30

© DDS & Partners Architects/BAEB Het ruim 12.000 m² grote Newton KMO-park in Anderlecht werd in opdracht van Citydev ingericht en begin 2014 ingehuldigd. STEDENBOUW Plaats voor ondernemingen in de stad? Brussel is een van de kleinste hoofdsteden van Europa. Als we het Overzicht van de Productieactiviteiten moeten geloven, schiet er binnen 15 jaar geen plaats meer over voor ondernemingen. Oorzaken zijn ons beperkt grondgebied en de stedenbouwkundige voorschriften, maar natuurlijk ook de sterke demografische groei. Bestaat er hierdoor nog plaats voor ondernemingen in Brussel? Wij stelden de vraag aan Benjamin Cadranel en Philippe Antoine, respectievelijk algemeen bestuurder en directeur-generaal Economische Expansie van Citydev. Gaëlle Hoogsteyn M et zijn grondgebied van 161 km² hoort Brussel bij de kleinste hoofdsteden van Europa. “Vergeleken met grote metropolen als Parijs of Londen, zitten wij hier met een beperkt grondgebied, een soort keurslijf waar we ons tevreden mee moeten stellen”, betreurt Benjamin Cadranel. Volgens het Overzicht van de Productieactiviteiten waren er in Brussel in 2013 nog 257 ha beschikbaar, waarvan 116 in gebieden waar productieve of logistieke activiteiten zich gemakkelijk kunnen vestigen (deze cijfers zullen in april worden bijgewerkt). Volgens dezelfde bron zouden al deze terreinen binnen een vijftiental jaren een bestemming hebben gekregen, als we het bezettingstempo van de periode 1997-2013 behouden. De beperkte oppervlakte van Brussel zorgt voor een dubbele uitdaging: het behoud van ruimte voor economische activiteiten en tegelijk het aanbod van nieuwe woningen voor de middenstand. Hoe lossen we dit op? “Stedenbouwkundig bestaan er heel veel beperkingen. De regels die op het grondgebied van kracht zijn, staan beschreven in het Gewestelijk Bestemmingsplan (GBP). Dit plan bepaalt onder andere in de welke delen van het grondgebied ondernemingen zich al dan niet mogen vestigen”, verduidelijkt Philippe Antoine. Vandaag stellen we vast dat de huisvesting vaak voorrang krijgt op de economische activiteit. De reden hiervoor ligt enerzijds bij de demografische groei, en anderzijds in het feit dat 90% van de beschikbare terreinen minder dan een hectare groot zijn. We kunnen dus vlotter worden gebruikt voor woningbouw dan voor de vestiging van productieve activiteiten. Welke uitzichten blijven er dan over, voor de ondernemingen? Beter gemengde functies Omdat terreinen zeldzaam worden, geven de twee deskundigen de voorkeur aan een herovering van bestaande 28 BECI - Brussel metropool - februari 2016 grond. Dit vereist echter een verdichting van het stedelijk weefsel. “Het woord ‘verdichting’ kan enige wrevel opwekken, maar voor de stad is dit een positief proces”, verzekert Benjamin Cadranel. “Neem nu het voorbeeld van Parijs en zijn Haussmann boulevards.” Hij vindt dat de activiteit binnen de stad ook goed is voor de stad. Ze mag niet naar de rand worden verwezen maar moet steeds weer binnen de wijken zelf worden heruitgevonden. “De stad heeft sommige bedrijven nodig om zelf beter te worden”. Hiervan getuigt het Tivoli project, vlak bij Tour & Taxis, met een combinatie van 400 nieuwe woningen, twee crèches, een park, een bedrijfsincubator voor starters in de sector van de duurzame bouw en 5.000 m² werkplaatsen. « Wij willen dat Brussel een stad wordt waar mensen werken, kunnen wonen en ook zin hebben om te wonen”, beaamt Philippe Antoine. De menging van functies moet de weg effenen naar de nodige verdichting. Het moet mogelijk worden op dezelfde vierkante meters economische activiteiten en huisvesting te combineren. “Wij moeten naar een functionele mix streven om een onderscheid te vermijden tussen slaapwijken en activiteitengebieden. Een multifunctionele stad genereert trouwens ook minder vervuiling en kent minder verkeersoverlast”, beweert Benjamin Cadranel. Een dergelijke menging van functies kan echter slechts als de activiteiten zich vlot in het stedelijk weefsel integreren en ertoe bijdragen. OGSO’s en KMO-parken “Bepaalde (semi-)industriële activiteiten vallen moeilijk te rijmen met aanpalende woningen. Zulke bedrijven trachten we dus te concentreren in gebieden die daartoe bestemd zijn. Voor andere activiteiten moeten we vroegere industrieterreinen heroveren, waar we ook huisvesting gaan voorzien”, licht Philippe Antoine toe. In dit

31 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication