modeshow en tekende hij ook voor de soundtrack, getiteld “Défiler”. Mosaert is het creatieve label dat in 2009 werd opgericht door Paul Van Haver, beter bekend als Stromae. Het label is actief in drie artistieke domeinen: muziek, audiovisuele kunsten en prêt-à-porter. Want Stromae is veel meer dan alleen een zanger, hij is een enorm creatief talent en vooral ook een ondernemer. Dit jaar maakt Stromae na twee jaar afwezigheid zijn grote comeback met de lancering van een nieuwe capsuleWIST JE DIT? Het verhaal van Rotonde 58 Dit jaar viert Brussel de 60e verjaardag van de wereldtentoonstelling van 1958. Reden genoeg, zo vond de stad, om Rotonde 58 nieuw leven in te blazen. Maar wat is Rotonde 58? De rotonde vormde de toegang tot de Expo en is vandaag een van de laatste overblijfselen daarvan, samen met het Amerikaans Theater, het paviljoen van de dakpannennijverheid en natuurlijk Paleis 7 en het Atomium. Dit blauwe gebouw, gelegen achter de tramhalte Eeuwfeest, heeft vele levens geleid. De afgelopen jaren was het een opslagplaats voor de vzw Atomium. 62 BECI - Brussel metropool - juni 2018 Sinds begin 2018 is het gebouw opnieuw in handen van de stad Brussel nadat de huurovereenkomst niet verlengd werd door de vzw Atomium. De stad heeft nu beslist om de Rotonde te renoveren en een nieuw leven te geven. In april van dit jaar werd het gebouw omgedoopt tot S Punt, een ontmoetingsplek voor de senioren in de wijk. In Rotonde 58 worden evenementen georganiseerd voor de ouden van dagen: proeverijen, muziekavonden, tentoonstellingen, wandelingen ... Een mooi initiatief van de stad Brussel om de monumenten van weleer een tweede leven te geven. Donatienne de Vleeschauwer Hoe heeft Stromae de overstap gemaakt van zanger naar ontwerper? In 2012, terwijl hij aan zijn tweede album Racine Carrée aan het werken was, wilde Stromae zijn visuele wereld en zijn kledingstijl opnieuw vormgeven. En dus ging hij samenwerken met de Naamse styliste Coralie Barbier, met wie hij intussen ook getrouwd is. Samen ontwierpen ze het prêt-à-portermerk Mosaert dat ze sinds 2014 op de markt brengen. Mosaert laat zich inspireren door de Afrikaanse mode en batikmotieven. Alle stukken van het merk worden vervaardigd in België, Frankrijk en Portugal. De capsulecollectie wordt in beperkte oplage verkocht en is alleen verkrijgbaar in winkels die samenwerken met jonge ontwerpers. Voor deze nieuwe collectie zijn de kledingstukken enkel te koop in Le Bon Marché of in de e-shop van het label. En dat is niet de eerste keer, want in 2017 werkten Coralie en Paul al samen met het schoenenmerk Repetto voor capsule N°4. Paul Van Haver ontwerpt niet alleen mode, hij maakt ook videoclips en promotievideo’s. Stromae regisseerde de nieuwste clips van Dua Lipa, Nicki Minaj, de Amerikaanse groep Major Lazer en de Française Yael Naim. In dit artistieke domein werkt hij opnieuw samen met Coralie Barbier voor de styling en met zijn broer Luc Junior Tam die hem ondersteunt bij de artistieke leiding. Het label Mosaert werd gevraagd om de promotievideo te maken voor de kandidatuur van de stad Parijs voor de Olympische Spelen van 2024. Stromae en Mosaert, ze zijn moeilijk uit elkaar te houden ... Wist u dat alles een anagram is in de wereld van Paul? Stromae is afgeleid van “maestro” en Mosaert is dan weer een anagram van Stromae. Alles hangt samen bij dit creatieve label! Donatienne de Vleeschauwer © D.R. © D.R.

