29

uit alle audiovisuele sectoren komen daar samen. En precies dat geeft Brussel meer representativiteit”, verklaart Alexandra Lambert. Ook het MAD neemt deel aan deze missie. “Sinds enige tijd beschikken we over een gebouw met een prachtige architectuur. Het is een fysieke plek waar je creatie life kunt zien en beleven. Verder beheren we fantastische werkplaatsen/woningen gericht op sociale, maatschappelijke en duurzame innovatie. We wensen die meer voor het publiek open te stellen.” Tot slot bestaan er meer middelen om afgestudeerden van het hoger kunstonderwijs aan het werk te zetten, om het ondernemerschap van jongeren te stimuleren en hen zich minder alleen te laten voelen wanneer zij de arbeidsmarkt betreden. Ze krijgen van ons ook meer zichtbaarheid. Het beheerscontract van de media verplicht hen bijvoorbeeld een belangrijke plaats toe te kennen aan Belgisch talent. Dankzij de sociale media en de digitalisering kan een jonge kunstenaar zeer gemakkelijk en vrij onmiddellijk publieke zichtbaarheid verwerven. “De aandacht van de media wordt veel sneller geprikkeld. Dit alles bevordert de bekendheid en erkenning van deze jonge talenten”, zegt Alexandra Lambert. Volgens haar getuigt Brussel van veel openheid voor de creatieve wereld. “Soms moet je aan meerdere deuren gaan aankloppen en serieus aandringen. Met een beetje doorzettingsvermogen gaan ze wel open.” Toegankelijk en kwalitatief hoogstaand onderwijs België is bijzonder aantrekkelijk voor studenten. De Federatie Wallonië-Brussel telt 16 instellingen van hoger kunstonderwijs. Volgens de gegevens van de Academie voor Onderzoek en Hoger Onderwijs (Ares), zijn voor het academiejaar 20172018 meer dan 7000 jongeren begonnen aan een opleiding in deze hogescholen en universiteiten. Ook in Vlaanderen voelen zich veel studenten geroepen, met instellingen als LUCA, de Karel de Grote Hogeschool, het Koninklijk Conservatorium van Antwerpen of de Universiteit van Gent (die meerdere baccalaureaat-opleidingen aanbiedt in kunsten). In 2017 volgde 7,13% van de studenten in het hoger onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap een opleiding in de kunsten. In totaal meer dan 1400 studenten. In de meeste van deze hogere onderwijsinstellingen moeten kandidaten een toelatingsexamen afleggen. Wel bestaan er een aantal artistieke, creatieve of technische leertrajecten zoals infografie, grafische kunsten of fotografie en filmtechnieken waarvoor de hogescholen geen toelatingsexamen opleggen. Zulke examens zijn zeer selectief, maar noodzakelijk. “Als we de kunstopleidingen op een degelijke manier willen organiseren binnen de middelen die ons ter beschikking staan, zijn we verplicht om de toegang te beperken. Van de 600 kandidaten die elk jaar de toelatingsexamens aan de Insas afleggen, selecteren we er ongeveer 60”, verklaart Laurent Gross. Aan het Insas lopen deze toelatingsexamens over drie weken. Dit geeft ons de tijd om te beoordelen of de kandidaten in staat zijn om professionals op het gekozen vakgebied te worden. In La Cambre duren deze examens een week en heeft de school overgangsprogramma’s opgezet voor scholieren van het vijfde en zesde jaar middelbaar onderwijs. In Sint-Lucas voorziet het toelatingsexamen bovendien een project dat thuis moet worden uitgewerkt. Ondanks deze toelatingsexamens staan de kunstopleidingen in België open voor een zeer breed publiek. In tegenstelling tot de situatie in Frankrijk, staat het onderwijs hier grotendeels onder toezicht van de overheid. Dit betekent dat het door de Franse en Vlaamse gemeenschappen wordt gesubsidieerd. “Toegang is geen kwestie van geld. De inschrijvingskosten zijn redelijk en er bestaan steunmaatregelen voor studenten die het moeilijk hebben”, verzekert Laurent Gross. Een onafhankelijke, open geest Het onderwijs beklemtoont zijn vrijheid en onafhankelijkheid. “In tegenstelling tot een aantal andere landen, waaronder Frankrijk, waar de filmindustrie al vóór de oprichting van de filmscholen bestond, waren het in België de scholen zelf die de overgrote meerderheid van de film-, televisie- en radiomedewerkers hebben opgeleid”, stelt Laurent Gross. Vandaar een grote autonomie en vrijheid ten opzichte van de professionele wereld, hoewel, paradoxaal genoeg, de meeste docenten zelf in de praktijk van het beroep staan. “In Brussel is het overbodig om zich aan stereotypes te conformeren om het beroepsleven te betreden. De wereld van de kunst getuigt van een grote openheid van geest ten opzichte van verschillende genres.” Volgens de directeur van het Insas hebben de scholen tot taak de jongeren te laten experimenteren om nieuwe vormen van creatie te doen ontstaan. En in Brussel doen ze dat prachtig. “Onze scholen zijn sterk genoeg om zichzelf in vraag te stellen, om mee te evolueren met nieuwe Kunst, een gewichtige sector De internationale status van Brussel, de openheid en de culturele diversiteit, de overheidssteun, de toegankelijkheid en de kwaliteit van het onderwijs, de schappelijke huurprijzen … Geen wonder dat de combinatie van al deze factoren van Brussel een bijzonder aantrekkelijk speelterrein maakt voor kunstenaars. Met als gevolg dat de Belgische productie in tal van artistieke beroepen aanzienlijk toeneemt. De creatieve en culturele sector weegt zwaar, zowel op economisch vlak als in termen van financiering. In 2015 vertegenwoordigde de sector meer dan 45.000 banen in het Brusselse Gewest, goed voor een omzet van 12,9 miljard euro – 6,3% van de totale omzet van Brussel. Brussel Metropool - april 2019 ❙ 27

30 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication