32

TOPIC ligente manier. Sensoren sturen real time gegevens naar de centrale. In functie daarvan stelt het systeem de verkeerslichten in werking om het verkeer vlotter te maken, rekening houdend met versperde wegen of eventuele ongevallen. Wij hebben echter een mobiliteitsplan op ten minste 10 of 15 jaar nodig om de continuïteit te verzekeren. En dan liefst met aanpassingsmogelijkheden om de vier à vijf jaar, aangezien de verkeersomstandigheden heel snel kunnen veranderen. Brussel heeft een langetermijnvisie nodig, los van de lopende legislatuur. Dit is bijvoorbeeld het geval in Berlijn, waar wij met de stad hebben samengewerkt om een volledig mobiliteitsplan te ontwikkelen.” Met de wagen op internet De wagen blijft, ten minste op middellange termijn, een noodzaak in Brussel. Bedrijven gaan nu voor nieuwe technologieën om de verkeersoverlast in de steden in te dijken. Het aanbod aan de gedeelde wagens breidt uit: met Cambio en Zencar kunt u voertuigen online reserveren. Deze oplossing zou de portemonnee van autobestuurders moeten bekoren, zeker als men weet dat een wagen gemiddeld slechts 15% van de tijd wordt gebruikt. Ook voor het milieu is dit een positief initiatief, want deze diensten doen hoe langer hoe meer een beroep op niet vervuilende energiebronnen. Een veralgemening van het autodelen zou het verkeer moeten vergemakkelijken, mede omdat de formule ook carpooling aanmoedigt en bevordert. De sector gaat een mooie toekomst tegemoet, weet Diether Claeys, directeur van de verkoop aan bedrijven bij Toyota: “In Québec hebben wij een park van 2000 gedeelde Toyota Yaris wagens ingeplant. Dankzij een app kunt u een wagen reserveren, die u daarna met uw smartphone start. Zeer binnenkort wordt een gelijkaardig project in Brussel ontwikkeld. De wagen ondergaat een geleidelijke statusverandering. Hij wordt langer hoe minder als een eigendom beschouwd, en steeds meer als een gedeelde dienst.” Een andere grote verwachting op het vlak van smart mobility betreft autonome voertuigen. Diether Claeys is optimistisch: “In 2020 zullen wij gedeeltelijk autonome voertuigen in het Brusselse verkeer kunnen brengen. Ze zullen in staat zijn gegevens te ontvangen over de beschikbaarheid van parkeerplaatsen en zonder tussenkomst in een parkeerplaats te manoeuvreren. Dit is een niet te onderschatten troef voor de mobiliteit, want de zoektocht naar een parkeerplaats veroorzaakt heel wat verkeershinder in de steden. Daarna zullen zulke smart cars steeds zelfstandiger worden om in 2025 volledig autonoom te rijden.” 30 BECI - Brussel metropool - september 2015 Thierry Willemarck (Touring) Openbaar vervoer geen openbaring Het openbaar vervoer in Brussel is relatief ontwikkeld, maar het aanbod blijft ontoereikend. Thierry Willemarck beschouwt dit vooral als een demografisch probleem: “Bepaalde gemeenten zijn heel dicht bevolkt, andere veel minder. De maatschappijen die instaan voor het openbaar vervoer hebben het daardoor moeilijk om hun diensten rendabel te maken. De stad zou in feite aantrekkelijker moeten worden om mensen aan te zetten er opnieuw te komen wonen. De stad moet net zijn, en goed beveiligd. Bouwvergunningen zouden moeten worden uitgereikt in de buurten waar de dichtheid van de bevolking nog kan toenemen.” Thierry Willemarck wijst ook op een institutioneel probleem: “Onlangs stelde de MIVB voor de capaciteit van trams te verhogen. Dit vereiste wel de vervanging van een parking op de Vleurgatsesteenweg door ondergrondse parkeergelegenheid. De MIVB was bereid zelf in deze werkzaamheden te investeren. Het plan voor ruimtelijke ordening voorzag echter geen mogelijkheid voor ondergrondse parkings in deze wijk. Daarom heeft het Brusselse Gewest het aanbod van de MIVB afgeketst. Deze beslissing werd dus zonder enig pragmatisch inzicht genomen.” De Brusselse metro blijft zich traag uitbreiden. In 2018 begint de bouw van een nieuwe lijn tussen het Noordstation en Bordet, langs de gemeenten Evere en Schaarbeek. Verder is de MIVB van plan de lijnen 1 en 5 tegen 2023 volledig automatisch te laten functioneren, waardoor de capaciteit zou verdubbelen. De Franse constructeur Alstom, die ook in Brussel is gevestigd, hoort bij de potentiële kandidaten en kan meer dan 20 jaar ervaring voorleggen in de levering van automatische metrostellen. Frédéric Devisch, commercieel directeur van Alstom België, geeft uitleg over deze technologie: “Met de automatisering van onze metrolijnen kunnen we tegelijk de frequentie en de veiligheid verhogen. De controle op versnelling en vertraging verbetert het comfort van de reizigers en reduceert het energieverbruik. Dankzij talrijke ‘smart meters’, wordt het onderhoudscentrum in real time op de hoogte gehouden van de staat van het rollend materieel. Eventuele defecten kunnen op die manier worden voorspeld om via gerichte technische interventies pechsituaties te vermijden.” Wij beschikken over de technologie en de oplossingen bestaan. De toekomst van de mobiliteit in Brussel hangt af van toekomstige partnerschappen tussen overheidsdiensten en ondernemingen. Wij houden dit in de gaten. Frédéric Devisch (Alstom) ●

33 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication