29

TOPIC De snelheid van het proces hangt in feite af van de doelstelling en het aan de bank gevraagd bedrag. Bart Eekhaut beaamt dit: “Het hangt af van de lening. Voor een groot deel van onze portefeuille hebben wij tot alle informatie toegang via de Kruispuntbank van Ondernemingen (KBO) en de Nationale Bank. We hebben daar een antwoord, zelfs voordat de klant zijn aanvraag bij ons indient! Voor een auto bijvoorbeeld, gaat dat heel snel.” Maar ondanks de vele gegevens zoals de financiële historiek van elke onderneming die de KBO bezit, vereisen andere leningen toch meer inlichtingen. Valéry Halloy knikt bevestigend: “ Er is geen unieke regel. Een krediet wordt verkregen op grond van meerdere ratio’s: afhankelijk van het project kan men vragen naar een financieel plan, de voorgaande resultatenrekeningen, of een liquiditeitsplan op korte termijn of bestekken. In ingewikkeldere gevallen kunnen we een organigram van de bedrijfsstructuur of andere specifiekere documenten vragen. Het belangrijkste is dat men transparant is vanaf het vastleggen van de afspraak. Kwestie van heen en weer geloop tussen de klant en de relatieverantwoordelijke te vermijden.” Bart Eekhaut (ING) “Bij ING,” legt Bart Eekhaut uit, “is het zo dat we bij een grotere lening bijzondere aandacht besteden aan een reeks criteria. Een voorbeeld: is de persoon klant bij ons, dan wordt er automatisch een profiel opgesteld, rekening houdend met het terugbetalingsvermogen of zijn uitgavenprofiel en alle financiële gegevens van de onderneming. Is de lening voorzien over drie jaar, dan vragen we naar een financieel plan en een business plan voor deze periode. Is de lening gespreid over vijftien jaar, dan vragen we een raming over vijf jaar. Aan de hand van deze raming kunnen we dan gemakkelijk extrapoleren over de volgende tien jaar. We hebben ook aandacht voor de eigen middelen, externe middelen of cofinanciering.” Gemakkelijk? Niet altijd... Om maar te zeggen dat een kredietaanvraag veel moeilijker kan uitdraaien. Artemi Vasilakis (zie ons artikel “starter” van maart) heeft zes maand geleden een andere richting aan haar project gegeven. “Ik heb een onderneming opgericht (Art’emi, nvdr) die sieraden creëert. Vroeger concentreerde ik me uitsluitend op het B2B-segment. Maar door de crisis moesten we er in 2012 mee stoppen. Vandaag wil ik een nieuwe draai aan de onderneming geven en me op B2C richten. Hiervoor heb ik geldmiddelen voor reclame nodig en moet ik een community manager aanwerven om bekendheid te geven aan het merk en de producten.” Maar voor dit aanvraagtype blijkt het ingewikkelder om een bankkrediet te bekomen. “In het algemeen verloopt dit op dezelfde manier: ik telefoneer naar de bank en ik stuur op voorhand een reeks documenten, een financieel plan en een business plan, met daarbij de balansen. Reeds bij de eerste afspraak hebben de bankiers mijn dossier geanalyseerd en stellen ze mij een aantal tamelijk specifieke vragen. Je moet dan goed voorbereid zijn, je moet je project kunnen “pitchen” en argumenteren over alle uitgaven die je hebt voorzien. Omdat mijn sector niet zo gekend is, heb ik heel wat vragen over de grondstof, mijn productiemiddelen of mijn marges. In het algemeen vraagt men mij tijdens de tweede afspraak of ik eigen of externe middelen heb. Ik zoek een reclamebudget en op dit moment heeft geen enkele bank toegezegd om reclame te financieren. '”We financieren geen wind,” krijg ik te horen. Ze zijn meer gewend om een lening toe te kennen voor materieel, een investering…” Kortom, voor tastbare dingen. Ilan Kolinsky, oprichter van Boxify Andere mogelijke bronnen Om dit probleem te verhelpen, hebben heel wat ondernemingen hun heil gezocht in andere financieringswijzen. “Vandaag denk ik aan crowdfunding. De banken beginnen er ook aan; BNP heeft zich geassocieerd met My Micro Invest en de KBC beschikt over haar eigen platform,” vervolgt Artemi Vasilakis. Een optie die Ilan Kolinski heeft gekozen, waarna hij zich geen zorgen meer hoefde te maken over een banklening. “Voor de geldmiddelen moest ik een reeks documenten zoals het financieel plan opsturen; documenten die ik al in handen had. Ze hebben me ook vragen gesteld over wat ik verdien, mijn beroep, het beroep van mijn ouders… Dat is allemaal nogal snel gegaan, maar onderweg heb ik de dingen een beetje laten aanslepen,” geeft de jonge ondernemer toe. Hij heeft dan bij My Micro Invest aangeklopt voor een fondswerving die met succes verlopen is – een aanpak die steeds meer in de smaak valt bij jonge ondernemers die in deze benadering niet alleen een financieringsbron maar ook een promotiecampagne zien. Deze trend van banken om een andere richting aan hun manier van financieren te geven, wordt door Bart Eekhaut bevestigd: “Vroeger keken we naar wat we konden financieren. Als er geen terugbetalingscapaciteit was, dan investeerden we niet. Vandaag willen we een nieuwe rol spelen, de rol van begeleider in de behoefte aan financiering in een ruimere zin dan enkel maar de bankfinanciering. We hebben meerdere partnerschappen gesloten, meer bepaald met het publiek, met bepaalde investeringsmaatschappijen en crowdfunding platformen. We willen ondernemingen helpen om de beste ‘funding’ te vinden volgens het project.” Het bankberoep is volop aan het veranderen om in te spelen op de noden van de nieuwe ondernemers. Maar het geld stroomt niet zomaar binnen; de beste wapens van ondernemers blijven nog altijd een goede voorbereiding, sterke documenten, een gedreven presentatie van de eigen onderneming en een grotere weerbaarheid tegen afwijzingen. ● BECI - Brussel metropool - april 2016 27 R.T. R.T.

30 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication