INTERVIEW DE JEAN-CLAUDE DAOUST voudig lijken, maar het is meer dan een vodje papier. Onze werknemers dragen met trots die positieve waarden uit. Als een werknemer in een van onze jobcenters een discriminerend verzoek van een klant zou krijgen, denk ik dat hij heel afwijzend zou reageren en zou proberen de klant op andere gedachten te brengen. Bovendien worden de waarden van Daoust tijdens sollicitatiegesprekken vaak als troef vernoemd. Onlangs hebben we verschillende personen ontmoet die voor andere, meer commerciële uitzendkantoren werkten, en die bij ons wilden komen werken wegens onze waarden, zelfs als ze minder zouden verdienen.“ Plant u nog andere acties in de toekomst? “We gaan onze verschillende acties verder blijven uitwerken. We mogen niet op onze lauweren rusten. Het kan altijd nog beter en we moeten waakzaam blijven. De mens verkiest van nature wat vertrouwd is, wat hij kent. We blijven onze klanten dan ook verder bewust maken van de problematiek.“ Hoe reageren uw klanten/leveranciers op de diversiteit in uw onderneming? “Onze klanten zijn bedrijven of gezinnen die op zoek zijn naar personen die aan een specifieke behoefte kunnen voldoen. Op de arbeidsmarkt in Brussel en in Wallonië is de werkloosheidsgraad heel hoog. Maar anderzijds bestaat er ook een hele reeks knelpuntberoepen waarvoor maar moeilijk goede kandidaten te vinden zijn. Door in geen enkele stap van de selectieprocedure te discrimineren, komt een veel breder scala aan mogelijkheden vrij en vergroot dus de kans om iemand te vinden die perfect beantwoordt aan de wensen van de klant. Zolang de resultaten positief zijn, kunnen ze alleen maar tevreden zijn. We hebben hier nooit een directe enquête naar uitgevoerd, maar we hebben klanten die zelf een diversiteitshandvest hebben en ons vragen dat na te leven. Dat bewijst dat ook zij gelijke kansen voor iedereen ter harte nemen. Zo verstevigt onze klantenrelatie met die bedrijven nog verder. Van onze leveranciers krijgen we geen opmerkingen.“ Hebt u prijzen gekregen voor uw acties? “In 2008 hebben we het label ‘Clusterdiversiteitsplan’ gekregen voor elk van onze dertien kantoren in Vlaanderen. Dat label bevestigt dat ons interne selectiebeleid en de relaties met onze uitzendkrachten niet-discriminerend zijn en dat we ook de uitzendkrachten onderling gelijk behandelen. In 2013 kregen we voor het Brussels Gewest het ‘Label Diversiteit’. In Wallonië bestaat er momenteel geen enkel labelsysteem, waarschijnlijk omdat het probleem er zich minder voordoet dan in Brussel of in de grote Vlaamse steden. Voor ons diversiteitsplan zijn we ook al drie jaar op rij genomineerd voor de HR Excellence Award.“ Is er volgens u een rol voor de overheid weggelegd om discriminatie te voorkomen? “Ongetwijfeld. Eerst en vooral moet er kwalitatief onderwijs komen voor iedereen. Ik schrik telkens van de scores in de PISA-studies. Het is niet normaal dat jongeren die tot hun achttiende naar school zijn geweest niet correct kunnen lezen en schrijven. De begeleiding op school is duidelijk niet voor iedereen gelijk. Maar iemands professionele toekomst hangt er wel van af. Verder zou de overheid ook het goede voorbeeld moeten geven en zelf personen van allerlei afkomst, geloof of huidskleur in dienst moeten nemen. Maar precies in de openbare diensten zijn die het schaarst. Als de Belgische maatschappij mensen van vreemde afkomst wil integreren, dan mag dat niet beperkt blijven tot de bedrijven. Het voorbeeld moet van bovenaf komen.“ Hoe ziet u de toekomst van de diversiteit in België? “De evolutie van de afgelopen jaren stemt me positief. Ik vind dat rassendiscriminatie over het algemeen sterk afgenomen is. Maar een antidiscriminerend beleid voeren, blijft niet beperkt tot personen van vreemde afkomst. We moeten ook aandacht hebben voor het evenwicht tussen leeftijden, meer vrouwen in directiecomités of in functies met veel verantwoordelijkheid krijgen, gebouwen aanpassen aan personen met verminderde mobiliteit ... Er is nog veel werk aan de winkel voor de gelijkheid van kansen echt een feit is.“ Het BOOST-project Naast zijn activiteiten bij Daoust werkt Jean-Claude Daoust, in samenwerking met de Koning Boudewijnstichting, ook aan het zogenaamde ‘BOOST’-project. Dat project richt zich op talentvolle jongeren die zonder steun riskeren hun potentieel niet volledig te benutten. BOOST heeft tot doel de vaardigheden van die jonge talenten te versterken zodat ze zich ten volle kunnen ontwikkelen op school en op persoonlijk vlak. BOOST wil dat die jongeren, naargelang van hun talenten en hun interesses, doorstromen naar hogere studies of een beroepsopleiding en die tot een goed einde brengen. Het is de bedoeling om met BOOST in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest meisjes of jongens uit financieel kwetsbare gezinnen te ondersteunen. De steun die elke jongere krijgt, wordt gespreid over vier jaar en omvat: • deelname aan workshops en activiteiten die de persoonlijke ontwikkeling bevorderen, in het kader van verschillende thema’s: studiekeuze, mondelinge en schriftelijke vaardigheden, beroepen en ambachten, hogere studies, sociale regels • een laptop • een beurs van 500 euro/jaar • indien nodig individuele schoolondersteuning 30
33 Online Touch Home