COMMUNITY TOETREDINGSAANVRAGEN DOOR VOORLEGGING AAN DE RAAD VAN BESTUUR Billy NV Willem Tellstraat 59 - 1060 Brussel Nace: 77210 - Verhuur en lease van sport- en recreatieartikelen 7721002 - de verhuur van fietsen afg.: Verhaeghe Guillaume Brayton Global BVBA Belliardstraat 2 - 1040 Brussel Nace: 62010 - Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's 62020 - Computerconsultancy-activiteiten afg.: De Boon Frédéric Edissetio NVBA Bastnicherstrooss 19 - 9638 Pommerloch - Luxembourg afg.: Otten Sébastien EDPO - European Data Protection Office NV Huart Hamoirlaan 71 - 1030 Brussel Nace: 63110 - Gegevensverwerking, webhosting en aanverwante activiteiten 70210 - Adviesbureaus op het gebied van public relations en communicatie afg.: Murphy Jane Fisher BVBA Terkamerenlaan 30 - 1000 Bruxelles Nace: 46389 - Groothandel in andere voedingsmiddelen, n.e.g. 4638907 - de overige gespecialiseerde groothandel in voedingswaren, n.e.g. 46900 - Niet-gespecialiseerde groothandel afg.: Firouzfar Ali Raza Jeewi BVBA Waterloosesteenweg 985 - 1180 Brussel Nace: 70220 - Overige adviesbureaus op het gebied van bedrijfsbeheer; adviesbureaus op het gebied van bedrijfsvoering 82990 - Overige zakelijke dienstverlening, n.e.g. afg.: Petit Pascal The National Golf of Brussels BVBA du Roy de Blicquylaan 7 - 1933 Sterrebeek Nace: 4772101 - de kleinhandel in lederwaren en reisartikelen van leer of van leervervangers 85510 - Sport- en recreatieonderwijs 93123 - Activiteiten van overige balsportclubs afg.: Deskeuvre Marielle Troosan BVBA Kasteeldreef 8 - 3390 Houwaart Nace: 62010 - Ontwerpen en programmeren van computerprogramma's 62020 - Computerconsultancy-activiteiten 63120 - Webportalen afg.: de Troostembergh Antoine INDEX VAN BEDRIJVEN EN ORGANISATIES DIE IN DIT NUMMER STAAN A2RC Actiris AG Real Estate Aquiris Architectesassoc. Audi Forest Axa Axent B2AI Bar Mardi Belges Jeunesses (Les) Belgian Chambers Berg van Barmhartigheid BGHM BioGourMed BMWB BNP Paribas Fortis BPI 12-15 4-8 12-15 34-35 12-15 34-35 36-37 12-15 12-15 60-62 60-62 20 60-62 50-51 52 34-35 36-37 12-15 Brussel Stedenbouw en Erfgoed 12-15 Brussels Beer Project Bureau of International Recycling 27-28 BVS Casino Viage CCIBILA Centrum voor Ondernemingen In moeilijkheden Centry Global Citydev.brussels Coca-Cola Cospaia Danone Daoust Dewaele Dock (The) 38-39 60-62 58-59 54 4-8 4-8 ; 38-39 27-28 60-62 27-28 4-8 12-15 12-15 4-8 Eaglestone Easi EBP Elia Elite Limousine EM2N EnergyVille Enterprise Europe Network ESRBHG Euler Hermes Eurochambres Europcar België Facebook Fostplus Google Greenbizz Henning Larsen Imec Instagram Jeux d’Hiver (Les) KU Leuven LA Metro Land Invest Group Maatschappij voor Stedelijke Inrichting Martin’s Hotel Microsoft 12-15 58-59 4-8 École Polytechnique de Bruxelles 43-44 Economisch Wereldforum 45-46 4-8 12-15 45-46 24 50-51 1 20 58-59 53 27-28 45-46 36-37 12-15 45-46 53 International Chamber of Commerce 25 J’Peux Pas J’ai Piscine Jam Hotel 60-62 60-62 60-62 45-46 4-8 12-15 Leefmilieu Brussel 12-15 ; 30 ; 36-37 LinkedIn 53 12-15 60-62 45-46 1 MIVB Modalizy Mosaert Museum van de Stad Brussel NNOF noAarchitecten Ondraf ONU Oxfam Passe à l’Appart Phosphore RethinkX Retis SCK-CEN Sergison Bates Architects Spirito Stanford University Suez Tanneurs (Les) Tempo-Team Théâtre de Poche Théâtre Marni Twitter ULB Universiteit Hasselt Val-I-Pac Vito Vlam Wallonie Belgique Tourisme Wereldbank West 8 YourMover 16-17 16-17 60-62 60-62 36-37 12-15 Nouveaux Comptoirs Olfactifs (Les) 4-8 Octa+ 16-17 43-44 25 36-37 60-62 30 22 4-8 43-44 12-15 60-62 22 27-28 60-62 4-8 60-62 60-62 53 40-41 ; 43-44 45-46 27-28 45-46 52 4-8 1 12-15 36-37 BECI - Brussel metropool - juni 2018 63

COMMUNITY AGENDA Management & RH, Personal improvement 11.06.2018 Leidinggeven op afstand 14.06.2018 Rekruteren met LinkedIn… Hoe doet u dat? Efficiëntie 12.06.2018 Maak van telewerken een succes ICT 05.07.2018 Een gratis persoonlijke assistent, bestaat dat echt? Absoluut, en hij luistert naar de naam Outlook! ➜ Emilie Lessire +32 2 643 78 11 – ele@beci.be Opleidingen op maat U vindt de opleiding niet die u zoekt? Contacteer ons! Ons opleidingsaanbod wordt opgesteld in functie van de vragen die u ons stelt. U wilt uw vaardigheden ontwikkelen, uw medewerkers beter laten presteren, de teamgeest in uw onderneming versterken? ➜ Emilie Lessire +32 2 643 78 11 – ele@beci.be Sociale wetgeving 11.06.2018 De wet op de aanvullende pensioenen voor de publieke sector 03 & 05.07.2018 Négociation avec les syndicats : atelier pratique (1) 21, 23, 28 & 30.08.2018 L'essentiel du droit du travail (1) ➜ Frédéric Simon +32 2 643 78 17 fs@beci.be Handelsrecht 11.09.2018 Comment passer des anciennes formes de sociétés aux nouvelles 13.06.2018 Lunch dating Phd 14.06.2018 Precious AfterWork Bekijk onze volledige agenda op www.500.be 64 BECI - Brussel metropool - juni 2018 21 & 22.06.2018 Grensoverschijdende economisch forum “Greater Region 4.0 : The Greater Region goes Digital !” - Luxemburg 27.06.20158 EEN - Digital transformation matchmaking event in Liverpool 28.06.2018 Club Food ➜ Beci’s International Department +32 2 210 01 77 - jpm@beci.be suite à la réforme du code des sociétés ? (1) ➜ Frédéric Simon +32 2 643 78 17 fs@beci.be Seminarcyclus overheidsopdrachten 12.06.2018 Verontreinigde bodems: een half miljard om gans het Brusselse gebied te behandelen. 19.06.2018 Aanbestedingen van het Brusselse bestuur en het CIBG ➜ Caroline Coutelier +32 2 643 78 13 — cco@beci.be 19.06.2018 Speed Business Lunch 28.06.2018 Vintage Garden Party 30.08.2018 Summer Afterwork 06.09.2018 Golf Trophy ➜ Beci Events +32 2 643 78 13 – events@beci.be (1) Enkel in het Frans De voertaal is Frans maar de documentatie is ook (volledig of gedeeltelijk) in het Nederlands beschikbaar (2) Schrijf u in op één of meerdere opleiding(en) en geniet subsidies van het Brussels Gewest: 50% van de opleidingskost (min. investering: 1.000 €) Vlaams Gewest: via de KMO-portefeuille (min. projectbedrag: 100 €)

Sluit je net zoals de Smurfen aan bij de grote familie van Daoust! Naar aanleiding van het 60-jarig bestaan van de Smurfen, biedt Daoust 1 maand gratis huishoudhulp* aan al haar nieuwe Dienstencheques-klanten aan. Verwelkom voor 30 juni een huishoudhulp van Daoust binnen je familie en profi teer van onze welkomstactie! Info en voorwaarden op www.daoust.be INTERIM • SELECTION • DIENSTENCHEQUES • OUTPLACEMENT • COACHING • PUBLIC SECTOR Offi ciële partner van vanaf juni 2018 - Brussels Expo Erkenningen Dienstencheques: Brussel: B40063, Vlaanderen: V40063, Wallonië: W40063. *Actie voorbehouden aan nieuwe klanten.

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
  25. 25
  26. 26
  27. 27
  28. 28
  29. 29
  30. 30
  31. 31
  32. 32
  33. 33
  34. 34
  35. 35
  36. 36
  37. 37
  38. 38
  39. 39
  40. 40
  41. 41
  42. 42
  43. 43
  44. 44
  45. 45
  46. 46
  47. 47
  48. 48
  49. 49
  50. 50
  51. 51
  52. 52
  53. 53
  54. 54
  55. 55
  56. 56
  57. 57
  58. 58
  59. 59
  60. 60
  61. 61
  62. 62
  63. 63
  64. 64
  65. 65
  66. 66
  67. 67
  68. 68
Home


You need flash player to view this online publication