TOPIC Beide provincies Brabant Het Brusselse Gewest kan de geweldige uitdaging van de mobiliteit op zijn eentje niet aan. De federale overheid heeft hier natuurlijk een belangrijke rol te spelen. (Dat een budget nu eindelijk in de zomer zou zijn vrijgemaakt om het GEN opnieuw voorrang te geven, is schitterend nieuws.) Ook de andere Gewesten en de aanpalende provincies Vlaams en Waals Brabant dienen bij te dragen. Want van daar uit vertrekken dagelijks tientallen duizenden pendelaars richting Brussel. De federale Minister voor Werk Kris Peeters heeft bij de regering een voorstel ingediend rond het ‘mobiliteitsbudget’. van het fiscale voordeel op bedrijfswagens, in het raam van de ‘tax shift’. Dit onderwerp blijkt dus hoe langer hoe minder taboe te zijn. Ook in de ondernemingen zelf verandert de mentaliteit. Voorstellen die, enkele jaren geleden nog, onaanvaardbaar bleken, vinden nu voorstanders. Onlangs toonde een BECI opiniepeiling aan dat een eventuele stadstol evenveel voorstanders als tegenstanders zou krijgen. Het debat wordt dus mogelijk want de mensen zijn bereid nieuwe oplossingen uit testen. De administratieve kost De geweldige troef van een nieuw wettelijk kader zoals het mobiliteitsbudget zou zijn dat de alternatieve mobiliteit voor alle ondernemingen toegankelijk wordt en dat tegelijk het voordeel van bedrijfswagens wegvalt. Sommige (grote) ondernemingen hebben hier niet op zitten wachten om zelf oplossingen uit te dokteren. Ze hebben hun eigen prikkels ontworpen rond nieuwe vervoerformules en deden dit meestal in het raam van een ‘cafetariaplan’ om diverse extralegale voordelen te mixen. Engie (ex-Electrabel) en BNP Paribas Fortis treden op dit vlak als pioniers op. Dit geldt eveneens voor het engineeringbureau Altran en het autoleasingbedrijf ALD Automotive. Het nadeel van deze pilootprojecten is het aanzienlijk volume administratief werk dat zij, zowel aan werkgever als aan werknemer, opleggen, terwijl het fiscale voordeel onvoldoende aantrekkelijk blijft ten opzichte van een bedrijfswagen. Bovendien vereist de praktische invoering van dergelijke ‘mobiliteitsbudgetten’ heel wat interne communicatie naar het personeel toe, wat ook een niet te verwaarlozen kost teweegbrengt. De winst op het vlak van de aantrekkelijkheid en het ‘groene’ imago blijft echter moeilijk te ramen. De 14e maand Hoe kennen we een mobiliteitsbudget toe aan werknemers die (nog) niet over een bedrijfswagen beschikken? Dit blijft een van de wettelijke knelpunten. In dergelijk geval is het niet mogelijk een eenvoudige verschuiving 30 BECI - Brussel metropool - september 2016 Waals Brabant beseft ten volle wat hier op het spel staat maar wijst erop dat ook hoe langer hoe meer Brusselaars elke dag de wagen nemen richting Waver of Louvain-la-Neuve... De provincie focust voornamelijk op twee krachtlijnen. Ten eerste de ontwikkeling van een fietspadennetwerk en de aansluiting ervan op de Brusselse en Vlaamse ‘knooppunten’. Deze zachte mobiliteit vormt een degelijk alternatief voor pendelaars uit de nabije Brusselse rand. Waterloo, bijvoorbeeld. Ten tweede overweegt de provincie, voor diegenen die niet graag fietsen, de aanleg van parkings om car-sharing te bevorderen. Samen met het Waalse Gewest worden inspanningen geleverd om bestaande parkings te herwaarderen of nieuwe aan te leggen. Na Itter en Thorembais is een andere car-sharing parking in voorbereiding ter hoogte van Nijvel Noord. Een aantal kleinere parkings zullen ook een betere signalering krijgen. Verder zal, in samenwerking met de Union Wallonne des Entreprises, de car-sharing worden gepromoot, o.a. in bedrijfsparken. te voorzien tussen verscheidene vervoermodi binnen een welbepaald loonpakket dat aan een specifiek fiscaal stelsel wordt onderworpen. Het probleem kan worden omzeild door de 14e maand (de extralegale eindejaarspremie) of extra vakantiegeld in overleg met de werknemer om te zetten naar een mobiliteitsbudget. De medewerker zou dit nieuwe budget dan kunnen besteden aan een bedrijfswagen of aan een mix van een bedrijfswagen uit een lagere categorie en openbaar vervoer, voor een totaal van 100% van het budget dat voor alternatieve vervoermodi wordt ingezet. Hier dient gemeld dat de rulingcommissie van de FOD Financiën in april een loonstelsel heeft aanvaard dat tot 10% van het loon vervangt door fiscaal voordelige voordelen van allerlei aard. In dit geval ging het om een mobiliteitsbudget dat zorgvuldig werd samengesteld en gerechtvaardigd, en voor werknemers was bedoeld die niet over een bedrijfswagen beschikten. Deze beslissing van de rulingcommissie zou de cafetariaplannen nieuw leven kunnen inblazen, in afwachting van een officieel wettelijk kader waardoor de mobiliteitsbudgetten niet langer aan enkele happy few zouden voorbehouden zijn. ●
33 Online Touch Home