WOORD VOORAF Tewerkstelling: de resultaatsverbintenis Afgesproken: vanaf 1 januari volgens de politie (1 maart volgens de betogers) zal de toekenning van inschakelingsuitkeringen in de tijd worden beperkt. Een ‘antisociale maatregel’ of een ‘aanzet tot responsabilisering’? De maatregelen vloeit vooral voort uit de nieuwe financieringswet van de Gewesten, in het raam van de door de regering Di Rupo goedgekeurde zesde Staatshervorming. De financiering geschiedde vroeger grotendeels via de PB – de Personenbelasting – waarvan de federale Staat een deel aan de Gewesten terugstortte in functie van het rendement op hun grondgebied (volgens het principe van de ‘billijke teruggave’). Voortaan beschikken de Gewesten via de opcentiemen rechtstreeks over een kwart van de PB. Als tegenprestatie bij deze ruimere zelfstandigheid worden de Gewesten financieel verantwoordelijk. De intergewestelijke solidariteitsmechanismen waarmee ze hun budgetten in evenwicht brengen, zullen geleidelijk uitdoven. Daarna hangt de financiering rechtstreeks af van de inkomsten van de inwoners … en dus ook van het tewerkstellingsniveau. Een hoge werkloosheid betekent minder financiering. Zo eenvoudig is dat. Wanneer men beseft dat de tewerkstelling in het Brusselse Gewest rond 55% schommelt, wordt het duidelijk dat dringend aan het systeem moet worden gesleuteld. Dit is in geen geval een antisociale maatregel, integendeel: als het niveau van de werkgelegenheid niet stijgt, loopt de schatkist leeg en zal het Gewest zijn functies niet meer kunnen vervullen. De beperking in de tijd van de inschakelingsuitkeringen moet in dit perspectief worden begrepen, en in geen geval als een strafmaatregel tegen wie dan ook. Spijtig dat heel wat voordelen van dit beleid in de recente politieke debatten nauwelijks aan bod kwamen. Ten eerste zorgt deze verschuiving voor een responsabilisering van de Gewesten, waarvan de prioriteiten niet meer zozeer bij de beschikbaarheid van de nodige middelen liggen, dan wel bij de plicht om resultaten voor te leggen. Minister van Werkgelegenheid Didier Gosuin zei onlangs dat na 25 jaar beleid van de werkloosheid, nu de tijd rijp is voor een beleid van de tewerkstelling! Ten tweede weet men liefst welke koers het Brussels bootje vaart. De nieuwe maatregelen verduidelijken de cijfers van de werkloosheid en de werkelijkheid op het terrein. Hier wordt plaatsgemaakt voor werkzoekenden die voltijds naar een baan zoeken, en niet als aanvulling van andere activiteiten. Ten derde zal dit, stroomopwaarts, jongeren aanzetten om vormingstrajecten te volgen die op de arbeidsmarkt uitzichten bieden. In sommige opleidingen is de potentiële tewerkstelling omgekeerd evenredig met het aantal ingeschrevenen. Kiezen betekent soms afstand doen, maar ook zijn eigen lot in handen nemen. Ten vierde moedigt deze maatregel, dankzij de beperkingen die ze oplegt, elke werkzoekende aan om de zoektocht naar een baan verder te zetten. Door het aanleren van de tweede taal, bijvoorbeeld… Ten slotte zullen ook alle sociale gesprekspartners zich moeten mobiliseren, niet meer om de werkloosheid te begeleiden en eindeloos te palaveren, maar om aan de creatie van nieuwe jobs bij te dragen. Ook voor hen geldt een resultaatsverbintenis. Thierry Willemarck Voorzitter van BECI BECI - Brussel Metropool - februari 2015 1
4 Online Touch Home