Ideeën (dat de ruimte ter beschikking stelt) en mobiliteitsorganisatie MaestroMobile. De nieuwe MO blijft tot 9 januari 2020 open. “Het eerste project was vooral gericht op bedrijven. Met de nieuwe MO willen een nog veel groter publiek aanspreken”, legt Lambrechts uit. “Dat blijkt ook uit de locatie: in het Anspach Center passeren elk jaar zowat zes miljoen mensen. Er moet ook geen afspraak of zo gemaakt worden om de ruimte te kunnen bezoeken. Iedereen kan er vrij binnenen buitenlopen. Er zal ook permanent iemand aanwezig zijn, om vragen te beantwoorden of de bezoekers wegwijs te maken.” De nieuwe versie van MO moet een soort ‘vitrine’ worden die een blik geeft op alle mogelijkheden in Brussel qua mobiliteit. Het moet de bezoekers ook duidelijk maken dat mobiliteit meer is dan enkel een manier om je te verplaatsen van naar B. Mobiliteit speelt onmiddellijk in op XavierTackoen de stedelijke economie, heeft invloed op de werkgelegenheid en het welzijn in de stad en uiteraard ook een impact op het milieu en de volksgezondheid. Al deze aspecten worden uitgelegd aan infobalies, opleidingsruimten en workshops. Uiteraard zal het ook concreet over vervoer gaan. Er komen demo’s van bijvoorbeeld elektrische steps en fietsen. Die zullen ook op een indoor circuit uitgeprobeerd kunnen worden. Via gamification en VR worden bezoekers dan weer wegwijs gemaakt in verschillende mobiliteitsoplossingen. Eveneens het vermelden waard is het ‘Mobility Passport’, een experiment dat drie weken zal duren en waarbij 400 mensen alle mogelijke vervoersmiddelen in Brussel zullen mogen uittesten. Via een app wordt bijgehouden wie de meeste middelen uitprobeert en dus de meeste punten scoort. De winnaar krijgt daarna een mooie prijs. Een deugdelijk verkeers- en mobiliteitsbeleid helpt niet alleen de leefbaarheid in de stad vergroten, het is ook een instrument om de opwarming van onze aarde in te perken. “De MO-ruimte wordt daarom ook een uithangbord van ons project 30-3030”, zegt Lambrechts. “Dat project wil de Brusselse klimaatdoelstellingen mee concretiseren. Het zijn in totaal dertig projecten die de CO2-uitstoot tegen 2030 met dertig procent moeten helpen terugdringen. Toevallig, of misschien net niet: dertig procent van de totale CO2uitstoot in de hoofdstad komt ook van transport en mobiliteit.” Wat kost een goed fietsslot? MaestroMobile zal in de ruimte ook de ‘Mobiline’ opzetten, een informatieplatform waarin alle mogelijke vragen over vervoer in Brussel beantwoord zullen worden. “Normaliter is deze dienst enkel via telefoon, mail, WhatsApp en Facebook Messenger te bereiken”, zegt Xavier Tackoen van MaestroMobile, “maar voor MO gaan we uitzonderlijk ook een fysiek contactpunt installeren. De meest uiteenlopende vragen kunnen we daar beantwoorden: van ‘Wat kost een goed fietsslot?’ over ’Welke trein moet ik nemen om van A naar B te komen?’ tot zelfs vragen over de fiscale stimuli van bepaalde vervoermiddelen.” Beci en MaestroMobile zijn geen onbekenden van elkaar, zegt Tackoen en werken al langer samen rond het mobiliteitsvraagstuk. “Ik denk dat wij een natuurlijke partner voor MO zijn omdat wij al heel wat expertise rond mobiliteit hebben opgebouwd. Ons platform is een heel concrete tool om zowel de fysieke als psychologische drempels op te lossen die mensen vaak hebben om van alternatieve vervoersmiddelen gebruik te maken.” Ischa Lambrechts Wat mobiliteit betreft staat Brussel vandaag alvast heel wat verder dan pakweg tien jaar geleden, meent Tackoen. Al blijven de uitdagingen groot. “Tien jaar geleden was er onder de verschillende actoren geen eensgezindheid over hoe we de problemen moesten oplossen. Tegenwoordig is die er wél. Er moet meer openbaar vervoer komen. We moeten de openbare ruimte herinrichten en voorrang geven aan zwakke weggebruikers. En we moeten het fietsen stimuleren. Over dat soort oplossingen is tegenwoordig iedereen het wel eens. We staan in Brussel vandaag waar Kopenhagen vijftien jaar geleden stond. Maar ik ben er zeker van dat we heel snel een inhaalbeweging kunnen maken.” Stad versus rand De grote uitdaging daarbij is om die oplossingen nu ook daadwerkelijk uit te voeren en de omslag te maken. “Veel mensen zijn er nog niet klaar voor”, zegt Tackoen. “De neiging is nog altijd groot om de auto te nemen. We zien de vooruitgang ook nog altijd niet genoeg. Maar ik ben ervan overtuigd dat dat wel zal komen, als we het nog wat tijd geven. Wat groot Brussel betreft, ben ik zelfs echt optimistisch. Wat de rand betreft, zijn er nog wel grote uitdagingen. We mogen niet naar een dualiteit evolueren tussen de stad en het platteland, waarbij de stad veel sneller evolueert, want dan verplaats je de problemen alleen maar. Daar blijft dus nog veel werk aan de winkel.” ● Brussel Metropool - oktober 2019 ❙ 15 © Reporters © Reporters
18 Online Touch Home