14

IV. Discriminatie op de arbeidsmarkt Discriminatie is gedrag dat gebaseerd is op een subjectieve perceptie van anders-zijn en dat zich uit in een ongelijke behandeling, met name op de arbeidsmarkt. De perceptie van het anders-zijn is op zich niet negatief en is zelfs volkomen normaal, aangezien ze altijd en overal aanwezig is, ook bij mensen van hetzelfde geslacht, met dezelfde cultuur, met dezelfde leeftijd, die tot hetzelfde gezin behoren enz. Het is de manier waarop iemand tegen dit anders-zijn aankijkt − negatief of positief − die een probleem kan vormen. Als negatieve vooroordelen en stereotypes de hoofdtoon voeren in de perceptie, dan zal daar uiteraard negatief gedrag uit voortvloeien. De oorsprong van die perceptie, en het daaruit volgende gedrag, zal in dit rapport uitvoeriger worden bestudeerd en geanalyseerd. In eerste instantie zullen we de verschillende vormen van discriminatie en hun verband met de arbeidsmarkt belichten. De huidige wetgeving verbiedt discriminatie op basis van de volgende criteria: nationaliteit, zogenaamd ras, huidskleur, afstamming, land van herkomst of etnische origine, seksuele geaardheid, burgerlijke staat, geboorte, vermogen, leeftijd, geloof of levensbeschouwing, huidige of toekomstige gezondheidstoestand, handicap, politieke overtuiging, fysieke of genetische eigenschap en sociale afkomst. Discriminatie kan dus verschillende vormen aannemen. In het kader van dit Witboek concentreren we ons hoofdzakelijk op de vier vaakst voorkomende vormen van discriminatie, namelijk geslacht, leeftijd en handicap. Hoewel we in dit project elke soort discriminatie afzonderlijk behandelen, kunnen verschillende discriminerende kenmerken natuurlijk ook samen voorkomen. Zo neemt de discriminatie van vrouwen ernstigere vormen aan als daar nog andere kenmerken bij komen zoals leeftijd, afkomst of handicap. 4.1. Discriminatie en geslacht Gendergelijkheid is een kwestie waar de overheid al lang mee bezig is. Het is een algemene kwestie die ruimer is dan het professionele kader en doorheen het hele leven van een mens loopt: op sociaal, familiaal, politiek, cultureel vlak enz. Al die gebieden beïnvloeden elkaar onderling. Een positief of negatief effect in een bepaald gebied zal de facto een effect hebben op de andere gebieden (een kind, een promotie enz.). Daarom is het nodig de ongelijkheden te benaderen vanuit het standpunt van sociale constructies en individuele keuzes. Vandaag de dag hebben verschillende kwesties een invloed op die van de gendergelijkheid: • de loonverschillen • de toegang tot hiërarchisch hogere functies • de combinatie werk en privéleven enz. Terwijl de loonverschillen en de toegang tot hiërarchisch hogere functies kwesties zijn die enkel betrekking hebben op het professionele niveau, is de kwestie van de combinatie werk en privéleven breder. Die kwestie stelt vragen bij de sociale constructie van het rollenpatroon van vrouwen en mannen en bij de reproductie van dat rollenpatroon. Ze brengt ons ook bij de sociale constructie van macht en verantwoordelijkheid op professioneel én op sociaal en familiaal vlak. Op familiaal vlak zien we dat, ondanks alle ondersteunende structuren die momenteel voorhanden zijn en ondanks overheidsmaatregelen (ouderschapsverlof, kinderopvang, telewerken, glijdende werkuren enz.), er toch nog steeds een sociale reproductie van de gezinspatronen is. 12

15 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication