15

INTERNATIONAAL De export van uw diensten in de EU ENTERPRISE EUROPE NETWORK In andere landen van de Europese-Unie diensten leveren, is sinds een aantal jaren veel gemakkelijker geworden. Als Belgische dienstverlener kunt u dit doen zonder in het exportland een vennootschap of een dochteronderneming op te richten – tenminste in het begin. D iensten nemen het leeuwendeel van de Europese economie voor hun rekening, met 70% van het BBP in de EU. Sommige landen scoren nog hoger. En het aandeel blijft stijgen. De diensten vertegenwoordigen wellicht de ‘laatste grens’ van de interne Europese markt, die er sinds 1957 naar streeft het vrij verkeer van goederen, personen, kapitaal en … diensten te verzekeren. Deze ‘vierde vrijheid’ brak slechts in een vrij recent verleden echt door, dankzij twee wetsteksten: de ‘Dienstenrichtlijn’ (ook ‘Bolkestein’ genoemd) van 2006 en het Verdrag van Lissabon in 2009, waardoor heel wat obstakels langs de interne EU grenzen wegvielen. De jurisprudentie van het Europees Hof van Justitie versterkte deze bepalingen nog. Tijdelijk of blijvend? Als u als dienstverlener (architect, fotograaf…) in België bent gevestigd, kunt u uw activiteit voortaan ook in andere EU landen – althans tijdelijk – uitoefenen zonder er een vennootschap of een dochtermaatschappij op te richten en zonder er het geheel aan administratieve procedures van deze landen na te leven (zoals het verkrijgen van een voorafgaandelijke vergunning voor de betrokken activiteit). Deze mogelijkheid is vrij nuttig, onder andere om bij gelegenheid diensten te verlenen aan een klant in een ander EU land – of om een markt uit te testen voor u een beslissing neemt over een mogelijke vestiging ter plaatse. Deze mogelijkheid geldt voor alle vormen van diensten, weliswaar met uitzondering van een aantal specifieke sectoren: financiële diensten, privé beveiliging, kansspelen, notariaat, uitzendbureaus, telecommunicatie, audiovisuele en elektronische diensten. Deze sectoren moeten aparte regels naleven. Zijn eveneens uitgesloten de diensten van algemeen nut, zoals de gezondheidszorg. De Europese wetgeving vermeldt niet duidelijk hoe lang een onderneming diensten in een ander land kan aanbieden. Sommige landen hanteren een tijdspanne van drie maand. In andere wordt het zes maand of zelfs meer. Soms dient u de activiteit aan de lokale overheid bekend te maken. De ondernemer moet bovendien nagaan of zijn beroep in dat land gereglementeerd is en of zijn kwalificaties lokaal moeten worden erkend. Eventuele beperkingen zijn duidelijk afgebakend en moeten door het betrokken land worden gerechtvaardigd (voorbeelden zijn redenen van openbare orde, volksgezondheid of bescherming van het milieu). Als uw activiteit ter plaatse voortduurt of aan frequentie wint, zult u waarschijnlijk een vennootschap of een dochteronderneming moeten oprichten. In dat geval dient u vanzelfsprekend de lokale wetgeving inzake handelszaken na te leven. Ongeacht of deze activiteit van tijdelijke of blijvende aard is, kunt u informatie inwinnen bij de eenheidsloketten in elk EU land (http://ec.europa. eu/internal_market/eu-go/). Dienstverplichtingen Het vrij verkeer van diensten houdt wel in dat de dienstverleners bepaalde verplichtingen naleven. Onder andere een discriminatieverbod tussen klanten. Dit betekent dat de in België gevestigde leverancier diensten aan klanten in andere EU landen niet mag weigeren. Dit is de algemene regel. Er kunnen natuurlijk wel geldige redenen bestaan die de dienstverlening onmogelijk maken of een prijsverhoging rechtvaardigen, bijvoorbeeld wegens opslag- of leveringskosten of extra administratieve kosten. In dat geval dient u deze voorwaarden bekend te maken en ervoor te zorgen dat zij geen discriminerend effect hebben. ● Info: Jean-Philippe Mergen 02 210 01 77 – jpm@beci.be Emmanuel Robert BECI - Brussel metropool - mei 2016 13 ©Thinkstock

16 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication