38

Vincent Glowinski in gesprek met de stad Te midden van een armtierige, koeltechnische architectuur van hoog en stijf glas en gegoten beton waardeert Luc Schuiten het taaleigen van Vincent Glowinski, bijgenaamd Bonom, die de stad inroept om haar pijn uit te schreeuwen tot vlekken op muren en gevels. “Lichaam en ziel treden samen op, want in elk van deze kunstwerken leeft er iets acrobatisch en vluchtigs. Op de achtergrond, de stad en haar doorgroei, richting winstbejag en bodemloze ledigheid. Daar wordt het werk van de stadskunstenaar een bijdrage tot de volksgezondheid.” Een bevrijdende overtreding Vanop de daken van Brussel ziet de aap die in Bonom opleeft slechts grijze asfalt, versplinterde brokjes bedwongen natuur, zeldzame huisdieren en vooral een zee van mensen van wie alleen de hoofden en handen niet achter kleren schuilgaan. Misschien omdat alleen deze lichaamsdelen met de nodige waardigheid de menselijke intelligentie en creativiteit vertegenwoordigen. “Ik denk dan aan een aap die zijn tong uitsteekt”, kakelt Bonom. “Hij zegt niks, maar drijft gewoon de spot met ons. Hij gebruikt zijn tong niet om mooie concepten met ons te bespreken. Nee hoor, alleen om ze uit te steken. Deze aap tekent. Zijn oeuvre is het spoor van zijn voeten op de wereldbol. De aap maakt grimassen om onze wetenschap en onze hoogmoed te kleineren. Hij zegt ons in feite dat wij iets menen te bezitten – de spraak – maar in werkelijkheid hebben we helemaal niets.” Door het dierlijke in zich te verwerpen, verliest de mens misschien tegelijk zijn zogenaamde menselijkheid. Bonom loopt langs de muren van zijn dagelijkse omgeving, staat soms voor één van hen stil, gaat er terug naartoe, draait errond of klimt erop en bekijkt hem onder verscheidene invalshoeken, tot hij in de muur een ziel opspoort die ruimte zoekt om zich uit te drukken. “Als muren een soort onzichtbare aanwezigheid uitstralen, dan bevatten die een ziel die op zoek is naar een lichaam”, schetst de kunstenaar die, in zijn kunstwerken, zulke zielen wil “verankeren, vasthechten aan een grafsteen of de schaduw van Peter Pan wil vastnaaien.” Naamloos na-apen De dynamiek van deze wezens uit zich in het spoor dat zij achterlaten. Geraamtes van dieren die treinen trachten in te halen. Een naakte en daarom beschaamde oude man. Wegvliegende duiven die de vrijheid schetsen van een normloze spiritualiteit. De toeschouwer beslist wat dit voor hem betekent. “Ik onderteken mijn werk niet”, verklaart Bonom. “De enige naam die daar zou kunnen plaatsvinden, is die van de andere. Niemand, dus. Wat ik teken, bestaat op zich, buiten mij. Het zijn de gezichten van wat ze zelf zijn.” Hoofdzetel van Artsen zonder Grenzen, in Elsene 36 Brussel Metropool - februari 2019

39 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication