19

Het Deltaproject, een ander concept voor een kliniek middenin de stad Owen Zaccharias, een van de auteurs van het Park 20/20 project. De Brusselse projectontwikkelaar Cofinimmo besefte heel vroeg hoe groot de impact van een duurzaam ontwikkelingsbeleid wel kon worden. Om zijn duurzaam ontwikkelingsbeleid gestalte te geven, besliste het directiecomité in 2010 een ‘Sustainability Committee’ in het leven te roepen. Dit comité is zeker geen gadget: het identificeert en evalueert constant alle elementen die kunnen bijdragen tot de duurzame ontwikkelingsstrategie. Ook buiten dit comité bevatten de persoonlijke doelstellingen van alle medewerkers van Cofinimmo specifieke elementen die te maken hebben met duurzame ontwikkeling en, voor het lopende jaar, ‘een doelstelling in verband met de innovatie-ambities van de onderneming’, zo lezen wij in de editie 2014 van het Verslag over duurzame ontwikkeling. Dit boeiend document getuigt trouwens van de concrete gevolgen van deze strategische keuze op de onderneming. Negen prioritaire uitdagingen werden geïdentificeerd, waaronder de klassieke strijd tegen de CO2 uitstoot en de verbetering van de mobiliteit. Ook meer innoverende uitdagingen komen er aan bod: bijvoorbeeld een denkproces over esthetiek, respect voor de openbare ruimte en diversiteit in de woonwijken (nvdr: ruimer dan wat de wet voorschrijft) of nog de promotie van ethiek in het zakendoen. Dichter, centraler en performanter bij Atenor Tijdens een gesprek over zijn opvattingen van vastgoedontwikkeling in Brussel verklaarde Stéphan Sonneville heel oprecht dat Atenor vooral scoorde in een milieuvriendelijkere aanpak van de stad die ook en vooral veel globaler werd bekeken. De CEO van Atenor onderstreepte de concepten van dichtheid en diversiteit, naast het vaak vergeten vraagstuk van de knooppunten van het openbaar vervoer. “U kunt natuurlijk gebouwen uitdenken die bijzonder weinig energie verbruiken, of elektrische wagens. Maar het zou nog intelligenter zijn zulke gebouwen in de nabijheid van stations te bouwen, of woonwijken en kantoorwijken naast elkaar te ontwikkelen. Het is vooral op die manier dat we het aantal verplaatsingen kunnen indijken.” Steden moeten dus dichter, centraler en performanter worden ontworpen wat betreft energie en milieu. Met een dergelijke formule heeft een duurzaam gebouw in de stad een reden van bestaan. n Seestadt Aspern, in de buurt van Wenen, verkavelde de site van een vroegere luchthaven. Deze nieuwe wijk maakt onder andere gebruik van intelligente elektriciteitsmeters en domotica-apparatuur. 17 - ACTIVITEITENVERSLAG 2015 | BECI Het gebeurt niet vaak dat twee klinieken naar een en dezelfde site in het Brusselse Gewest verhuizen. Beide klinieken (namelijk Cavell en Leopoldspark) maken bovendien van de gelegenheid gebruik om hun intrek te nemen in een gebouw dat hoge ambities koestert op energetisch, milieu en sociaal vlak. Kortom, dit wordt een evenement. Chirec bouwt dit nieuwe complex langs de Triomflaan, waar het Deltaproject uit de grond rijst. Het ganse gebeuren staat onder leiding van het Brussels architectenbureau Assar, dat al vermaardheid verwierf met andere projecten voor de gezondheidssector. Het gebouw van het Deltaproject zal bijzonder spaarzaam met energie omgaan. Tot nu toe voorzien de simulaties dat het energieverbruik van het ganse complex 30% lager zal liggen dan in de bestaande gebouwen. De instelling wordt voorzien van een geothermische warmtepomp die een verticale opslag van thermische energie mogelijk maakt. Verder zal de kliniek beschikken over zonnepanelen, warmtekrachtkoppeling en bijzonder efficiënte hybride koelingssystemen. Qua beplanting wordt veel zorg gedragen aan het externe uitzicht van het gebouw, met beplante zones op de noord- en oostgevels van het centrale gebouw. Het Deltaproject dekt ongeveer 19.000 m² grondoppervlakte en biedt een totale oppervlakte van meer dan 100.000 m². Ook de toegankelijkheid via het openbaar vervoer kreeg extra aandacht, met de nabijheid van metrolijnen en een prima bediening door de bussen van de MIVB, De Lijn en TEC. Toegangen tot autosnelwegen liggen vlakbij. De aansluitingen op een aantal grote invalswegen en een aantal grote lanen werden van meet af aan, onder andere bij de keuze van de site, aandachtig in overweging genomen. Het project kadert in de context van een ruimer stedelijk denkproces waarmee stad en kliniek zich via een ideale interactie optimaal kunnen ontwikkelen.

20 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication