Stedenbouw en Immobiliën Nieuw leven voor de natuur in de stad Na de klimaattop COP 21 in Parijs werd de linkse politica Anne Hidalgo burgemeester van de stad en zorgde ze voor een ecologische revolutie. Ook door Brussel liep er bij de jongste lokale en gewestelijke verkiezingen een groene golf. Zowel langs de Parijse Haussmannboulevards als op de Brusselse kasseien werpen landschapsarchitect Bas Smets en Nicolas Gilsoul, (landschaps)architect en doctor in de wetenschappen, een deskundige blik op deze vroege groene experimenten in een stedelijke omgeving. B as Smets hoopt dat de opkomende groene projecten gepaard gaan met een andere kijk op de stad, een zoektocht naar bemiddeling en een evenwicht tussen natuur en mens. “De steden werden ooit achter muren gebouwd om zich te beschermen tegen de natuur. Vandaag vrezen we nog steeds de ‘wilde’ wereld. In 1950 waren we met 2,5 miljard mensen op aarde. In 2050 wordt dit bijna 10 miljard. Vier keer zoveel. Vroeger hadden we de indruk dat bebouwde gebieden omgeven waren door oneindig veel groen. Vandaag heeft de verstedelijking een netwerk gecreëerd waarin we bepalen welke stukjes groen wij willen behouden. Hoog tijd dus om na te denken over hoe de natuur weer een plaats in de stad krijgt. Groenvoorzieningen mogen we niet langer beschouwen als een verfraaiing van de stad, maar als een noodzaak om haar bewoonbaar te houden. We moeten enerzijds de natuur beschermen die nog niet door verstedelijking is aangetast, en anderzijds de natuur integreren in onze kunstmatige omgevingen. Hier blijft veel uit te vinden. Het comfort van onze technocratische samenlevingen vereist de compensatie van wat we hebben vernietigd. De beste manier om warmte-eilanden te bestrijden, fijne stofdeeltjes op te vangen en een lagere temperatuur te verkrijgen is het gebruik van bomen. De boom is het resultaat van miljoenen jaren evolutie. Laten we dus eerder bomen planten dan machines inzetten die min of meer hetzelfde zouden doen.” Nicolas Gilsoul beaamt dit standpunt: “Waar steden zich vandaag voor inzetten, is de volle grond. We moeten een omgeving voorzien die beantwoordt aan de behoeften van levende wezens. En dit begint met het doorbreken van de waterdichte bodembedekking in steden – véél belangrijker dan het uitbreiden van de stad.” Groen maar niet duurzaam Het concept van stedelijke bossen geniet veel sympathie. Nicolas Gilsoul spreekt liever klare taal dan demagogische woorden: “Het belangrijkste in een bos is de bodem. Hij voedt de bomen. Hij stelt hen in staat relaties met elkaar aan te knopen. Hij neemt regenval op en voorkomt droogte. De bodem is weliswaar kwetsbaar, o.a. door vertrapping. De lineaire bosjes langs de Ring zijn toegankelijk voor het publiek maar groeien moeizaam. Deze stukjes groen middenin de infrastructuur bieden nu onderdak aan migranten en verworpelingen. De stedelijke bosprojecten op het plein voor het stadhuis in Parijs of Montparnasse zijn mooie openbare tuinen met bomen, waar stadsbewoners die naar natuur hunkeren op adem zullen kunnen komen. In een goed doordachte combinatie van een lage laag, een struiklaag en een bomenlaag kunnen flora en fauna zich ontwikkelen, weliswaar minder divers dan in een woud.” De enthousiaste uitbreiding van bovengrondse stedelijke landbouw wordt vandaag in vraag gesteld: het rendement is ontoereikend en deze hightech formule zou concurreren met 22 ❙ Brussel Metropool - februari 2020 © Getty
25 Online Touch Home