se levende wereld gedeeld bewustzijn en de hiermee gepaarde verwerping van de werkelijke afkomst van de mens, hebben wellicht bijgedragen tot een collectieve visie op vooruitgang die bijzonder minachtend neerkijkt op de natuur. Dat soort vooruitgang uit zich o.a. in de bouw van ‘dode’ huizen waar de mens denkt dat hij zijn verzinsels zal kunnen verwezenlijken. “De door de twee wereldoorlogen opgehitste industrie was in staat om de verwoeste steden op grote schaal te herbouwen”, zegt Julien Lefrancq. “Moderniteit is bakstenen en snelheid. Iedereen kreeg het verhaal van de 3 biggetjes met de papfles ingelepeld.” Deze cartoon van de Disney Studios uit 1933 verraadt het momentum dat de mindset van de Glorious Thirty schetste. Stro en hout wegen niet meer op tegen bakstenen. “De bevolkingen verwerpen nu massaal de traditionele aarden gebouwen in Afrika om te gaan leven onder daken van plaatstaal, staal of beton, waar de hitte verstikkend is,” zegt Julien Lefrancq. “Met de thermische inertie van aarde zou het van binnen koel kunnen zijn, maar onze visie op moderniteit wordt nu wereldwijd gedeeld.” Vooruitgang bijsturen De technologische ontwikkeling verafschuwen, ze ‘en bloc’ afwijzen, zich laten leiden door woede, emoties en geweten, vurig pleiten voor een terugkeer naar moeder Aarde die door de klimaaturgentie wordt geteisterd … Och, het zou allemaal tijdverspilling zijn in de zoektocht naar een evenwicht. Na verloop van tijd gaat kennis vooruit, ze tracht de evolutie na te bootsen, maar de voorrang aan het milieu moet worden erkend en aanvaard. Een kwestie van eerbied. “We gedragen ons als dwazen: we gaan voor zonne-energie op huizen die niet geïsoleerd zijn en de mensen vinden dat geweldig!”, hamert Luc Schuiten. “Meer nog: een renovatiebedrijf weigert de voegen te vernieuwen als er een spleet van 2 cm onder de deur zit. We zouden de deur moeten vervangen!” “In België worden zelfs woningen met airconditioning uitgerust om technische gebreken en een slechte oriëntatie te compenseren,” voegt Justine Aerts, architect en tekenares van Paille-Tech, eraan toe. Julien Lefrancq pleit voor de omkering van de waarden in de mars van de vooruitgang. En ook voor een terugkeer naar de technieken uit het verleden, die we blijkbaar hebben kwijtgespeeld: “We zijn het lokale vakmanschap vergeten. Geen enkele ingenieur wil vandaag nog horen van Romeinse funderingen met kalk, hoewel eeuwenoude bruggen en kathedralen alle berekeningen van specialisten tarten. Als gevolg daarvan moesten we zelf low-tech gereedschap gaan maken, bijvoorbeeld om het stro te compacteren, omdat elektromecaniciens gekke bedragen vroegen voor automatische machines, zonder enige waarborg van efficiëntie.” Dankzij de prefabricage van de muren in de werkplaats, het eenmalige transport en de montage van het raamwerk ter plaatse, is Paille-Tech er niettemin in geslaagd om een werkmethode te ontwikkelen om huizen of scholen in slechts 2 maanden te bouwen, zelfs in steden. Maar alles moet nog opnieuw worden uitgevonden ... De werkplaats van Paille-Tech, in Franières
36 Online Touch Home